Opinie

Bidden en vasten

Waarom zou je eigenlijk nog een biddag houden in een samenleving waar de mens alles in de hand lijkt te hebben? Het was de afgelopen jaren een vraag die in de gereformeerde gezindte dan misschien wel niet hardop werd gesteld, maar die bij veel mensen ongetwijfeld wel eens door het hoofd speelde. Dankdag houden ging nog wel. Aan dankbaarheid ontbreekt het ons immers altijd. Maar biddag?

Hoofdredactioneel commentaar
11 March 2009 10:46Gewijzigd op 14 November 2020 07:28

Inmiddels is de wereld om ons heen drastisch veranderd. Een zware financiële en economische crisis raast over de wereld. Even hoopten we dat de orkaan Nederland zou passeren zonder al te veel schade aan te richten. Niets bleek minder waar. Banken wankelen, bedrijfswinsten kelderen, bouwprojecten stokken. In gemeenten wordt op zondagen weer voorbede gedaan voor hen die wel werken willen, maar geen werk hebben. Voor veel jongeren een volstrekt nieuw fenomeen. Het is nog maar even geleden dat bedrijven hen met alle egards binnen probeerden te halen.En dan wordt het biddag. Het doordeweekse leefpatroon wordt even onderbroken. Eén, twee of drie kerkdiensten waarin de christelijke gemeente bidt. Voor de groei van het gewas, voor de arbeid van de handen. Voor kerk, land en volk, het Koninklijk Huis. Voor allen die over ons gesteld zijn en die zich deze dagen het hoofd breken over maatregelen die genomen moeten worden.

Volstrekte onzin, oordeelt de atheïst.

Baat het niet, het schaadt ook niet, meent de agnost.

Een doekje voor het bloeden, sneert de scepticus.

Een mooi ritueel, maar pure projectie, mompelt een psycholoog.

Biddag valt in de lijdenstijd. Vanouds een periode van ingetogenheid. Een tijd waarin gevast werd, waarin iedere uitbundigheid taboe was. Vasten is een oefening in loslaten van dat waaraan je vastzit, schreef iemand. Dan wordt het ineens heel concreet, persoonlijk zelfs. Hoe ziet mijn leven eruit zonder dat royale inkomen, zonder die vaste baan en zonder die glimmende statussymbolen? Als dat waaraan ik zo vastzit, wegvalt, wat dan?

„Heere, leer ons bidden”, zeiden de discipelen tegen de Heere Jezus. En toen leerde Hij hun dat het gebed begint met de heiliging van Gods Naam. Met schuldbelijdenis, omdat we steeds weer bouwen op zaken die met Hem niets te maken hebben en het altijd maar verwachten van mensen en instellingen van wie we niets te verwachten hebben. Maar daar stopt het gebed niet. We mogen bidden om álle geestelijke en lichamelijke nooddruft. Om alles wat we nodig hebben, voor de eeuwigheid, maar ook voor de tijd.

De Bijbel laat er geen enkel misverstand over bestaan dat God spreekt. Het is Zijn scheppend Woord dat deze wereld, met alles erop en eraan, tevoorschijn heeft geroepen. Hij spreekt en het is er. De Bijbel laat ons evenmin in het onzekere over de vraag of God hoort. Dat is namelijk precies het verschil tussen God en de afgoden.

Waarom we bidden? „Opdat wij daardoor erkennen dat Gij de enige Oorsprong van alle goeds zijt en dat noch onze zorg en arbeid, noch Uw gaven, zonder Uw zegen ons gedijen en wij derhalve ons vertrouwen van alle schepselen aftrekken en op U alleen stellen.”

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer