Studenten aan de stamppot
Veel studenten stoppen een pizza in de oven. Of ze gooien wat groenten in een wok. Jammer, vinden zes Amsterdamse studenten die zichzelf Dutchpot noemen. Zij willen onder leeftijdsgenoten in binnen- en buitenland de Hollandse pot promoten. „Zeg nou zelf; wat is er eigenlijk mis met stamppot of een gehaktbal?”
De studenten van Dutchpot hebben geluk deze avond. Een viertal gasfornuizen staat gereed in een dorpshuis in Wageningen als Jurre van de Kamp, Jeanine Ubink en Irene de Veij met hun aardappels en winterpeen komen aanrijden. Vorige week had de groep slechts twee gaspitjes ter beschikking om een hele studentenvereniging van stamppot te voorzien. Toch zat uiteindelijk iedereen aan de Hollandse kost. „En het smaakte nog ook.”Samen met nog drie andere studenten volgen Jurre, Jeanine en Irene een extra vak bij de Hogeschool van Amsterdam. Daarvoor moesten ze een project opzetten dat hun passies bij elkaar bracht. Reizen, koken en gezelligheid waren de elementen waaruit Dutchpot is ontstaan. De studenten proberen nu andere studenten in binnen- en buitenland over te halen meer Hollandse kost op het menu te zetten. „Het is goedkoop, lekker, makkelijk en gezond”, geven ze aan.
Vanavond zijn de drie Dutchpotstudenten te gast bij de VGSW, de studentenvereniging in Wageningen met vooral gereformeerd vrijgemaakte jongeren. In een wijkgebouw eten de leden elke maand een keer met elkaar. Daarna gaan ze uiteen voor een gezamenlijke activiteit, zoals een Bijbelstudie.
Om halfzeven moet het eten op tafel staan. Dat wordt lastig, vermoedt het drietal van Dutchpot al bij voorbaat, omdat het pas vanaf vijf uur in de keuken kon. De race tegen de klok begint zodra Jurre de dozen met ingrediënten de keuken binnen tilt. Die met de aardappels is het zwaarst. „Twintig kilo”, geeft hij aan. „Voor 35 man moet dat genoeg zijn.” De studenten nemen het zekere voor het onzekere nadat ze vorige week na drie uur koken zelf zonder eten zaten. „Alles was helemaal op.” Jeanine: „Achteraf hadden we de eersten ook wel wat te veel opgeschept.” Jurre: „Ik reken nu een halve kilo per persoon. Te veel? We zullen het zien.”
De studentenvereniging van vandaag betaalt 1,50 euro per persoon. Daar komen de mensen van Dutchpot net mee uit, als ze de worsten -van Unox- tenminste in drie stukken snijden. Het geld voor schorten en promotieacties komt binnen via sponsors.
Voor 120 man
Vanavond staat er hutspot op het menu. Dutchpot koos voor het gemak: de studenten kochten geschilde aardappels en kant-en-klaar gesneden peen en uien. Komende week, als de groep voor 120 man moet koken, staat er andijviestamppot op het programma. „Daar kan rauwe andijvie in. Dat scheelt tijd.”
De drie zijn zelf dol op stamppot. Jurre vindt die vooral lekker als er een gehaktbal van zijn oma bij zit. Het lekkerste prakkie van Irene is: zuurkool met spek en rookworst. Jeanine zit vanavond goed. Zij gaat echt voor de hutspot. „Maar dan het allerliefst met draadjesvlees.”
Toch zijn er volgens de drie maar weinig studenten die voor zichzelf stamppot of een gehaktbal maken. „Het is vooral buitenlands wat de klok slaat: veel studenten stoppen een pizza in de oven. Of ze gooien wat groenten in een wok. Macaroni of spaghetti is ook enorm populair. Door de multiculturele ontwikkeling is er steeds minder aandacht voor de typisch Hollandse pot. Dat is jammer, want hiermee gaat een stukje Nederlandse identiteit verloren. Zeg nou zelf: Wat is er eigenlijk mis met de oer-Hollandse stamppot en gehaktbal?”
Irene, die in Amsterdam op kamers woont, heeft een tip voor haar medestudenten die zeggen dat stamppot maken te veel werk is. „Je kunt stamppot prima invriezen. Vaak maak ik zelf bijvoorbeeld een grote pan hutspot. Wat overblijft, verdeel ik in zakjes voor in de diepvries. Dan heb je altijd wat op voorraad. Ook gehaktballen zijn prima in te vriezen. Ideaal, ook voor als je plotseling gasten krijgt.”
De eerste studenten druppelen binnen. Ze worden als vanzelf naar de keuken geleid. Een meisje trekt haar handschoenen uit en tilt het deksel van een van de pannen. „Mmm… lekker”, zegt ze. „Dit is precies wat ik nodig heb met zulk koud weer.” Toch zal zij, net als de andere studenten, nog een poosje geduld moeten hebben voordat de aardappels, de wortels en de uien stampklaar zijn. Stampen. Het woord brengt een lichte paniek onder de drie jongeren in de keuken. Irene heeft een stamper bij zich. Maar met dat formaat zijn ze om middernacht nog niet klaar. Alle kastjes worden opengetrokken op zoek naar een groter exemplaar. Gelukkig blijkt dat uiteindelijk ergens achter een pan vandaan te komen.
