Dinsdag komen de Opec–ministers bijeen om de kwestie te bespreken. De olieprijzen zijn met bijna dertig procent gezakt sinds in juli de recordprijs van bijna honderdvijftig dollar per vat werd bereikt.Volgens insiders is het Iran en Libië er vooral om te doen de daling van de olieprijs te stoppen. Of zij de andere Opec–landen kunnen meekrijgen is echter twijfelachtig. Saudi–Arabië, het grootste olie–exporterende land, is altijd de trendsetter geweest binnen de Opec. En de Saudi’s hebben vooralsnog nog geen blijk gegeven van het voornemen de oliekraan dicht te draaien. Sterker nog: de Saudische minister voor oliezaken Ali Naimi heeft een bodemprijs genoemd van tachtig dollar per vat. Pas dan hoeft er volgens hem te worden ingegrepen. Op dit moment ligt de prijs rond de 107 dollar, nog altijd veertien procent hoger dan in 2007.

Toch moet de Opec op zoek naar een nieuwe balans. Van de ene kant wil de organisatie voorkomen dat de prijs van de grondstof nog verder zakt. Anderzijds realiseert de organisatie zich terdege dat hoge prijzen een drukkend effect hebben op de vraag en dat er een prijs moet worden gezocht die acceptabel is voor de markt. Vorige maand voorspelde de Opec dat de vraag naar olie dit jaar met gemiddeld dertigduizend vaten per dag zal afnemen en dat de groei van de wereldwijde vraag volgend jaar de laagste sinds 2002 zal zijn.

Een maatregel van de Opec zou kunnen zijn dat de overproductie die nu plaatsvindt wordt teruggebracht, maar dat de export op peil wordt gehouden.