Irak stelt eisen aan terugtrekking VS
Irak zal geen overeenkomst met de Verenigde Staten accepteren tenzij daarin specifieke tijdstippen worden vermeld voor de terugtrekking van de door de VS geleide troepen. De Iraakse nationale veiligheidsadviseur, Muwaffak al-Rubaie, heeft dit dinsdag gezegd.
Maandag zei de Iraakse premier Nuri al-Maliki te verwachten dat de overeenkomst waarover met de VS wordt onderhandeld een soort tijdsschema voor terugtrekking zal bevatten. De Amerikaanse president George Bush zei eerder tegen ieder tijdsschema te zijn.Het Witte Huis reageerde maandag op de verklaring van Al-Maliki door te stellen dat de Iraakse premier geen concreet tijdsschema kan hebben bedoeld. Amerikaanse regeringsmedewerkers wilden dinsdag niet op de woorden van Al-Rubaie reageren.
Al-Rubaie legde de verklaring af nadat hij de sjiitische grootayatollah Ali al-Sistani in de stad Najaf had geïnformeerd over de voortgang van de besprekingen. Hij zei dat van Iraakse zijde niet zal worden geaccepteerd dat „enige diplomatieke nota geen specifieke tijdstippen” zou bevatten.
Volgens het sjiitische parlementslid Ali al-Adeeb gaat het Iraakse voorstel uit van een tweefasenplan. In de eerste fase dient de verantwoordelijkheid voor de veiligheid in alle achttien provincies te worden overgedragen aan de Iraakse autoriteiten, waarna de Amerikaanse en de andere buitenlandse troepen zich terugtrekken uit de steden. Tot dusver is de verantwoordelijkheid in negen provincies overgedragen.
Zodra de eerste fase is afgerond begint fase twee, waarin gedurende een periode van drie tot vijf jaar een halfjaarlijkse toetsing van de veiligheidssituatie plaatsvindt. Als dat proces positief verloopt worden de buitenlandse troepen volledig uit Irak teruggetrokken.
In het door Al-Adeeb geschetste voorstel zou de Iraakse regering de bevolking kunnen vertellen dat sprake is van een specifiek tijdschema. Tegelijkertijd zou de uiteindelijke beslissing in Amerikaanse handen blijven, omdat geen tijdstippen zijn vastgesteld voor de overdracht van het bestuur in de resterende provincies en de toetsing een wederzijds proces is.
Er is een overeenkomst tussen de VS en Irak nodig omdat eind dit jaar het mandaat van de Verenigde Naties voor de buitenlandse militaire aanwezigheid in Irak afloopt.
Al-Maliki zei maandag niets te zien in een formeel verdrag over de aanwezigheid van de buitenlandse troepen en de kwestie te willen regelen via een diplomatieke nota, een ogenschijnlijk minder gewichtig document.
Door een schietpartij in een postkantoor in een noordelijke wijk van Bagdad zijn dinsdag dertien gewonden gevallen. Ooggetuigen zeiden dat bewakers het vuur hadden geopend nadat ruzie was ontstaan met mensen die hun uitkering kwamen incasseren.
Uitkeringstrekkers klaagden over uitstel van uitbetaling, waarna een handgemeen ontstond met postbeambten, aldus de bronnen. Bewakers hadden geschoten om de orde te herstellen. Er waren zo’n 200 mensen aanwezig in het kantoor, dat is gelegen in de wijk Waziriya in Noord-Bagdad.
Ziekenhuis- en politiewoordvoerders zeiden dat de meeste slachtoffers waren gevallen door scherven van kogels die op muren afketsten.
De uitkeringen worden verstrekt aan armen, wezen, weduwen en gehandicapten.
De Jordaanse koning Abdullah II heeft het bezoek dat hij woensdag aan buurland Irak zou brengen, uitgesteld. Dat lieten diplomatieke bronnen in de Jordaanse hoofdstad Amman dinsdagavond weten. „Koning Abdullah heeft zijn bezoek aan Irak alleen maar uit veiligheidsoverwegingen uitgesteld, nadat Irak de datum van de reis had bekendgemaakt”, aldus een van de bronnen tegen het Franse persbureau AFP.
Een adviseur van de Iraakse president Jalal Talabani, die het koninklijk bezoek eerder op de dag had aangekondigd, bevestigde de afzegging. Een nieuwe datum is nog niet vastgesteld.
Abdullah zou het eerste Arabische staatshoofd zijn dat de leiding in Bagdad opzoekt sinds de Iraakse aanval op Koeweit in augustus 1990.
De huidige door sjiieten gedomineerde regering in Bagdad is aan de macht gekomen dankzij de Amerikaanse aanval op het land in 2003. Dat leidde tot de val van het schrikbewind van president Saddam Hussein, van huis uit een soenniet. In het etnisch Arabische Irak vormen de sjiieten een meerderheid.
De Arabieren zijn overwegend soennieten. Ze staan achterdochtig tegenover de nieuwe Iraakse regering en zijn ondanks Amerikaans aandringen erg terughoudend in hun relaties met de regeringsploeg die zetelt in de streng beveiligde Groene Zone aan de rivier de Tigris. Geen enkel Arabisch land heeft momenteel permanent een gezant in Bagdad.
Egypte stuurde in 2005 een nieuwe ambassadeur, maar die werd kort na aankomst vermoord. Jordanië en de Verenigde Arabische Emiraten hebben recent een nieuwe ambassadeur in Bagdad benoemd.