Collecteren is God loven met Zijn gaven
De collecte in de kerk is een waardevolle symbolische handeling dat wij onszelf met heel ons bestaan als offer van dankbaarheid aan God willen geven, schrijft dr. Jan Smelik . Hij reageert op het artikel ”Collectezak in de kerk niet meer van deze tijd” van Joke Martens-Bevelander (RD van vrijdag).
Natuurlijk is het een merkwaardige gewoonte om ’s zondags in de kerkdiensten te collecteren. Want waarom maken we niet alleen periodiek een bedrag over op de bankrekening van de kerk? Zo verkom je ook dat je gasten in de kerkdienst om geld gaat vragen. Bovendien zijn je giften dan fiscaal aftrekbaar en wanneer je de belastingteruggave ook aan de kerk schenkt, kun je nog meer geven.Hier valt geen speld tussen te krijgen. Tenminste, wanneer men denkt in termen van efficiëntie en marktwerking, waarbij geld enkel in relatie staat tot het verkrijgen en leveren van diensten en goederen.
Maar juist in de liturgie worden we uitgetild boven het dagelijks leven met zijn economisch-financiële logica. Daar gelden geloofswetten en geloofsgedachten. De kerkdienst is een ontmoeting tussen God en zijn gemeente en tussen gemeenteleden onderling. En in die ontmoeting wordt gecommuniceerd door middel van woorden, gebaren, handelingen en tastbare tekenen van water, brood en wijn.
Binnen die ontmoeting heeft de collecte zijn eigen betekenis. Die komen we op het spoor wanneer we de oorsprong van de collecte bezien. In 1 Korintiërs 11 lezen we over de zogeheten liefdemaaltijden (de agapè): rijke gemeenteleden namen eten en drinken mee voor de arme broeders en zusters. Deze gaven werden door diakenen ingezameld (ziedaar het ontstaan van de taak van diakenen aan de avondmaalstafel) en verdeeld onder de behoeftigen, nadat een klein deel daarvan afgezonderd was voor de viering van het avondmaal. Op een gegeven moment zijn de gaven in natura vervangen door geld en zo ontstond wat wij kennen als de ”inzameling van de gaven”, de collecte.
Symbolische handeling
Toen de liefdemaaltijden verdwenen, bleef de christelijke kerk in haar samenkomsten collecteren. Ook al waren er buiten de kerkdienst andere mogelijkheden (te verzinnen) om geld bijeen te verzamelen. Maar de kerk hechtte desondanks aan de collecte omdat deze zinvolle, inhoudsrijke betekenissen had. En die gelden vandaag de dag nog.
De gemeente heeft namelijk een diaconale taak: zij moet omzien naar de behoeftigen in wereld en kerk. In de liturgie krijgt dat vorm door het inzamelen van de gaven. Natuurlijk krijgt deze taak ook buiten de kerkdienst gestalte; ook door de week wordt in materiële zin omgezien naar de behoeftigen.
Maar het collecteren in de liturgie is veel meer dan een administratieve handeling om de kerk van inkomsten te voorzien. Het is een waardevolle symbolische handeling. De collecte symboliseert namelijk dat wij onszelf met heel ons bestaan als offer van dankbaarheid aan God willen geven. Wij geven aan Hem terug wat wij uit zijn hand ontvingen (1 Kron. 29:14).
Collecteren is God loven en danken met Zijn gaven. Het gaat om een lof- en dankoffer dat met de handen gegeven wordt. In de liturgie is dit ”offer van de handen” nauw verbonden met het ”offer van de lippen” dat in de kerkdienst concreet hoorbaar wordt in het voorbedengebed, het lied van de gemeente en de geloofsbelijdenis. In de liturgie worden onze voorbeden voor nood in kerk en wereld concreet omgezet in daden: het inzamelen van de gaven. Ook opdat wij herinnerd worden aan onze diaconale taak van maandag.
De auteur is hymnoloog en auteur van onder meer ”Gods lof op de lippen. Aspecten van liturgie en kerkmuziek” (Zoetermeer, 2005).