Te eerlijk
Valt Van Middelkoop iets te verwijten? Ja, wel iets.
Dat iets is niet dat hij als fractiemedewerker van het GPV het verplicht dienen in het Nederlandse leger heeft vermeden. Bijna niemand was er in die tijd happig op onder de wapenen te gaan. Wie dat op legale wijze kon voorkomen, deed dat.Dat de minister zijn „geloofwaardigheid te grabbel heeft gegooid”, zoals een vakbond van militairen het uitdrukt, is dan ook, met het oog op de feiten, schromelijk overdreven. Van Middelkoop, toen nog een jonge man met een modisch baardje, werd als gewaardeerd medewerker van de Kamerleden Jongeling en Verbrugh door hen onmisbaar geacht. De overheid nam die redenering over. Dat is alles.
De kwestie zelf is, zakelijk bezien, beslist geen ophef waard. Moet je soms eerst paard geweest zijn om een goede ruiter te kunnen zijn? Kan alleen een arts leidinggeven aan het departement van Volksgezondheid? Onzin natuurlijk.
Er valt zelfs wat te zeggen voor de omgekeerde stellingname. De kwaliteit van leidinggeven wordt soms beter als de leidinggevende in staat is met enige afstand naar de eigen organisatie te kijken. Dat geeft niet zelden een objectiever kijk op wat voor deze club of dit bedrijf heilzaam is. Dat geeft vaak meer lef om, wanneer dat nodig is, stevig in te grijpen.
Nee, als Van Middelkoop iets te verwijten valt, betreft het vooral zijn openhartigheid en eerlijkheid. De minister van Defensie is een belezen mens die ervan houdt met zijn ”freischwebende Intelligenz” een boom op te zetten over tal van onderwerpen. Hij is bovendien een onderhoudend verteller die zijn betogen pleegt te larderen met leuke anekdotes. Plezierige eigenschappen, dat wel, maar ook eigenschappen die een politicus gemakkelijk tot last kunnen worden.
Dat is wat de bewindsman ook nu weer parten speelt. Voor elk weldenkend mens staat vast dat zijn betrokkenheid bij het ministerie van Defensie groot is. Terecht merkte de ChristenUnieprominent dinsdagavond op dat hij, als het om Defensie gaat, zijn „sterren in de politiek wel verdiend heeft.” Als gerespecteerd Defensiewoordvoerder in de Kamer en als geestelijk vader van de zogeheten artikel 100-procedure voor uitzending van militairen naar het buitenland.
Maar door een wat losse wijze van uitdrukken, dit keer in opinieblad Vrij Nederland, geeft Van Middelkoop soms aanleiding tot verkeerde beeldvorming. In dit geval van een man die buitengewoon blij en opgelucht was dat hij niet in dat vreselijke, door kadaverdiscipline gekenmerkte leger hoefde. Waarbij de opmerking dat hij persoonlijk moeite heeft met zich onderwerpen aan gezag, wel buitengewoon eerlijk is, maar politiek gezien niet handig. Zeker niet voor een ChristenUniepoliticus.
Daarom is de les van dit alles dat zelfs een doorgewinterde Binnenhofbewoner nooit te oud is om te leren. Ook Van Middelkoop niet, die anderhalf jaar geleden zijn politieke carrière ongedacht bekroond zag met het ministerschap. Hij zal zich meer moeten realiseren dat we in een beeldcultuur leven waarin Kamerleden, ministers en andere hooggeplaatsten continu moeten waken over hun imago.