Dat blijkt uit maandag gepubliceerde cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).Werden bij IVF aanvankelijk meerdere eicellen teruggeplaatst, de laatste jaren gaat het vaker om één eicel. Daardoor is het aantal tweelingen gedaald.

Bij ongeveer 1 op de 200 bevallingen gaat het om een eeneiige tweeling. Dit aandeel is in de loop der tijd weinig veranderd. Het CBS stelt dat de toe- of afname van het aantal tweelingen voor een groot deel wordt bepaald door twee-eiige tweelingen die met behulp van IVF ter wereld zijn gekomen.

In 2007 maakte een op de dertig pasgeborenen deel uit van een twee- of meerling. In 1982 was dat nog 1 op de ongeveer 45. Omstreeks 2000 lag dit aandeel rond 1 op 27.

Ook het aantal meerlingen is afgenomen. In 2007 zijn 3062 meerlingen geboren. Dat waren er in 2002 nog 3762. Het aantal meerlinggeboorten heeft de afgelopen decennia veel sterkere schommelingen laten zien dan het totale aantal geboorten, aldus het CBS. Zo nam het aantal geboorten tussen 1982 en 2007 met 5 procent toe, terwijl het aantal meerlingen met ruim 60 procent steeg. Ook hierin heeft de opkomst van IVF en een veranderende praktijk van terugplaatsing van bevruchte eicellen een grote rol gespeeld.