Families slachtoffers Srebrenica verliezen zaak
De Nederlandse staat kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor de dood van twee moslims uit Srebrenica die in 1995 door Nederlandse militairen werden overgedragen aan de Serviërs. Dat heeft de rechtbank van Den Haag woensdag geoordeeld in een zaak die was aangespannen door nabestaanden van de twee slachtoffers.
Volgens de nabestaanden hadden de twee beschermd moeten worden, omdat ze voor de Nederlandse vredesmacht werkten. De zaak was aangespannen door Hasan Nuhanovic, die destijds zelf als tolk voor de Nederlanders werkte en die zijn broer en ouders verloor en nabestaanden van Rizo Mustafic, die als elektriciën voor de Nederlanders werkte.De rechtbank oordeelde dat Nederland niet aansprakelijk kan worden gesteld voor de dood van de familieleden omdat de Nederlandse blauwhelmen in Bosnië onder mandaat vielen van de Verenigde Naties. Eerder dit jaar verklaarde een Nederlandse rechtbank een zaak tegen de VN niet ontvankelijk omdat de Verenigde Naties onschendbaar zijn.
‘De nachtmerrie houdt aan,’ zei Nuhanovic na het vonnis woensdag. Hij bleef er kalm onder. ‘Ik ben al zo vaak verraden in mijn leven.’
De zaak tegen de VN was aangespannen door de ’Moeders van Srebrenica’. Hun advocaat, Marco Gerritsen, zei niet te geloven dat de uitspraak van woensdag daar invloed op zal uitoefenen. Hij zei dat hij van plan is beroep aan te tekenen tegen de uitspraak in de zaak van de Moeders en desnoods tot het Europese Hof voor de Mensenrechten door zal procederen. Volgens hem weegt de verantwoordelijkheid van de VN zwaarder dan de immuniteit.
Volgens de VN was Srebrenica een veilige zone. Toen Bosnische Serviërs in juli 1995 de stad innamen, smeekten bijna veertigduizend Bosnische moslims om bescherming. Maar de zeshonderd aanwezige Dutchbatters, in de minderheid en minder goed bewapend dan de tegenstander, waren niet bereid of niet in staat om de Serviërs, onder leiding van generaal Ratko Mladic, tegen te houden toen die de mannen en jongens begonnen te scheiden van de vrouwen en meisjes. In vijf dagen tijd vermoordden de Serviërs bijna achtduizend mannen en jongens.
Afgelopen juni vertelde de 40-jarige Nuhanovic de rechtbank dat Nederlandse soldaten hem opdroegen voor zijn familieleden te vertalen dat ze weg moesten van de Nederlandse basis waar ze bescherming hadden gezocht. Hij zei dat hij wist dat zijn familie vermoord zou worden. ‘Mijn moeder huilde, ik huilde. De enige die niet huilde was mijn broer. Hij was 22 en heel trots. ’Hasan, hou op met te smeken of ik gespaard kan worden,’’ vertelde Nuhanovic.