Voor de invoering van een bindend correctief referendum moet de grondwet worden gewijzigd. Daarvoor is steun van twee derde van het parlement nodig. Door tegenstand van CDA, VVD en SGP is die meerderheid er nu niet.De SP en PVV spraken dinsdagavond wel ronduit hun steun uit voor een initiatiefwet van GroenLinks, PvdA en D66 voor een bindende volksraadpleging. „Een referendum is een noodrem om falende volksvertegenwoordigers tot de orde te roepen", zei SP–Kamerlid Van Raak. PVV’er De Roon noemde zo’n referendum zelfs hoogst noodzakelijk, omdat de politiek soms wel erg ver verwijderd raakt van wat mensen bezighoudt.

„We zien dit niet als een bedreiging, maar als een uitdaging. Democratie is niet voor bange mensen", zei PvdA–Kamerlid Heijnen. Volgens D66–leider Pechtold is het referendum geen aanval op de democratie, maar een moderne aanvulling. „Volksvertegenwoordigers zijn niet onfeilbaar", zei hij. Pechtold wil stevige toegangsdrempels, zodat referenda een uitzondering blijven.

De ChristenUnie is onder voorwaarden voor een correctief referendum. Zo gaat de fractie alleen akkoord als de drempels voor het houden ervan worden vastgelegd in de grondwet, aldus Kamerlid Anker.

Minister Ter Horst (Binnenlandse Zaken, PvdA) steunt het voorstel om een bindend correctief referendum in te voeren. Het kabinet heeft er echter nog geen overeenstemming over weten te bereiken en bepaalt pas na het debat over de kwestie een standpunt.

In afwachting van een bindend referendum kan er alvast een raadplegende volksstemming komen. Dat willen PvdA, GroenLinks en D66 regelen via een gewone wetswijziging, waarvoor een Kamermeerderheid is. Een groot deel van de Kamerleden vreest wel dat een raadgevend referendum in de praktijk als bindend zal worden beleefd. SGP–Kamerlid Van der Staaij waarschuwde dan ook dan mensen het als een „fopspeen" zullen zien.