Wangedrag
Alles is relatief. Was ieder weldenkend mens vorig jaar knap boos over het grote aantal vernielingen en andere incidenten tijdens de jaarwisseling, dit jaar spreken de autoriteiten over „een rustiger verloop.” Het uitgebreide pakket aan preventieve maatregelen heeft dan toch enig effect gehad.
Desondanks blijft het te gek voor woorden dat er bij de overgang van oud naar nieuw zich opnieuw een reeks incidenten heeft voorgedaan waarbij twee doden zijn te betreuren, enkele tientallen gewonden in het ziekenhuis belandden en 937 arrestaties moesten worden verricht.Op ruim tien plaatsen greep de mobiele eenheid in, onder meer omdat hulpverleners met bakstenen, bierflessen en molotovcocktails werden bekogeld. De mentaliteit van de relschoppers is toch wel tot een absoluut dieptepunt gezonken. Wie haalt het in zijn hoofd om hulpverleners bij hun werk te storen?
De incidenten deden zich niet alleen voor in grote steden, waar jongeren in betrekkelijke anonimiteit zich te buiten kunnen gaan. Ook in plattelandsdorpen zijn er onlusten geweest. Daar is de sociale controle groter en kent men elkaar dus beter. Werkelijk onbegrijpelijk is het dat jongeren zich daardoor niet geremd voelen. Kennelijk moet bij de jaarwisseling alles kunnen, alsof oerinstincten dan de vrije loop mogen hebben.
Triest is dat dit wangedrag zich ook voordoet in plaatsen die bekendstaan als orthodox-christelijk. Dat schaadt niet alleen de naam van de betrokken jeugd en de naam van het dorp, maar uiteindelijk ook de naam van de God Die ze belijden. Het is volstrekt terecht dat niet-christenen de inwoners van christelijke plaatsen er op aanspreken dat dit liederlijk, baldadig gedrag niet overeenkomt met hun principes.
Een aantal raddraaiers is vandaag al berecht. Mogelijk zullen de opgelegde straffen hen in de toekomst ervan weerhouden om zich nog eens te buiten te gaan. Dat kan alleen als ze niet te lief worden aangepakt. Forse straffen zijn geen garantie dat het een volgend jaar goed gaat, maar lage straffen werpen in ieder geval geen drempel op.
In het achterliggende jaar heeft de Commissie Overlast Jaarwisseling onder leiding van burgemeester De Graaf van Nijmegen gepleit voor het ontwikkelen van een langetermijnvisie. Sommige gemeenten hebben daar veel werk van gemaakt. Zo verliep de jaarwisseling in Staphorst zonder incidenten dankzij de inzet van stewards, dorpelingen die patrouilleerden en voorkwamen dat baldadigheden ontspoorden. Evenzo was er in Den Haag een groep van veertig allochtone vaders die de straat opging om jongeren in toom te houden. Dat zijn voorbeelden die navolging verdienen.
Hoe positief dat ook moge zijn, dit alles blijft symptoombestrijding. Die is nodig, maar ze is niet voldoende. Commissievoorzitter De Graaf wijst ook en vooral in de richting van de ouders van baldadige jeugd. Zij moeten hun kinderen aanspreken op hun wangedrag. Beter nog: zij dienen hun zonen en dochters er vooraf van te overtuigen dat onrust stoken, relschoppen en vernielingen ontoelaatbaar zijn.
Oudjaar is geen feest waarop alles kan en mag. Alles is relatief, inderdaad. Maar niet alles is geoorloofd.