Kokkerellen
Het is inmiddels etenstijd en de leden van de studentenvereniging hebben gebeden. Jeanine loopt in haar schort naar voren en houdt haar promopraatje. Ze vertelt wat Dutchpot wil, dat Hollandse kost heerlijk is en dat de studenten op de site recepten kunnen vinden om zelf eens te kokkerellen. Maar als ze even later vraagt wie er wel eens stamppot voor zichzelf maakt, gaan er al heel wat vingers de lucht in. „Ik stel deze vraag bij elke vereniging, jullie zijn hierin echt uniek.”
Even later worden op een kar de grote pannen binnengereden. Iets te flauw, vinden sommigen. Maar de borden zijn even later allemaal leeg. Tentamenweek, geven sommigen als excuus als ze nog een keer opscheppen. En dan gaan ook vandaag de pannen tot op de bodem leeg. Een jongen: „En dat was voor mij niet eens de eerste keer deze week dat ik hutspot at. Want zolang je voor 30 cent penen kunt kopen, zie je mij niet aan de pizza.”
Bruine bonen met appeltjes
Ingrediënten voor 4 personen: 250 g gedroogde appeltjes, wat citroenschil, een half kaneelpijpje, suiker, 400 g bruine bonen (uit blik), zout, 2 laurierblaadjes, halve ui (in stukken), 200 g boerenham aan één stuk (rauwe ham).
Week de appeltjes in wat water, zodat ze zich volzuigen. Zet de appeltjes op met het weekwater, de citroenschil en het kaneelpijpje en laat in ongeveer dertig minuten gaarkoken. Verwijder hierna de citroenschil en het kaneelpijpje. Breng zo nodig op smaak met wat suiker (niet te veel!). Zet de bruine bonen op met het blikvocht, wat zout, de laurierblaadjes en de ui en laat het mengsel volgens de aanwijzingen op het blik gaarkoken. Verwijder hierna de ui en de laurierblaadjes. Schep de appeltjes door de bonen. Leg het stuk ham erin en laat twintig minuten op zeer zacht vuur stoven. Roer af en toe om aanbranden te voorkomen.
Snijd de ham in stukjes en schep door het mengsel.
Bron: Dutchpot.
Knolselderijstamppot met mosterdsaus
Ingrediënten voor 4 personen: 750 g kruimige aardappels, geschild en in gelijke blokken, een kleine knolselderij, geschild en in kleine blokjes, een bosje bladselderij, fijngehakt zout en peper, 4 eetl. mosterd, 125 ml slagroom, een rookworst (ongeveer 350 g).
Zet de aardappelen op met een theelepel zout en zo veel water dat ze net onderstaan. Doe het deksel op de pan en breng het water aan de kook. Zet het vuur laag en laat de aardappelen in twintig minuten gaarkoken.
Kook in een tweede pan in ongeveer dezelfde tijd de blokjes knolselderij gaar. Giet de aardappelen af en schud ze even op. Giet ook de knolselderij af. Verwarm de room met de mosterd. Stamp de aardappelen fijn met een stamper, vork of pureeknijper. Roer de mosterdroom erdoor. Schep de knolselderijblokjes en de bladselderij door de puree. Serveer bij deze stamppot in stukjes gesneden warme rookworst.
Bron: Dutchpot.
Stamppottenweer
Het is echt stamppottenweer. Want naarmate de temperatuur daalt, neemt de verkoop van zogenoemde wintergroenten toe. En als de winter dan ook nog eens zoals nu vlak na de dure decembermaand invalt, is de stamppottenkoorts niet meer te stuiten.
De stamppot en de Hollandse keuken zijn al eeuwenlang aan elkaar verbonden. Maar waar komt de stamppot eigenlijk vandaan? Een veelgehoord antwoord is dat de stamppot in Nederland populair werd doordat veel mensen op één gaspit moesten koken. Alles ging dus in één pan. Voor een hardwerkend volk in een land waar het vaak koud is, moest de maaltijd daarnaast vooral voedzaam zijn. Stevige kost dus. Aardappelen, groenten en een flink stuk vlees.
De geschiedenisboeken geven aan dat de Hollanders hutspot aan de Spanjaarden te danken hebben. In de nacht van 2 op 3 oktober in 1574 werden de Spaanse troepen door de geuzen uit Leiden verdreven. In hun haast lieten ze een pot met zelfgemaakt voedsel achter: fijngestampte wortelen met uien en pastinaken. De pastinaak werd later vervangen door de aardappel. Want dit basisingrediënt voor stamppot is in de Nederlandse keuken pas na de ontdekking van Amerika een steeds belangrijkere rol gaan spelen.
Nog steeds is stamppot populair in Nederland. Uit recent onderzoek van Unox blijken kinderen vooral dol te zijn op boerenkool met worst. Maar als de temperatuur daalt, gaan ook andere stamppotten er grif in.
Volgens het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) verkopen supermarkten in deze tijd van het jaar zes keer zo veel winterproducten als in andere jaargetijden. „Allerhande koolsoorten, andijvie en hutspot vliegen over de toonbank”, zegt woordvoerster Miranda Boer. Ook de verkoop van kant en klare stamppotten –die overigens veel zout en verzadigd vet bevatten–, erwtensoep en rookworst kent volgens het CBL in de winter een enorme groei.
Vooral in de eerste twee weken van januari gaan mensen voor de Hollandse pot. „Seizoensproducten zijn aantrekkelijker in prijs omdat het aanbod groot is en dat spreekt vooral na de dure decembermaand aan. Bovendien heeft men na alle luxe met Kerst en de hapjes met oud en nieuw wel weer eens zin in een lekkere Hollandse maaltijd. In week 1 en 2 van 2008 zagen we dan ook een forse stijging; dat zal ook dit jaar weer het geval zijn.”