Tuinvogeltelling 2009 breekt records
Vogels tellen in de achtertuin was dit weekend een populaire bezigheid onder Nederlanders. Zondagavond hadden ruim 18.000 mensen hun resultaten doorgegeven aan de Vogelbescherming die de jaarlijkse Tuinvogeltelling organiseert. Een absoluut record volgens de organisatie.
De huismus is, net als in de vier voorgaande jaren, de meest geziene vogel. Op nummer twee en drie staan de koolmees en de merel.Volgens een woordvoerster van de vogelbescherming betekenen de uitkomsten niet dat het goed gaat met de huismus. De populatie huismussen in Nederland is sinds 25 jaar gehalveerd en wordt nog steeds kleiner. De mus scoort hoog omdat hij bijna alleen binnen de bebouwde kom voorkomt. Ook het feit dat het vogeltje in groepen leeft heeft invloed op de score want tellers noteren van één soort het hoogste aantal vogels dat op een bepaald moment een tuin aandoet. Volgens de woordvoerster doet de koolmees het wel goed in Nederland. „Er komt steeds meer bos bij en daarmee groeit de koolmezenpopulatie”.
Het aantal gesignaleerde vogels is dit jaar ook hoger dan ooit: ruim 675.000 vogels. Toch lijken er dit jaar minder vogels te zijn. Per deelnemer is het aantal vogels lager dan vorig jaar, wat volgens de Vogelbescherming zou kunnen betekenen dat veel vogels de vorstperiode niet overleefd hebben.
De Tuinvogeltelling duurde officieel van zaterdagochtend tot zondagavond maar er sturen nog steeds mensen gegevens door. Vogelbescherming verwacht daarom dat het aantal deelnemers nog boven de 20.000 zal uitkomen.