Opinie

Loonmatiging

Het houdt niet op. De golven van economische slechtnieuwsboodschappen blijven komen. Bovendien groeien ze in omvang en frequentie.

23 December 2008 11:25Gewijzigd op 14 November 2020 06:57

Neem een dag als gisteren: oud-minister van Financiën Ruding voorspelde dat de recessie de Nederlandse economie volgend jaar veel harder treft dan kabinet en Centraal Planbureau verwachten. President Wellink van De Nederlandsche Bank somberde in dezelfde trant. En om niet meer te noemen: onderzoeksbureau IRIS maakte bekend dat de recessie langer zal aanhouden dan de perioden van neergang van begin jaren negentig en het begin van deze eeuw.De economische vooruitzichten zijn dus ronduit belabberd. Het is daarom logisch dat in de hoek van de werkgevers stemmen opgaan om de lonen te matigen. Die roep klinkt nog niet zo luid omdat de sociale partners in oktober nog een maximale looneis van 3,5 procent overeenkwamen. Maar nu de golven steeds harder tegen BV Nederland aanbeuken, trekken werkgeversorganisaties en politiek –in de persoon van minister Van der Hoeven– voorzichtig aan de bel. Het percentage moet eigenlijk naar beneden. De ondernemers hebben een plausibel argument: door de crisis lopen omzet en winst terug en ze moeten op de kleintjes letten om ontslagen te voorkomen. Een oplopende werkloosheid is slecht voor de economie.

De vakorganisaties op hun beurt voelen weinig voor deze ingreep. En ook deze partijen hanteren een deugdelijke onderbouwing: als het loon van hun leden nauwelijks stijgt, kunnen werknemers minder besteden. Daar is de economie ook niet bij gebaat.

Het is een traditioneel kip-ei-verhaal, dat jaarlijks terugkomt. Werkgevers willen nu eenmaal minder kosten en werknemers juist meer salaris. Feit is wel dat de huidige situatie niet te vergelijken is met een aantal maanden geleden. De relatief hoge looneis van 3,5 procent werd toen mede ingegeven door de hoge inflatiecijfers van dat moment. Nu echter prijzen in rap tempo dalen, verschrompelt ook het inflatiecijfer naar een lager niveau. Er valt dus zeker iets te zeggen voor een beperktere loongroei.

Anderzijds mag de rekening niet alleen bij werknemers worden neergelegd. Het uithollen van de koopkracht zou de problemen alleen maar verdiepen. Bovendien moeten werkgevers zich realiseren dat loonmatiging geen wondermiddel is. Beheerste stijging van de lonen is weliswaar goed voor de concurrentiepositie van Nederland, maar zij redt geen individuele noodlijdende bedrijven.

Bovendien is er nog een kanttekening. Werkgevers moeten zelf het voorbeeld geven als het gaat om loonmatiging. Een directeur die tevreden vaststelt dat de lonen slechts beperkt stijgen, terwijl hij zichzelf een royale bonus blijft toekennen, heeft er niets van begrepen.

Aan sociale partners de schone taak om bij onderhandelingen tot maatwerk te komen. Bij sectoren in zwaar weer moeten de vakorganisaties water bij de wijn doen, bij branches die weinig merken van de crisis dienen werkgevers een royaal gebaar te maken.
De partijen mogen laten zien dat het poldermodel nog altijd werkt. Daar is de economie in crisistijd het meest bij gebaat.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer