Werkstraffen na nieuwjaarsgeweld
Twee mannen (21 en 25) zijn dinsdag in hoger beroep door het Haagse gerechtshof veroordeeld tot werkstraffen wegens openlijk geweld tijdens de jaarwisseling twee jaar geleden in Bodegraven.
Een 25-jarige Rotterdammer kreeg 100 uur werkstraf en twee weken voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd. Zijn 21-jarige medeverdachte kwam er met 40 uur werkstraf van af, maar hij moet de elf slachtoffers van het geweld ruim 4000 euro betalen.Het tweetal maakte deel uit van een groep van zes personen die vorig jaar door de rechtbank is veroordeeld wegens openlijk geweld bij een vreugdevuur in de Karel Doormanstraat. Het gezelschap zou de brandweer hebben gehinderd. Deze wilde ingrijpen toen de vlammen van het vreugdevuur te hoog oplaaiden. De verdachten gingen op de vuist met te hulp gesnelde agenten. Ook zouden zij vuurwerk en stenen naar de politie hebben gegooid en hebben verhinderd dat een ambulance hulp kon bieden aan een meisje dat gewond op straat lag.
De mannen gingen in hoger beroep omdat ze ontkenden nauw bij het geweld betrokken te zijn geweest. De 25-jarige Rotterdammer zei dat hij verderop in de straat op ruime afstand van het vreugdevuur vuurwerk aan het afsteken was. Van de rellen zou hij weinig hebben gezien.
De aanklager eiste in hoger beroep niettemin een werkstraf van 100 uur. Tegen de medeverdachte vorderde de hofaanklager 40 uur werkstraf.
De straffen die de rechter in hoger beroep heeft opgelegd, zijn gelijk aan de eerder opgelegde straffen van de rechtbank. De verdachten werd destijds het openlijk en in vereniging plegen van geweld ten laste gelegd; hierop staat sinds 2000 maximaal 4,5 jaar cel.
De jaarwisseling van 2007 naar 2008 verliep op allerlei plaatsen onrustig; onder meer de burgemeesters van Bodegraven, Goedereede en Almelo uitten nadien hun ongenoegen.