Opinie

Onderzoek naar vitamine en kanker te beperkt

Kunnen voedingssupplementen prostaatkanker en andere vormen van kanker helpen voorkomen? Nee, aldus een uitgebreide studie in Amerika (RD van woensdag). Volgens dr. Gert Schuitemaker zijn bij het onderzoek echter de nodige kanttekeningen te plaatsen.

16 December 2008 08:38Gewijzigd op 14 November 2020 06:55
„In tegenstelling tot medicijnen werken voedingsstoffen samen. Wie een voedingssupplement wil gebruiken, doet er daarom goed aan een multipreparaat te nemen.” Foto Fotolia
„In tegenstelling tot medicijnen werken voedingsstoffen samen. Wie een voedingssupplement wil gebruiken, doet er daarom goed aan een multipreparaat te nemen.” Foto Fotolia

Aanleiding voor het nieuwsbericht was de publicatie van twee bijzonder grote en dure studies in de Verenigde Staten met synthetisch vitamine E (400 IE), selenium (200 mcg) en vitamine C (500 mg), al of niet in combinatie met elkaar.Bij deze studies zijn echter enkele kanttekeningen te maken. Om te beginnen staan ze niet op zichzelf. Er zijn in het verleden meerdere onderzoeken uitgevoerd. Zoals een Finse studie waaruit bleek dat 50 mg vitamine E een reductie gaf van prostaatkanker van meer dan 30 procent bij zware rokers (mannen).

Toch is dit soort onderzoeken van beperkte waarde. Vooropgesteld: elk onderzoek met voedingssupplementen is meer dan welkom, maar voor de interpretatie dienen de uitkomsten gezien te worden in een breder verband. Onderzocht wordt steeds slechts één enkelvoudige stof, of een combinatie met slechts één andere voedingsstof.

In tegenstelling tot medicijnen werken voedingsstoffen echter samen. Wie een voedingssupplement wil gebruiken, doet er daarom goed aan een multipreparaat te nemen waarin alle vitaminen en mineralen vertegenwoordigd zijn. In een onderzoek behoort dus ook het hele spectrum van voedingsstoffen te worden betrokken.

Mijn stelling is dat onderzoek naar voeding en voedingssupplementen niet volgens het medisch-farmaceutisch onderzoeksmodel gedaan kan worden, waarbij steevast op één stofje wordt gefocust.

Direct in het verlengde hiervan dient ook het voedingspatroon van de proefpersonen in het onderzoek te worden meegenomen. Er kan weliswaar met een statistische truc gecorrigeerd worden voor storende factoren, maar een variabele kan zo dominant zijn dat de te onderzoeken variabele -in deze studies: het voedingssupplement- hierbij in het niet valt.

Synthetische vorm
Maar er kunnen meer nuances verloren gaan bij voedingsonderzoek. Zo werd bij eerder onderzoek met vitamine E-suppletie bij hart- en vaatziekten in de gehele populatie geen effect gevonden. Werd evenwel gekeken naar een deel van de populatie met een bepaald genetisch profiel, dan bleek vitamine E-suppletie wél effectief. Een dergelijke subgroep kan gemakkelijk verdrinken in een heel grote onderzoekspopulatie.

Ook details uit de zojuist gepubliceerde studies stemmen tot nadenken. Zo is in beide studies de synthetische vorm van vitamine E gebruikt, in plaats van de natuurlijke vorm. De synthetische vorm is voor de helft onwerkzaam in het lichaam, en mogelijk zelfs schadelijk.

Voor wie zelf supplementen gebruikt: de natuurlijke vorm van vitamine E is te herkennen aan zijn wetenschappelijke benaming (d-alfa-tocoferol of d-alfa-tocoferylsuccinaat). De synthetische vorm heet: d,l-alfa-tocoferol. Het onderscheid zit hem dus in de letter ”l”.

Daarnaast is vitamine C bij het onderzoek in een te geringe dosis van 500 mg gegeven. Een orthomoleculaire en dus werkzame dosis bedraagt ten minste 1000 mg, en liefst hoger. Ook startte het onderzoek pas op 50-jarige leeftijd. Alle chronische ziekten, ook kanker, hebben een lange aanloopperiode. De suppletieperiode bleef bovendien beperkt tot zeven jaar. En strikt genomen gelden de onderzoeksresultaten enkel voor Amerikaanse mannen met een Amerikaans voedingspatroon.

De auteur is hoofdredacteur van Orthomoleculair Magazine.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer