Samenhangende reflectie nodig op crises Westen
De kredietcrisis is een goede aanleiding om de huidige economische ontwikkeling in het Westen kritisch onder de loep te nemen, stelt prof. dr. ir. E. Schuurman . Overheersende macht moet plaatsmaken voor dienstbare macht in het perspectief van wereldwijde gerechtigheid.
Onlangs was ik in New York bij de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Het laat zich raden waarover veel gesproken werd. Het is een en al kredietcrisis. Iedereen is ernstig bezorgd.Wolkenkrabbers bepalen het straatbeeld in de stad met 8 miljoen inwoners. Als de zon schijnt, moet je echt loodrecht naar de hemel kijken om dat te zien. Alles ligt in de schaduw van glas, staal en beton. Het is allemaal dode materie, met mensen die zich over die materie erg veel zorgen maken. Men hoopt dat er gauw een oplossing gevonden wordt voor de financiële crisis. Dan kan het leven weer doorgaan.
Ik ben ongerust, ik geloof niet dat de oplossing gevonden kan worden door diegenen die de problemen hebben veroorzaakt. Ik sta een meer omvattende benadering voor, waarbij de achtergronden niet worden verbloemd.
Die achtergronden kwamen ook aan de orde in de twee preken die ik op twee opeenvolgende zondagen van de bekende New Yorkse prediker ds. Tim Keller hoorde over de verloren zoon. Het is niet te ver gezocht om de westerse cultuur als de verloren zoon te zien, die steeds meer aan lager wal raakt.
Geldt zo’n gelijkenis van Jezus wel voor het Westen? Ik denk het wel. We zullen daartoe wel de kredietcrisis in samenhang moeten zien met de grondstoffencrisis, energiecrisis, voedselcrisis, klimaatcrisis en milieucrisis. Uit alles blijkt dat rentmeesterschap is veronachtzaamd.
Er is ook een morele crisis. Het roofdierkapitalisme heeft zijn ware aard laten zien. Het is ontstellend dat het financiële systeem het gestelde vertrouwen zo ernstig heeft geschonden. Dat komt ervan als men geld wil binnenhalen, als er geen echte verdienende prestaties tegenover staan. Banken zijn in plaats van geldscheppende, geldvernietigende instellingen geworden, zegt econoom en bankier Herman Wijffels terecht.
Het is nu hoog tijd om de huidige economische ontwikkeling, gebaseerd op wetenschap en technologie, kritisch te beschouwen. In confrontatie met de wereldproblemen is de grote vraag vanuit welke ethiek de technisch-economische ontwikkeling wordt bevorderd.
Blind
Kijken we naar de achterliggende motieven dan constateren we dat het Westen sinds de tijd van de verlichting door twee idealen wordt beheerst. Het ideaal van vrijheid en het ideaal van de technisch-economische beheersing en ontwikkeling.
Daarmee is ontzettend veel bereikt in materiële zin. Maar duidelijk wordt met de loop van de tijd dat de beide idealen ethisch gezien een te beperkte inkadering hebben gekregen. Het lijkt erop dat de cultuur opgaat in een ontwikkeling van de werkelijkheid als alleen materiële werkelijkheid. De westerse cultuur is meer en meer blind geraakt voor de niet-materiële dimensies van het bestaan.
De mens, de samenleving, het milieu en de natuur lijden hieronder. Maar daardoor worden ook spanningen tussen culturen opgeroepen die sinds de globalisering iedereen aangaan. De komende economische crisis en het internationaal terrorisme zijn daarvan afschrikwekkende tekenen.
Behalve daadwerkelijke bestrijding van het terrorisme dient de westerse cultuur ook meer ruimte te laten voor zelfkritiek. Dat is een bijzonder schaars goed. Het betekent dat we ons de vraag moeten stellen of wij met industrialisatie, kapitalisme en economisch liberalisme vanuit het Westen onder aanvoering van Amerika de wereld over zijn gegaan zonder een goed moreel kompas.
Amechtig
De westerse cultuur is de geestloze, oppervlakkige, materialistische cultuur van technische overmoed, machtswellust en hebzucht. Het ideaal van ongekende materiële welvaart mag dan deels vervuld zijn, tevens is duidelijk geworden dat dit ten koste gaat van de menselijke vrijheid, van het leefmilieu, en dat wij ons met de welvaart op een vulkaan bevinden, die op uitbarsten staat.
Misschien is het juist nu wel hoog tijd voor een minder amechtige samenleving, minder consumptie van schadelijke rommel, minder groei, minder macht voor op afstand opererende geldwolven, meer aandacht voor zaken die werkelijk bepalend zijn voor het dagelijks leven in ”Main Street”.
Een stap dichter bij huis is ook nodig. De ongeremde technisch-economische ontwikkeling is volgens mij ook de achterliggende oorzaak van de crisissfeer in Europa. Het is (niet meer) vanzelfsprekend welke kant we met Europa op moeten. De materiële waarden van techniek en economie zijn zo overheersend dat Europa daarmee steeds meer in het slop raakt. We moeten niet suggereren dat het economisch, sociaal en cultureel project van Europa -met wat aanpassingen- wel gezamenlijk en gemakkelijk te realiseren zal zijn.
Er dient dus meer samenhangend gereflecteerd te worden op wat de oorzaken en uitwegen zijn uit de vele crises van onze cultuur. De vroegere Belgische premier Verhofstadt heeft al eens gepleit voor een wereldwijde discussie over de ethiek van de cultuur. Hij deed die suggestie in confrontatie met de antiglobalisten.
De theoloog Küng pleit er al lange tijd voor om te komen tot een wereldethos in wetenschap en politiek: ”a global ethics”. Ook wereldwijde organisaties van kerken hebben rapporten uitgebracht met kritiek op de ontwikkeling van de westerse cultuur.
Hervormingen
Overheersende macht moet plaatsmaken voor dienstbare macht in het perspectief van wereldwijde gerechtigheid. Aandacht voor voedsel- en energieproblemen, klimaatverandering, verstoring van ecologische systemen, verlies van biodiversiteit, nieuwe tropische ziekten, levensbedreigende ontwikkelingen enzovoort doen een appel op een verandering in de cultuurgezindheid.
Met de technisch-economische ontwikkeling moet de eenheid in de menselijke maatschappij weerspiegeld worden in harmonie, tot uitdrukking komend in rechtvaardigheid, gelijkheid, solidariteit, zorg voor natuur en milieu, garanties voor toekomstige generaties, bescherming van alles wat leeft, duurzaamheid enzovoort. Er zijn wat dat betreft, in plaats van tijdelijke aanpassingen, niet minder dan zeer grondige hervormingen nodig.
De auteur is emeritus hoogleraar reformatorische wijsbegeerte en fractievoorzitter van de ChristenUnie in de Eerste Kamer. Dit artikel is een samenvatting van zijn bijdrage vorige week aan de algemene beschouwingen in de Eerste Kamer.