Eenderde ouderen mijdt pinautomaten
Ongeveer eenderde van de Nederlandse ouderen neemt nooit geld op uit een pinautomaat. Veel van deze mensen weigeren te pinnen, omdat ze zich in het openbaar onveilig voelen. Ook worstelen ouderen vaak met mobiele telefoons.
Uit een onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen blijkt dat het persoonlijke contact tussen de cliënt en de baliemedewerker van een bank voor veel ouderen erg belangrijk is. Door de ’giralisering’ en de automatisering van het betalingsverkeer is dit contact bij banken de afgelopen jaren steeds minder geworden.
De meeste ouderen die wel pinnen, zijn hoger opgeleid, van het mannelijk geslacht en relatief jong. De respondenten die zeggen niet te willen pinnen wegens de onveiligheid, zijn merendeels lager opgeleid, vrouw en relatief oud. Aan het onderzoek deden 800 ouderen tussen de zestig en de negentig mee.
Eenzesde deel van de onderzochte groep kan niet zonder hulp van anderen geld opnemen uit een pinautomaat. Dit kan komen door een lichamelijke handicap, slechte ogen of een motorische stoornis, maar ligt soms ook aan het feit dat de ouderen de werking van de apparatuur niet begrijpen.
Ouderenbonden stellen in een reactie dat het streven naar efficiency van de banken te ver gaat. Zij hebben forse kritiek op het „dwingende pinbeleid” en de afname van persoonlijke service aan de balie. Ouderen voelen zich als trouwe klant aan de kant gezet en hebben het gevoel dat zij niet meer over hun eigen geld kunnen beschikken.
Een groot deel van het probleem zou volgens de ouderenbonden al worden opgelost door geldautomaten binnen in de bank te plaatsen en medewerkers aan te stellen die ouderen kunnen helpen bij het opnemen van geld. De Vereniging van Nederlandse Banken (VNB), de Algemene Nederlandse Bond voor Ouderen (ANBO) en belangenorganisaties voor slechtzienden en gehandicapten gaan binnenkort rond de tafel zitten om het probleem te bespreken.
Uit een dinsdag gepresenteerd onderzoek van de ouderenbonden blijkt dat veel ouderen ook moeite hebben met het gebruik van mobiele telefoons. Ze kunnen vaak moeilijk overweg met de minuscule toetsen en het kleine beeldscherm. Ook de praktijk dat belbedrijven klanten afsluiten omdat zij hun beltegoed niet op tijd opwaarderen, is de ouderen een doorn in het oog.
De problemen zijn des te wranger omdat veel ouderen juist een mobieltje kopen om in geval van nood te kunnen gebruiken. De ingewikkelde instructies en de veelheid aan functies staan dat in de weg. De ouderenbonden gaan in gesprek met de fabrikanten en leveranciers van mobiele telefoons om hen tot verbeteringen aan te zetten.