Opinie

Zilveren tasjes zonder verhaal

Het gebeurt niet zo vaak dat je kort achter elkaar hetzelfde museum bezoekt. Afgelopen zomer was ik twee keer in het Zeeuws Museum in Middelburg.

Jan-Kees Karels
25 November 2008 10:50Gewijzigd op 14 November 2020 06:47

De eerste keer was ik zo enthousiast, dat een tweede bezoek volgde - nu met vrouw en kinderen. Ook zij genoten van de schitterende wandtapijten met zeeslagen, van de schilderkunst uit de gouden eeuw en van het rariteitenkabinet met opgezette vogels.Met verbazing nam ik dus vorige week kennis van een artikel in het Historisch Nieuwsblad. „Directeuren Nationaal Historisch Museum zetten geschiedenis bij grofvuil.” Een van die twee directeuren is namelijk Valentyn Byvank, de leider van dat Zeeuws Museum. Byvank en Erik Schilp van het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen worden de twee directeuren van het in de maak zijnde Nationaal Historisch Museum. Om te kijken „wat Nederland te wachten staat” met dit tweetal onderwierp het Historisch Nieuwsblad beide musea aan een uitgebreide museumtest. De uitslag: twee dikke onvoldoendes. Het Zeeuws Museum krijgt een 4,5, het Zuiderzeemuseum een 4.

In de test wordt gelet op publieksvriendelijkheid en presentatie, en vooral op het historische verhaal dat beide musea vertellen. Juist op dat punt gaan de musea mank, betogen Marchien den Hertog en Bas Kromhout. In het Zeeuws Museum schalt de technomuziek je tegemoet vanaf de modeafdeling, schrijven ze. Ook zijn er „enkele historische voorwerpen”, zoals een stuk aardewerk uit een scheepswrak en een negentiende-eeuwse tabaksdoos met handtekening van zeeheld Van Speyk. Maar „het verhaal achter deze voorwerpen, over de personen en gebeurtenissen waarmee ze zijn verbonden, ontbreekt.” Met het Zuiderzeemuseum is het al niet veel beter gesteld: ook hier mooie voorwerpen, veel design, haute couture. Zilveren tasjes, beschilderde sleeën, ansichtkaarten, dat alles niet chronologisch, maar esthetisch geordend. En ook hier geen historische uitleg: „We worden totaal aan ons lot overgelaten als het erom gaat verbanden te leggen tussen de getoonde voorwerpen en het Zuiderzeeverleden.”

In het Buitenmuseum zijn de vissershuisjes, de meeste „verwaarloosd.” „Eén huisje is wel ingericht: van boven tot onder zijn de muren geairbrusht met ’Delfts blauwe’ voorstellingen van molens, tulpen én een dame in bikini. In een ander huisje hangen koptelefoons waaruit ondefinieerbare herrie schalt. We snappen er niks van: wat heeft dit met de geschiedenis van de Zuiderzee te maken?”

Over het Zuiderzeemuseum kan ik niet oordelen. De vernieuwing die Schilp hier heeft doorgevoerd, heb ik niet gezien. Dat het Zeeuws Museum „de geschiedenis bij het grofvuil zet” is een oordeel dat ik niet deel. Zeker, er is hier en daar sprake van effectbejag met harde muziek en de omstreden ”Strip show 1850”, maar die kun je gewoon negeren. Wat we mogen vaststellen, is dat Byvank een nieuw museumconcept heeft uitgevoerd waarin verleden en heden op een artistieke manier tot één geheel zijn gesmeed. Een museum dat wordt geleid door een „cultureel ondernemer” die het traditionele museum weet om te vormen tot een modern, publieksgericht bedrijf. Zijn musea in het verleden niet te vaak collectiegericht geweest?

Misschien moet de idee dat een museum het hele verhaal vertelt, op de schop. Zijn mensen bereid dat hele verhaal tot zich te nemen als ze een museum bezoeken? Is een boek daar niet veel geschikter voor? Misschien moet je het museum van de toekomst meer zien - nee, niet als een speeltuin of plaats van entertainment. Wel als een historische smaakmaker, als een plek waar de nieuwsgierigheid wordt geprikkeld, waar aanzetten worden gegeven voor verdere studie.

Ik vermoed dat mijn kinderen het Zeeuws Museum een 10 geven. Met een paar minpunten in mijn achterhoofd, ga ik voor een goede 8.

Reageren aan scribent? beeldenstorm@refdag.nl.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer