Geef een naam die duidelijk is
„What’s in a name?” is een gevleugelde uitdrukking geworden: wat zegt een naam? Shakespeare laat er in het toneelstuk ”Romeo and Juliet” nog iets op volgen: „That which we call a rose, by any other name would smell as sweet.” Dus: wat wij een roos noemen, zou met elke andere naam even heerlijk ruiken. Het zou niet zo veel uitmaken hoe wij de dingen noemen, als het beestje maar een naam heeft.
Daar kun je ook anders over denken. Het Latijn bewaart de korte maar veelzeggende uitdrukking „Nomen est omen”: de naam is een voorteken. Een naam zegt dus iets over degene die hem draagt, voorspelt zelfs wat er met het beestje zal gebeuren.Vanuit de Schrift weten we ook dat namen in veel gevallen een diepere betekenis hebben. Of de zoon van Izak nu met Jakob of met Israël wordt aangeduid, dat maakt verschil. En neem Ikabod (1 Sam. 4). Zijn hele leven wordt het jongske herinnerd aan het verdriet van zijn moeder over de wegvoering van de ark.
Ook vandaag de dag zijn mensen heel bewust bezig met het geven van namen. Aan hun kinderen, hun hond, hun boot; aan kerken, scholen, peuterspeelzalen; aan de geitenfokvereniging, de schaakclub, de vrouwenkrans; aan het koor, het orkest of de oratoriumvereniging.
Om bij de laatste categorie te blijven: er komen nogal wat namen langs als je de concertagenda’s in reformatorische kring nagaat. Zakelijke dan wel wensnamen, Bijbelse figuren, muzikale termen of een geestelijke duiding.
Zakelijk: als een jongerenmuziekgroep Schouws Jeugdorkest heet, weet iedereen waar het over gaat. Hetzelfde geldt voor Duivelands Mannenkoor of Urker Zangers. Misschien is Door Eendracht Verbonden ook een zakelijke naam, als weergave van hoe het er bij de oprichting aan toeging. Maar wellicht is het meer een wensnaam.
Dan Bijbelse figuren: nogal wat muziekgezelschappen tooien zich met de naam van mensen uit de Bijbel die iets met muziek te maken hadden: Asaf, Jeduthun, Ethan, Asaréla, Nethánja. Een enkeling zelfs met Bijbelse instrumenten: Harpe Davids.
Sommige verenigingen kiezen voor een muzikale term als naam van hun zanggroep: Crescendo, Con Moto, Cantabile, Vivace.
De meeste koren dragen echter een naam met een geestelijke duiding, in veel gevallen in het Latijn: Jubilate Deo, Laudando, Soli Deo Gloria, Laudate Dominum, Deum Fidentes. Of in het Engels: Praise Him, Testify, His Voice. Of zelfs in het Hebreeuws: Hallelujah, Chaverim, Eben-Haëzer, Rehobôth, Schóschannim (of Sjosjanim), Jigdaljahu, Sjier Hasjiriem.
In veel gevallen prachtig klinkende namen. Maar in een aantal gevallen rijst toch wel de vraag: verstaat gij hoe gij heet? En ook: als ge nog eens nadacht over hoe ge heet, zoudt ge die naam dan weer geven?
Dat je je koor aanduidt als ”Vrienden” (Chaverim), is te begrijpen. En dat de meeste mensen weten wat Soli Deo Gloria betekent, is waar. Maar wat wil je zeggen als je je zanggroep de naam ”Lied der liederen” (Sjier Hasjiriem) geeft? Of ”Steen der hulp” (Eben-Haëzer)? En waarom kies je ervoor je jongerenkoor of symfonieorkest te tooien met de Hebreeuwse term Schóschannim of Sjosjanim (uit de Psalmen 45, 69 en 80), die de statenvertalers onvertaald lieten, en die waarschijnlijk verwijst naar de melodie van een lied met de titel ”Lelies”?
Als een naam ertoe doet, en misschien zelfs een voorteken is, dan is het van belang dat-ie begrepen wordt. Dat ondervang je niet door ergens op de site van het koor te vermelden dat Jigdaljahu ”Groot is de Heere” betekent.
Als er momenteel ergens mensen bezig zijn een muziekgezelschap op te richten en zich het hoofd breken over de vraag hoe de nieuwe vereniging moet gaan heten: geef alsjeblieft een naam die duidelijk is.
Jaco van der Knijff
Reageren aan scribent? beeldenstorm@refdag.nl.