In de integratieresolutie die de PvdA-leden zaterdag vaststellen, staat dat ambtenaren de wet moeten uitvoeren „los van hun persoonlijke levensbeschouwelijke opvattingen.”Dat geldt ook voor gewetensbezwaarde trouwambtenaren, vervolgt de resolutie. De partij „respecteert” evenwel bestaande afspraken met trouwambtenaren „die een uitzonderingspositie hebben bedongen.”

„Maar laat dit duidelijk zijn”, gaat de resolutie verder: „Dergelijke afspraken mogen voortaan niet meer worden gemaakt.”

Een Amsterdamse PvdA-afdeling vindt de partij hiermee niet ver genoeg gaan en wil –via een amendement– in de resolutie laten opnemen dat geen enkele trouwambtenaar meer mag weigeren een homohuwelijk te sluiten. Voor niemand mag een uitzondering worden gemaakt, ook niet als de trouwambtenaar zijn werk al deed voor invoering van het homohuwelijk in 2001.

„De uitzonderingsposities zijn niet meer van deze tijd en horen niet in een rechtsstaat”, meent indiener van het amendement Ria Logtenberg. „Ze discrimineren homo’s.”

Het PvdA-bestuur wijst het amendement af. De kans is daardoor heel klein dat het wordt aangenomen.

Na een motie van het PvdA-congres eind 2007 besloot het partijbestuur een interreligieuze werkgroep op te richten om levensbeschouwing een prominentere plaats te geven en moslimleden meer te betrekken bij de discussie over religie en politiek.

Het Trefpunt van socialisme en levensovertuiging –omgedoopt tot Trefpunt PvdA en levensovertuiging– heeft die taak op zich genomen.

Tot het trefpunt zijn tien moslims en een hindoe toegetreden, zei secretaris Kees Waagmeester vrijdag. „Het interlevens-beschouwelijke karakter van het trefpunt is daardoor versterkt.