Kritiek op plannen rondom Voordelta
Minister Verburg van Natuurbeheer (LNV) is dinsdag tijdens een zitting van de Raad van State enigszins in het nauw gekomen met de verdediging van haar besluit om de kust en zee ter hoogte van Zeeland en Zuid-Holland als beschermd natuurgebied aan te wijzen.
De kritiek richtte zich vooral op de door de minister gekozen grenzen van de zogenoemde speciale beschermingszone (SBZ) Voordelta. Ook de bescherming van de bedreigde vogels laat volgens milieuorganisaties flink te wensen over.De aanwijzing van de Voordelta als beschermd gebied is nodig omdat de Europese natuurrichtlijnen dat eisen. De SBZ maakt de weg vrij voor een natuurlijker beheer van de Zeeuwse en Zuid-Hollandse delta. Vogels en zeehonden kunnen beter beschermd worden door een beter beheer van de stranden, de zandbanken en de ondiepe zeebekkens.
Daarvoor moeten nog wel beheerplannen gemaakt worden. De gemeenten, waaronder Veere en Schouwen-Duiveland, hebben er moeite mee dat de beheerplannen nog lang niet klaar zijn, terwijl de natuur al wel beschermd moet worden.
Ook de plannen voor de Tweede Maasvlakte speelden een belangrijke rol tijdens de zitting. De Tweede Maasvlakte is buiten de SBZ gelaten. Volgens milieuorganisatie Faunabescherming is dat een vreemde tegenstrijdigheid. De aanleg van de Tweede Maasvlakte leidt volgens de organisatie zonder meer tot aantasting van de Voordelta.
H. Baptist, vogeldeskundige van Faunabescherming, zei dat een aantal vogelsoorten alleen op zee en het strand worden beschermd maar niet hun broedgebieden in de duinen en op de Maasvlakte. Volgens Baptist is dat in strijd met de Europese richtlijnen. „Hoe kun je zorgen voor de instandhouding van bedreigde vogelsoorten als je hun broedgebieden niet beschermt?” vroeg hij zich af.
Uitspraak over enkele weken.