Dr. L. R. Beijnen, taal- en letterendocent Nederlands van koningin Emma in 1878„Het is een alleraardigst mens, die zeer veel takt schijnt te hebben om met sire (koning Willem III, WGH) om te gaan.”

L. H. Eberson, architect van de koning, die in 1878 in Bad Arolsen verbleef om de gedenksteen in de slotkapel te ontwerpen

„De koning schijnt hierdoor voor ’t uitwendige tenminste een ander mens geworden. Dit is zeker dat hij zich hier niet verveelt, maar dat men ieder ogenblik van hem vernemen kan dat hij in de prinses alles gevonden heeft voor zich en voor zijn land. Prinses Emma (…) verkeert in het volle besef van hetgeen ze gaat doen en zal dit trachten te ondernemen in hogere kracht. Prinses Emma wenst koningin te worden, maar om te dienen en in die dienst grote dingen te verrichten. Daarvoor ook leert zij Hollandsch.”

Dr. L. R. Beijnen, taal- en letterendocent Nederlands van koningin Emma in 1878

„Nadat zij haar taak als regentes had neergelegd, had zij zich geheel aan de lijdende mensheid gewijd. De warmte van haar belangstelling en haar gave zich te kunnen indenken in de omstandigheden, zowel van de lijdende zelf als van hen die ze verzorgden, hebben menig hart in de loop der jaren verblijd. Voorwaar, zij heeft haar gehele leven volhard om nooit iets voor zichzelf te vragen.”

Koningin Wilhelmina over haar moeder

„Wat zij gegeven heeft aan Nederland, gaf Nederland haar weder. Zij schonk ons gans haar hart, ons volk gaf haar het zijne. De weemoed van dit verscheiden wordt omgloord door de glans der rijke gave die in haar geschonken werd. Wij buigen ons hoofd en danken God voor wat Hij ons bestemde.”

Een kabinetslid na de dood van koningin Emma in 1934