Een noodstop met een minister aan boord
Een bochtje nemen kan iedereen. Maar een bocht nemen met een minister op de achterbank is een vak apart. Directiechauffeurs krijgen speciale trainingen voor veilig en verantwoord rijgedrag. „Een chauffeur moet rustig een bocht indraaien en er als een speer uitkomen”, instrueert Ingrid Beckman van InterDrive. Gas geven, sturen, remmen. Met een noodstop.
Nederland telt naar schatting 4000 directie- en vip-chauffeurs. De opleidingsbehoefte van deze chauffeurs is de laatste jaren sterk toegenomen. In het verleden was de opleiding vooral gericht op de rijvaardigheid, tegenwoordig neemt veiligheid een steeds belangrijker deel van lestijd in beslag. Cursisten krijgen les in gevaarherkenning, observatie, informatiebeveiliging, omgaan met agressie en routevoorverkenning.
De twee grootste rijvaardigheidsopleidingen voor directiechauffeurs hebben de handen ineengeslagen. Om zich te onderscheiden hebben InterDrive en Interseco het CCV, onderdeel van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR), gevraagd examens af te nemen en certificaten uit te reiken. Het onafhankelijke CCV staat vanaf januari garant voor de kwaliteit van de diploma’s.
InterDrive en Interseco geven hun opleiding (kosten: 3000 euro) deels op de openbare weg en deels op het Politieverkeersinstituut in Lelystad. Op dit circuit kunnen cursisten ongehinderd hun voertuig tot op het bot leren kennen. Persmensen kregen een voorproefje.
Een glanzende Volvo S80 2.3 rijdt voor. Met ABS. Wel zo handig voor de remmentest. Instructeur Ingrid Beckman van InterDrive rijdt naar een grote geasfalteerde baan. Ze vergrendelt de portieren. „Dat doen we altijd. Daarmee kan niemand van buiten de inzittenden belagen. Of voor het stoplicht een koffertje van de achterbank pakken.”
Oefening noodstop. Bestuurder en passagiers hijsen zich in de gordels. Ingrid geeft gas. Met 50 kilometer per uur trapt ze boven op de rem. Makkie. De directieauto blijkt 8 meter remweg nodig te hebben. Ze keert de auto en doet de proef met 70 kilometer per uur. De Volvo heeft 7 meter extra nodig.
Happen naar adem
Het ritueel herhaalt zich. De snelheidsmeter klimt naar 100 kilometer per uur. Banden piepen, passagiers happen naar adem. Ruw komt de auto tot stilstand. „Bij een noodstop moet dat”, verontschuldigt Ingrid zich. Buiten blijkt de remweg op een dikke 27 meter te liggen.
„De verdubbeling van de snelheid levert bijna een verviervoudiging van de remweg op”, doceert de instructeur. „Daar komt nog bij dat een automobilist altijd tijd nodig heeft om te reageren. Met een reactietijd van 1 seconde komt een auto pas na 80 meter tot stilstand.”
Op het terrein zijn verschillende rijen pionnen opgesteld. De bestuurder kan er aan de voorkant inrijden en er halverwege -met een messcherpe bocht- naar links en naar rechts uitrijden. De test is bedoeld om kandidaten in noodsituaties te leren snel en goed hun stuur om te gooien.
Een verslaggeefster van Omroep Flevoland kruipt achter het stuur. „Ik heb nog maar net m’n rijbewijs”, giechelt ze. Ze drukt het gaspedaal in en laat de zwarte limousine op snelheid komen. 40… 50… De feloranje pionnen komen snel dichterbij. De spanning stijgt. Met een ruk aan het stuur dirigeert ze de auto langs de pionnen heen. Triomfantelijk kijkt ze achterom. Alles staat nog keurig op z’n plek.
„Nu met 70 kilometer per uur”, commandeert Ingrid. Hetzelfde recept. Gas geven, snelheid maken, sturen. Opnieuw weet de bestuurster netjes alle pionnen te omzeilen. Test geslaagd.
Alles overhoop
Volgende kandidaat. Een stoere collega mag zijn rijvaardigheid demonstreren. Zelfverzekerd zet hij koers richting pionnen, geeft een ruk aan het stuur en… scheurt vier, vijf, zes pionnen ondersteboven. Opgelaten bekijkt hij het resultaat. Pionnen liggen links en rechts verspreid. Eentje zit ergens bekneld onder de auto. „’k Wil niet vervelend doen…”, lacht Ingrid. De instructeurs weten wel raad met dergelijke cursisten. „Veel kandidaten zeggen na anderhalve dag dat ze er niks meer van kunnen. Ik waarschuw hen van tevoren altijd. We halen echt alles overhoop.”
Ook het gewone bochtenwerk is niet eenvoudig. „We moeten vóór de bocht remmen, dan insturen en ondersteund gas geven. Dan gaat-ie minder hangen en kun je een bocht comfortabeler maken. Je moet rustig een bocht in en er als een speer weer uitkomen. Als je een bocht te snel ingaat, kom je er niet eens uit. In een bocht naar rechts moet je op je eigen rijstrook links aanhouden. Dan heb je zo ver mogelijk zicht en kun je in de bocht alweer gas geven.”
Beveiliging wordt steeds belangrijker in de cursussen. Interseco en InterDrive demonstreren hoe een directiechauffeur zijn gast kan begeleiden. Een dikke Mercedes rijdt voor. Chauffeur voorin, topman achterin. De auto komt 50 meter voor de deur tot stilstand. Als de baas is uitgestapt, rijdt de chauffeur direct weg. De vip blijft eenzaam achter. Opeens stapt een ’woedende’ werknemer op de directeur af. De angstige topman moet zich in allerlei bochten wringen om de deur te bereiken. „Zo hoort het dus niet”, legt instructeur Ed van den Oever van Interseco uit.
Nieuwe demonstratie. De Mercedes komt weer voorrijden. De chauffeur opent het achterportier, begeleidt de topman naar de voordeur en schermt deze zodoende af tegen dezelfde opgewonden werknemer. „Kandidaat geslaagd”, meldt de Interseco-instructeur tevreden.
Hachelijk ogenblik
Maar het kan nóg beter. Ministers worden vaak belaagd door journalisten of boze demonstranten. Vooral het in- en uitstappen is een hachelijk ogenblik. De instructeur zet de verzamelde belangstellenden in Lelystad aan het werk. „Jullie zijn nu even opdringerige journalisten.”
Het groepje zet zich schrap. De auto komt weer aanrijden. De chauffeur ziet het clubje mensen staan, bedenkt zich niet en… rijdt onverwacht door naar de achteringang van het gebouw. Minister gered. Bedremmeld kijkt de groep de auto na. „Deze chauffeur heeft zijn huiswerk goed gedaan”, zegt Van den Oever tevreden. „Hij heeft van tevoren met de receptie gebeld over de indeling van het kantoor. Als de hoofdingang wordt geblokkeerd, dan nemen we toch gewoon de achteringang.”