Dikke palingen krijgen op Wad vrijheid terug
Volwassen paling wil naar de Sargassozee om daar te paaien. Op hun tocht zwemmen ze letterlijk tegen de dijk aan. Vissers helpen een handje.
Drie kotters tuffen de haven van Den Oever uit. De Waddenzee ligt er deze woensdagmiddag prachtig bij. „Mooi zwemweer”, grapt een van de opvarenden van de WR 161.Het moet voor de vissers een vreemde ervaring zijn. Normaal gaan ze het water op om vis te vangen, nu geven ze de dikke volwassen palingen -schieralen- de vrijheid terug.
De paling is ’s ochtends vers gevangen in het IJsselmeer, aan de andere kant van de Afsluitdijk. „Tegen de dijk krioelt het”, zegt palinghandelaar Bart Kraan aan dek van de WR 161. „Volwassen paling wil van nature naar de Sargassozee om daar te paaien. De dijk houdt ze tegen. Wij helpen de natuur een handje. In de hoop dat hun nakomelingen als glasaaltjes zullen terugkomen.”
Een schieraal kan al gauw 2 miljoen eitjes produceren. Ze doet dat alleen in de Sargassozee, toch al gauw op 6000 kilometer van de Nederlandse kust. Hoe de palingen en hun nakomelingen de weg weten, is voor wetenschappers een raadsel.
De palinguitzet is deze week op twee locaties in Nederland, woensdag bij Den Oever bij de Afsluitdijk en vanmiddag bij de Roompotsluis in de Oosterscheldekering. Daar werden duizend schieralen losgelaten die zijn gevangen in het Veerse Meer en het Grevelingenmeer.
In het onlangs door minister Verburg van Visserij gepresenteerde Nationaal Aalbeheerplan is de nieuwe stichting Future for Eel de coördinerende instantie voor alle aaluitzet. Het is een samenwerkingsverband van palingvissers, kwekers en handel.
Levensmiddelentechnoloog Pieter Bak, die veel advieswerk doet in de vissector, is voorzitter van Future for Eel. Veertien ondernemingen in de vissector sponsoren de stichting. Ze willen ermee laten zien dat het ze ernst is de paling van de Rode Lijst van bedreigde diersoorten te krijgen.
Dr. Guido van den Thillart van de Universiteit Leiden, bekend van het onderzoek naar kunstmatige voortplanting van de aal, is een van de onafhankelijke bestuursleden.
Enkele tientallen kilo’s van de uitgezette paling worden onderzocht door de Universiteit Leiden om de kwaliteit van de schieraal vast te stellen. De paling wordt bekeken op vetgehalte en infecties. Het onderzoek moet uitwijzen welke schieraal waar het beste uitgezet kan worden om de verre Sargassozee te bereiken om daar te paaien.
Minister Verburg steekt veel geld in het beschermen van de paling, plus een herstelplan voor de noodlijdende vis. De palingstand in IJsselmeer en andere binnenwateren daalt al jaren dramatisch. Sinds 1960 is de palingstand met 80 procent afgenomen.
De minister wil visserijvrije zones instellen op plaatsen die belangrijk zijn voor de trek van de aal. Ook wil zij een vangstverbod in de maanden september en oktober, als de trek van de schieraal naar zee op zijn top is. Om de vissers te compenseren, stelt Verburg jaarlijks 400.000 euro uit het Europese Visserijfonds beschikbaar.
„Het uitzetten van schieren is geen water naar de zee dragen”, vindt handelaar Kraan. „Het is paling die al weg wil om voor nakomelingen te zorgen. Wat het effect is, zal natuurlijk moeten blijken. Maar als je niets doet en die aal rookt, weet je zeker dat ze nooit meer zullen paaien. We onderzoeken nog hoe we de uitgezette schieren kunnen volgen.”
Aan dek van de WR 161 staan grote witte bakken waarin de dikke palingen krioelen. Snel worden er nog een paar flinke exemplaren uitgehaald om te bemonsteren „en daarna op te eten.” Met z’n tweeën kiepen de vissers en handelaren de bakken leeg in de Waddenzee.
Even lijken de palingen versuft, maar dan zwemmen ze snel weg. Kraan wijst in de richting van Den Helder. „Die kant moeten jullie op.”