Een woordvoerder van Hanjin Shipping, een van de rederijen waarvoor de schepen varen, beweert dat de zaak draait om de „rommelige regelgeving” rond het gewicht van het vuurwerk. „Dat is de voortdurende discussie over het gewicht van de dozen, of het gewicht van het kruit.” De betrokken kapiteins, rederijen, overslagbedrijven en cargadoors (scheepsbevrachters) hebben inmiddels de krachten gebundeld en één advocaat in de arm genomen.

Sinds de vuurwerkramp in Enschede zijn er problemen geweest met zeeschepen met aan boord vuurwerk, al dan niet bestemd voor Nederland. Afhankelijk van het gewicht mogen die de Nederlandse havens, in feite alleen Rotterdam, wel of niet in.

Reders, overslagbedrijven en cargadoors hanteren in de regel het netto explosief gewicht (van het kruit), maar over nagenoeg elk schip met vuurwerk ontstaan discussies met de Inspectie Verkeer en Waterstaat. Daarin speelt ook nog mee dat er verschillende classificaties van vuurwerk zijn.

In mei van dit jaar werd de kwestie van de vuurwerkschepen op de spits gedreven door de arrestatie van twee directeuren van overslagbedrijf Uniport waar een schip met vuurwerk zonder ontheffing was binnengelopen. Naar aanleiding van dat incident ontstond overleg tussen Rotterdam en de ministeries van VROM en Verkeer en Waterstaat over een versoepeling van de zeer strenge regels na ’Enschede’.

Dat leidde in eerste instantie tot niets en later zelfs tot een aanscherping van de regels door de demissionaire ministers Pronk van VROM en Netelenbos van Verkeer en Waterstaat. De nieuwe minister van Verkeer en Waterstaat De Boer draaide die aanscherping enkele dagen na zijn aantreden terug. Of beide directeuren van Uniport nog vervolgd worden, was dinsdag nog niet bekend. Dat onderzoek loopt nog, aldus een woordvoerster van het OM.