„Fiets van weinig woorden”
De fietsen, Joep en Ari, zijn eigenlijk uitgekleed tot de essentie van het rijwiel. Maar volgens de bedenker zijn ze onverwoestbaar en „rijden ze echt lekker.” Een jaar geleden was fietsenmaker Joep Salden uit Utrecht het helemaal zat. „Reparaties aan barrels en van die fietsen die echt niet lekker rijden.” Hoog tijd voor Salden om een eigen rijwiel te maken: de Joep.

Op de binnenplaats van winkel Het Fietspad in de Utrechtse binnenstad staan de prototypes tegen de muur. Volgens Salden zijn de wielen, het stuur en het frame de basis. „Eigenlijk is het nieuwe model fiets ontstaan als een soort meccanodoos. „Je gaat aan de slag met de verschillende onderdelen.”Uiteindelijk ontstond de Joep. Een model met een stalen frame en ontdaan van alle overbodige verkrijgbare luxe, zoals bagagedrager en pompje. „Ik ben een fietsenmaker en wilde gewoon een fiets maken die goed rijdt. Behalve Joep is er ook een vrouwelijk variant, de Ari. Genoemd naar de vriendin van Salden, Arianne.”
De Joep is anders dan de fietsen die op het moment hip zijn. Geen dubbele buizen of rekken voorop de fiets. Met zijn nieuwe ontdekking hoopt Salden ook iets te doen aan het imago van de fiets. „Mensen komen in mijn winkel en willen er één onder de 100 euro.” Volgens Salden gaan mensen ervan uit dat ze toch alleen maar naar het station fietsen en dat het stalen ros snel gestolen zal worden. „Hierdoor wordt ons straatbeeld echt verpest door barrels. Ik zou willen dat mensen zich op mooie fietsen verplaatsen.”
Veel hippe fietsen hebben volgens Salden geen goede rijeigenschappen. „Op een ”cruiser” zit je bijvoorbeeld veel te laag en krijg je op termijn echt last van je knieën. Joep is volgens Salden redelijk onverwoestbaar. „Het frame is van massief staal en de wielen zijn sterk.” De spaken worden handmatig in de werkplaats in Utrecht in de wielen gevlochten.”
Salden laat zijn fietsen maken bij een Belgische fabrikant. In eerste instantie zijn er 200 stuks uit de fabriek gekomen. Ze kosten 650 euro per stuk. Volgens Salden een koopje voor een goeie fiets. „Eigenlijk zijn het maar tien volle tanken benzine. En deze fiets zal zeker tien jaar meegaan.”
Er is inmiddels al veel vraag naar de fiets die vooralsnog vooral in Utrecht en Amsterdam in het straatbeeld te zien is. Een groot warenhuis heeft inmiddels interesse in het ontwerp van Salden getoond. Maar van de fietsenmaker hoeven Joep en Ari geen trenditems te worden. De fietsen behoeven volgens Salden geen reclame of opsmuk. „Dit is een fiets van weinig woorden.” De merkplaatjes zijn dan ook haast op een onzichtbare plek naast de trapper bevestigd.
Voor de fietsenmaker zijn de rijeigenschappen van Joep en Ari vele malen belangrijker dan het ontwerp. Toch krijgt Salden veel mensen in de winkel die het ontwerp prijzen. „Leuk dat mensen zo enthousiast over het uiterlijk zijn, maar ik wil toch vooral dat ze hier wegfietsen met de gedachte: dat rijdt lekker!”