Opinie

Te laat

6 November 2002 11:17Gewijzigd op 13 November 2020 23:55

Er zijn in Nederland altijd nog meer dan 2500 rooms-katholieke scholen. Althans, scholen die als zodanig geregistreerd staan. Het is echter een publiek geheim dat bij een belangrijk deel van die scholen de rooms-katholieke identiteit niets meer voorstelt. Misschien heeft men ergens in het schoolgebouw nog wel een kruisbeeld hangen. De kerkelijke meelevendheid van veel leerkrachten is echter minimaal.Bij benoemingen is het geen punt wanneer sollicitanten volstrekt niet (meer) gelovig zijn en ook niets van de rooms-katholieke godsdienst afweten. Er is nu eenmaal gebrek aan personeel en daarom kan men niet zo nauw kijken, zo men dat al zou willen.

Ook de leerlingen hebben weinig affiniteit meer met de oorspronkelijke identiteit van de school. Zeker in stedelijke gebieden wordt bij de meeste ouders de schoolkeuze niet bepaald door de identiteit van de school, maar door de uitstraling die deze heeft en de wijk waarin zij staat. Blanke middenklasseouders doen hun kinderen niet op een zwarte school, ongeacht of dat nu een openbare school is of een bijzondere.

Voor de Nederlandse bisschoppen was heel deze ontwikkeling een reden om in een onderwijsnota weer aandacht te vragen voor de katholieke identiteit. Volgens kardinaal Simonis zouden scholen die volstrekt niet aan de bisschoppelijke richtlijnen willen voldoen, zo eerlijk moeten zijn om zich niet meer als katholieke school te presenteren.

Als men in de rooms-katholieke onderwijszuil aan die oproep gehoor zou geven, zou wellicht een groot deel van die 2500 rooms-katholieke scholen moeten afvallen. En dat terwijl de bisschoppen de katholieke identiteit toch erg vaag geformuleerd hebben. Naast aandacht voor God als Schepper en Verlosser, gaat het om het gericht zijn op de vorming van de gehele menselijke persoon, om aandacht en zorg voor minder kansrijken en voor onderlinge solidariteit. Met drie van de vier punten kan men in humanistische kring ook uit de voeten.

De bisschoppen zien niets in samenwerkingsscholen met het openbaar onderwijs. Met oecumenische scholen (rk-protestants) ligt het anders. Oecumenische gebedsvieringen mogen wel, maar met interreligieuze vieringen moet men volgens de bisschoppen zeer terughoudend zijn.

De vraag is wat deze oproep zal uitwerken. Jaren geleden hebben de bisschoppen geaccepteerd dat de identiteit van vrijwel alle rooms-katholieke scholen en instellingen sterk ging vervagen. Nu is er nauwelijks meer een weg terug.

Voor confessionele instellingen geldt zonder uitzondering dat zij hun identiteit voortdurend moeten waarmaken. In hun dagelijks werk, in hun presentatie naar buiten, bij hun benoemingsbeleid en in hun werving van leden, leerlingen of cliënten.

Als die identiteit werkelijk beleefd wordt, is het niet nodig om die er iedere keer krampachtig bij te slepen om te laten zien dat men echt nog wel is wat men volgens het naambordje zou moeten zijn. Dat geldt voor reformatorische instellingen evengoed als voor rooms-katholieke.

Het identiteitsverlies van veel katholieke en ook van veel protestantse instellingen is voor organisaties op gereformeerde grondslag een teken aan de wand. Dat wij onze eigen scholen en andere verbanden nog mogen hebben, is een van de dingen waarvoor wij, ook op deze dankdag, God mogen danken. Gelukkig is ons dat in het zozeer geseculariseerde Nederland nog gegeven.

Al deze eigen organisaties zijn echter ook voorwerp van zorg, van aanhoudende zorg zelfs. Zij vormen per definitie een bedreigd bezit.

Wat vanuit een principiële keuze en een gebedsworsteling begonnen is, kan na verloop van tijd zo makkelijk afzakken. Waarbij de officiële identiteit dan een vlag wordt die de lading volstrekt niet meer dekt.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer