Starink: VS hebben niets aan F-16’s die foto’s maken
In hun internationale strijd tegen het terrorisme tellen voor de Verenigde Staten alleen de landen die speciale troepen en gevechtsvliegtuigen inbrengen. „En dan heb ik het niet over vliegtuigen die foto’s kunnen maken”, aldus generaal-majoor D. Starink, plaatsvervangend bevelhebber van de luchtmacht.
Met zijn uitlating, maandagavond tijdens een bijeenkomst van de Koninklijke Vereniging ter Beoefening van de Krijgswetenschap in Den Haag, bekritiseert Starink een besluit van de paarse regering-Kok. Eind vorig jaar bood de regering Amerika voor de operatie Enduring Freedom zes F-16-gevechtsvliegtuigen aan, maar die mochten alleen foto’s maken.
Later kwam de regering na internationale druk terug op dit besluit. Toen werden behalve enkele fregatten zes F-16’s aangeboden die konden worden ingezet ter bescherming van de Amerikaanse troepen die terroristische groeperingen in Afghanistan bestreden.
Het duurde tot oktober dit jaar voordat de F-16’s inzetbaar waren. Vanaf de vliegbasis Manas in Kirgizië opereren de vliegtuigen van de luchtmacht nu samen met Noren en Denen. „De Amerikanen waarderen onze bijdrage, omdat het ertoe doet”, aldus Starink.