Arafats tweede man: Intifada is vergissing
De gewapende opstand van de Palestijnen tegen Israël is een vergissing en kan beter gestaakt worden, heeft Mahmoud Abbas, Yasser Arafats tweede man, gezegd.
Dit is de felste kritiek die Abbas ooit heeft gespuid op de Palestijnse milities, en indirect op zijn baas.
Abbas deed zijn uitspraken vorige maand op een bijeenkomst achter gesloten deuren met tientallen activisten van Arafats Fatah-beweging in de Gazastrook. Het persbureau The Associated Press ontving woensdag van Abbas’ kantoor een gedrukte versie van diens toespraak. Abbas, een vertrouweling van Arafat binnen de PLO, was woensdag op weg naar Doha in Qatar en niet bereikbaar voor commentaar. Verscheidene functionarissen van Fatah die aanwezig waren op de bijeenkomst, hebben de inhoud van de transcriptie bevestigd.
Er is in de Palestijnse maatschappij tot nu toe zeer weinig openbaar debat gevoerd over het gewapende conflict met Israël. Leden van de intieme kring rond Arafat, onder wie Abbas, die ook wel Abu Mazen wordt genoemd, hebben eerder op persoonlijke titel wel kritiek geleverd op de milities, waaronder de beruchte al-Aqsa Martelaren Brigade, maar hebben zich in het openbaar nooit uitgesproken tegen de beschietingen of de bomaanslagen op Israëliërs.
Tijdens de bijeenkomst zei Abbas dat het uitbreken van de opstand begrijpelijk was. Hij zei dat de Palestijnen kwaad waren over de voortdurende uitbreiding van Joodse nederzettingen, de vertragingstechnieken van Israël aan de onderhandelingstafel en het demonstratieve bezoek van Ariel Sharon in september 2000 aan de betwiste Tempelberg. Maar wat een volksprotest had moeten worden, draaide uit op een gewapend conflict, aldus Abbas.
„Wat in de afgelopen twee jaar gebeurde, heeft geleid tot een volledige vernietiging van alles wat we hadden opgebouwd. De reden hiervoor is dat velen de opstand in een andere richting hebben gedwongen, een richting die we niet kunnen beheersen door het gebruik van wapens zoals mortieren, granaten en beschietingen vanuit huizen en dichtbevolkte plaatsen”, zei Abbas. Volgens hem nodigen de beschietingen vanuit bevolkte gebieden uit tot Israëlische vergelding en brengen ze de Palestijnse levens en bezittingen in gevaar.
Abbas erkende dat „we zonder enige twijfel veel hebben verloren en weinig hebben gewonnen”. Hij zei dat de Palestijnen meerdere kansen op een bestand hebben laten schieten en dat het in de toekomst alleen maar moeilijker zou worden om nog tot zo’n bestand te komen.
Door de gewapende opstand af te blazen en vredesonderhandelingen te hervatten, zouden de Palestijnen opnieuw internationale sympathie kunnen verwerven, volgens Abbas, die niet gelooft dat Sharon echt een vredesverdrag wil. Maar als de vredesonderhandelingen worden hervat, kan de onbuigzaamheid van Sharon snel ontmaskerd worden, aldus Abbas.
Abbas noemde Arafat niet bij naam, maar aangezien de Palestijnse leider alle aspecten van het bestuur beheerst, was de kritiek duidelijk op hem gericht. Vorige maand werd Abbas even beschouwd als belangrijke kandidaat voor de positie van premier, een functie die hervormingsgezinde Fatah-leiders wilden instellen om Arafat te dwingen de macht te delen. Maar na de belegering van Arafats hoofdkwartier door het Israëlische leger, verdween het voorstel naar de achtergrond en steeg de populariteit van Arafat aanzienlijk.
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Colin Powell, reageerde woensdag op de uitspraken van Abbas. De Palestijnse opstand, die nu al 26 maanden duurt, is een „fout.” Deze zogenoemde tweede intifada brengt de Palestijnen niet dichter bij de gewenste eigen staat en het voortdurende geweld brengt de vrede niet dichterbij, aldus Powell.