Het opgefriste keurmerk Max Havelaar heeft inmiddels navolging gekregen in dertien Europese landen en in Japan, de Verenigde Staten en Canada.

Directeur S. Peijnenburg van de stichting Max Havelaar gaf dinsdag het startsein van een campagne voor de voedingsproducten die de producent, de boer in Zuid- en Midden-Amerika, Azië of Afrika, een goede prijs geeft. De producten, naast koffie (Oké), bananen, thee, cacao, honing en sinaasappelsap, vinden steeds meer aftrek. In marktaandeel zijn ze echter nog een druppel op een gloeiende plaat.

Rond de 500.000 boeren van de in totaal 25 miljoen leveren aan de FairTrade-organisaties. Zij krijgen voor een zak van ruim 45 kilo koffie 126 dollar, waar de minder duurzame concurrent 50 dollar geeft. Op een pak van 250 gram verdient de Max Havelaar-boer 58 cent tegen 10 cent voor een willekeurige boer.

Daardoor zorgt de organisatie voor een inkomen dat overeenkomt met de situatie waarin de boer verkeert. „Waardoor de boer ook kwaliteit blijft leveren en kan investeren”, aldus Peijnenburg. De coöperatie waarbij de boer is aangesloten, neemt daarnaast vaak de zorg voor de infrastructuur op zich en zorgt vaak voor scholing en voor medische voorzieningen.

De koffie ligt minder goedkoop in de schappen dan de volgens Peijnenburg veel te goedkope koffie van de minder duurzame concurrent. De koffieproducenten verkeren in crisis, de prijzen op de wereldmarkt zijn de afgelopen jaren dramatisch gedaald. Voor miljoenen kleine boeren zijn die dumpprijzen een ramp.

De verleiding voor hen is groot om over te stappen op een lucratievere handel, zoals bijvoorbeeld de teelt van cocaplanten. Ook de prijzen voor cacao liggen zeer laag. Verkoop van de koffie onder Max Havelaar-voorwaarden is voor de boeren de enige garantie dat ze niet worden uitgebuit, stelt Peijnenburg.

De samenwerkende organisaties, met hoofdkantoor in Bonn, streven door de betere herkenbaarheid naar een groter marktaandeel. Vorig jaar steeg de afzet van ’duurzame’ koffie wereldwijd naar 14,2 miljoen kilo tegen 12,8 miljoen kilo in 2000. Van de bananen werd vorig jaar 28,3 miljoen kilo verkocht tegen 22,8 miljoen een jaar eerder. Onder het nieuwe logo komen op termijn ook meer producten op de markt. Het dient tevens als keurmerk dat garant staat voor kwaliteit en voor controle daarop.