Minister Van der Hoeven (Economische Zaken) waarschuwde dat de nieuwe wet misschien niet de ideale wet is, maar dat „de huidige praktijk gewoon slecht is." Zo ontbreekt nu een integriteitstoets, die volgens de bewindsvrouw jaren geleden de bouwfraude had kunnen voorkomen.Maar volgens de tegenstanders was er sprake van een „lege wet" die juridisch niet deugde en zou het de Senaat ongeloofwaardig maken als de leden zouden instemmen. De minister erkende zelf ook technische problemen met de wet, die nog door haar D66–voorganger Brinkhorst door de Tweede Kamer was geloodst. Haar bedoeling was om de kaderwet de komende drie jaar via onder meer algemene maatregelen van bestuur aan te passen. Dat ze nu een nieuw wetsvoorstel moet maken, zorgt volgens haar voor veel vertraging.

Een groep van 250 ambtenaren die werken als inkoper bij bijvoorbeeld gemeenten en zorginstellingen, protesteerden afgelopen zaterdag nog in een paginagrote advertentie in de Volkskrant tegen de wet. Volgens de ambtenaren, lid van de Nederlandse Vereniging voor Inkoopmanagement (NEVI), zou de wet leiden tot een verlamming van de dagelijkse inkooppraktijk door een toename van onder meer administratieve lasten en een toename van juridische procedures.

Dit werd weer tegengesproken door ondernemers van VNO–NCW, MKB–Nederland en Bouwend Nederland. Het bedrijfsleven was juist blij met de nieuwe wet die door eenduidige regels een einde moest maken aan de „lappendeken", die is ontstaan omdat gemeenten en zorginstellingen nu zelf allerlei eisen bij de aanbesteding mogen bedenken. Hierdoor is het momenteel ook vaak voor kleinere ondernemingen lastig om een grote klus van de overheid binnen te slepen.

Bij de VVD stemde ook als enige senator Hermans die tevens voorzitter is van de organisatie voor middelgrote en kleine ondernemers MKB Nederland, wel voor de nieuwe Aanbestedingswet.