Opinie

Verkeerd argument om inscriptie vals te noemen

Prof. dr. H. J. de Jonge merkte eind vorige week op dat „het Evangelie van Markus Jozef nog niet vermeldt”, en suggereerde dat de evangelist hem ook niet heeft kúnnen noemen (Reformatorisch Dagblad, 26 oktober). J. Ph. Buddingh stelt dat er een bijbels verantwoorde reden is voor deze weglating.

29 October 2002 11:55Gewijzigd op 13 November 2020 23:54
„De reden waarom Markus en Johannes de geboorte van Christus niet vermelden, heeft niets met onbekendheid te maken.” - Foto EPA
„De reden waarom Markus en Johannes de geboorte van Christus niet vermelden, heeft niets met onbekendheid te maken.” - Foto EPA

Het beenderkistje met de inscriptie ”Jakobus, zoon van Jozef, broer van Jezus van Nazareth” heeft de nieuwsuitzendingen gehaald. Er werd gezegd dat het een buitenbijbels bewijs voor de historiciteit van Christus is. Terecht heeft G. Roos daarover in het RD van 25 oktober geschreven dat een gelovig christen een dergelijk bewijs niet nodig heeft. Het getuigenis van het waarachtige Woord van God heeft voor hem meer waarde dan archeologische vondsten.

Prof. dr. H. J. de Jonge heeft ernstige twijfels over de echtheid van de vondst. Ik zie geen reden zijn gevoelen aan te vechten.

Anders is het met hetgeen volgens hem de zaak verdacht maakt, de verwijzing in de inscriptie naar Jozef. De Jonge zegt: „Jozef komt als Jezus’ vader pas voor in de evangeliën van Lukas en Mattheüs. Het oudste evangelie, dat van Markus, vermeldt Jozef nog niet.” Het Reformatorisch Dagblad berichtte dat het volgens De Jonge niet erg waarschijnlijk is dat het Markus-evangelie, daterend van 70 na Christus, Jozef niet kent en het beenderkistje uit 63 wel. Het kistje zou daarom vermoedelijk „christelijk maakwerk” zijn uit de tijd nadat Lukas en Mattheüs hun evangeliën schreven.

Op deze overwegingen van De Jonge heb ik wél kritiek.

Ten eerste stelt hij dat „het evangelie van Markus Jozef nog niet vermeldt.” De adder is het woordje ”nog”. Inderdaad noemt Markus de naam Jozef niet. De uitdrukking ”nog niet” suggereert echter dat Markus hem ook niet heeft kunnen noemen, omdat Jozef hem onbekend was - Lukas en Mattheüs waren immers nog niet geschreven. Met die gedachte gaat De Jonge verder dan hij kan verantwoorden. Er kan een heel andere reden zijn waarom Jozef door Markus niet wordt genoemd, een bijbels verantwoorde reden - in tegenstelling tot de opvatting van De Jonge.

Ten tweede hoort een christen voor de verklaring of uitlegging van passages in de Schrift bij de Heilige Geest te rade te gaan. De Geest doet ons, volgens 1 Korinthe 2:12, de dingen die ons door God geschonken zijn, verstaan. In de Bijbel hebben we het getuigenis van die Geest. We dienen daarom Schrift met Schrift uit te leggen, Schrift met Schrift te vergelijken.

Welnu, we hebben vier Evangeliën die Christus Jezus elk op een andere manier voorstellen.

  • Mattheüs stelt ons Christus voor als de zoon van David, als de Koning. Alleen zijn Evangelie begint met „Boek des geslachts van Jezus Christus, zoon van David, zoon van Abraham.” Dit Evangelie vermeldt nadrukkelijk zijn afstamming en geboorte, want die is voor een kroonpretendent van het grootste belang.

  • Markus zwijgt over Zijn geboorte en over Zijn afstamming. Hij opent het bericht over Jezus Christus met Zijn doop en de zalving met Gods Geest. Blijkbaar was voor Hem het begin van Zijn dienstwerk het belangrijkst. Dat was ook het geval bij een priester. Reden is dat Jezus Christus niet alleen Koning, maar Priester-Koning is, naar de ordening van Melchizedek. Daarom moest op de voorstelling van de Koning direct die van de Priester volgen, en begint Zijn dienst met de zalving.

  • Lukas beschrijft het meest uitvoerig Zijn geboorte. Het is dan ook het Evangelie waarin de Heere wordt voorgesteld als de waarachtige Mens, waarom Zijn geslachtsregister bij Lukas tot op Adam teruggaat. En onder de mensen is de geboorte van een kind een grote gebeurtenis. Dat komt helemaal overeen met de wijze waarop Lukas erover schrijft.

  • Niemand mocht evenwel denken dat Jezus Christus uitsluitend een mens is, want deze Mens is waarachtig God. Daarom schreef Johannes over Hem als Degene Die van het begin is en Die God is. En daar hij Hem als God belicht, hoorde Zijn geboorte als mens in dit Evangelie niet thuis. God is immers van eeuwigheid!

De reden dus waarom Markus en Johannes de geboorte niet vermelden heeft niets met onbekendheid te maken. De grond daarvan ligt in het karakter, waarin deze twee evangelisten de Heere moesten voorstellen. Met een wetenschappelijke verklaring heeft dit niet veel gemeen. Maar daar zal de Geest van God niet verlegen van worden. En als het goed is, een christen evenmin.

De auteur is publicist van geestelijke lektuur.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer