Minister Rik Daems van fungerend EU-voorzitter België heeft gisteravond in het Europees Parlement gezegd dat hij en al zijn Europese collega’s bereid zijn een deel van de nationale zeggenschap af te staan aan Brussel.

Daarmee krijgt het Europees Parlement, dat in deze kwestie recht van medebeslissing heeft, op enkele belangrijke punten zijn zin. Het Parlement was altijd al voorstander van meer ‘Brusselse’ invloed op de telefoonmarkt, omdat dat steeds meer een internationale bedrijfstak zou zijn. De Europese ministers wilden tot voor kort echter geen macht afstaan, zodat een confrontatie dreigde.

Maar gisteren kwam Daems, naar eigen zeggen namens alle EU-ministers met Telecom in hun portefeuille, met het voorstel dat de Europese Commissie op twee terreinen een soort vetorecht krijgt over de nationale telecomwaakhonden. Het gaat om het definiëren van de markt en om het vaststellen welke bedrijven een „aanmerkelijke marktmacht" hebben. Dat laatste is van belang omdat nationale toezichthouders dergelijke spelers beperkingen of verplichtingen kunnen opleggen.

Het parlement had ook nog gevraagd om een laatste woord uit Brussel wanneer er grote veilingen zijn voor etherfrequenties, zoals vorig jaar in Nederland met de UMTS-veiling. Die toezegging deed Daems niet. Ook een andere wens is niet gehonoreerd: Brussel gaat geen normen vastleggen voor digitale tv. Wel heeft de Europese Commissie beloofd zich ervoor in te zetten.

Overwinning
De Nederlandse europarlementariër Wim van Velzen spreekt van een belangrijke overwinning voor het parlement. Overigens moet er over het ‘bod’ van Daems nog worden gestemd; dat gebeurt morgen.

Voor het Belgisch voorzitterschap is het belangrijk het hele pakket met nieuwe regels voor telecom, dat veel meer omvat dan de vraag wie de baas is, nog deze maand rond te krijgen.