Tussen trage tocht en snelle kick
Ik had toch gezegd dat ik een beginnend skiër ben? Met knikkende knieën kijk ik naar beneden. De reis omhoog ging wel. De luxe cabine van de lift naar de 2575 meter hoge Stätzerhorn boven het Zwitserse Lenzerheide beviel uitstekend. Maar nu. De flank van de berg ziet er niet uit als een groene piste. „Klopt, het is een rode”, vertelt de skileraar bemoedigend. Dan spuit hij naar beneden. „Kom je nog?” klinkt het vanuit een wolk stuifsneeuw.
Vluchten kan niet meer. Zonder verder nadenken stuur ik mijn lange latten de diepte in. Eerst lijkt het wel aardig te gaan. Mijn snelheid is beperkt. De dreiging van een ravijn aan stuurboord wordt afgewend door een lichte druk op de dalski. Een klein meisje blijft ongedeerd door een beetje pressie op de berglat. Een kleine hobbel doet een aanslag op mijn beenspieren, maar mijn evenwichtsorgaan is alert. Uiterlijk onverstoorbaar glijd ik verder.
Dan gaat het mis. Even wijzen de punten van de latten recht naar beneden. Bijna onmiddellijk verdubbelt mijn snelheid tot zo’n 50 kilometer per uur. Koortsachtig overleg tussen mij en mezelf. Wat doen we? Knieën naar binnen, ski’s naar buiten drukken? Laten vallen? Of een afremmend bochtje? Het eerste staat te stuntelig en valt af. Het tweede is een wel erg drastische oplossing. Dus proberen we een vertragende curve. Helaas! De bocht gaat prachtig, maar mijn snelheid vermindert niet. En wat erger is: het ravijn dat net nog ver weg was, komt nu angstwekkend snel dichterbij. „Je ski’s meer kantelen”, brult de skileraar onder me. Ja, ja, de beste stuurlui staan beneden. Wat bedoelt de man met ”ski’s kantelen”?
Ondertussen is de diepte nog maar 60 meter ver. En met mijn huidige snelheid is het een kwestie van seconden voor de diepe val komt. Geen enkele oplossing is nu nog te drastisch. Ik gooi mijn lichaam opzij. Gelukkig is de sneeuw zacht, dus klinkt er geen gekraak als ik het witte oppervlak raak. Wel schuif ik nog een aardig eind door. Enkele meters voor de afgrond blijf ik liggen.
Langlaufen
Helaas kun je op zo’n moment je lange latten niet aan de wilgen hangen. Die zijn er niet. Een lift is ook niet aanwezig. Je moet dus verder skiën. Maar dat valt nog niet mee, daar op de flank van de Stätzerhorn. Het begint al met overeind krabbelen. Wel eens geprobeerd op een helling van zo’n 15 procent, met spekgladde sneeuw onder je pas gewaxte ski’s en een ravijn naast je? Het is dat de skileraar op wonderbaarlijk wijze omhóóg kan skiën, anders lag ik er nog.
Talloze valpartijen, lichte boomstambotsingen en bijna-botbreuken later arriveer ik in restaurant Alp Stätz. Een oase in de sneeuwwoestijn. Een menu van ”Schweinesteak, Gemüse en Weisswein” doet de ontberingen van de afgelopen tien minuten snel vergeten. De kaart van skigebied Lenzerheide-Valbella geeft hoop voor de toekomst. Het is niet ver meer naar eindpunt Valbella. En de route lijkt niet zo moeilijk. Het gaat om een „eenvoudige piste” vertelt de plattegrond.
Inderdaad vallen de laatste loodjes mee. Met een matig gangetje glijd ik een kwartiertje later Valbella binnen. Wat staat er nu op het programma? Folders en kaart bieden talloze mogelijkheden voor een vervolg van de dag. De groep kiest voor langlaufen gevolgd door een potje curling spelen. Prima!
Minder gevaarlijk
Het is niet zo moeilijk om een geschikte langlauflocatie te vinden. In het wintersportgebied ligt ruim 50 kilometer loipes. We besluiten een rondje bij Valbella te maken. Wie denkt dat je door langlaufen een beetje bijkomt van alpineskiën heeft het mis. Gruwelijk mis! Langlaufen is misschien wat minder eng en het gaat wat minder hard, maar het kost veel en veel meer energie. Alpineskiën gaat vanzelf. Je stuurt je latten naar beneden en daar zoef je al bergafwaarts. Het enige dat je hoeft te doen is druk uitoefenen op een van beide ski’s. Langlaufen is inspannender. Zo moet je om vooruit te komen afwisselend je linker- en je rechterbeen vooruitschuiven. Met de stokken in je handen kun je die bewegingen extra kracht bijzetten. Combineer dat met een belachelijk lage snelheid, talloze heuveltjes en een warm zonnetje, en je zult begrijpen dat je na een rondje van een kilometer of 5 nat, heet en kapot bent.
Bovendien, langlaufen is weliswaar minder gevaarlijk dan alpineskiën, maar dat betekent niet dat je dus ook minder vaak onderuitgaat. Het grote nadeel van de loipes -de voorgetrokken sporen waarin je glijdt- is namelijk dat je er in een bocht gemakkelijk uit valt. Vooral als je bergafwaarts gaat. En ook als de sneeuw een beetje ijzig is.
Curling spelen
Hoe moe de groepsleden na het rondje ook zijn, ze hadden afgesproken een potje curling te spelen en dat gebeurt dan ook. De natuurijsbaan in Lenzerheide is de locatie waar het moet gebeuren. Niemand heeft de sport ooit beoefend en dus legt een lid van de Lenzerheidese curlingclub eerst de spelregels uit. Curling blijkt een ijssport te zijn waarbij twee teams zware, granieten schijven (stones) over het ijs naar het middelpunt (dolly) van een aantal cirkels (house) moeten schuiven. De deelnemers moeten de stone vanaf de werplijn (foot line) in één keer binnen de cirkels aan de andere zijde van de baan schuiven en wel zo dicht mogelijk bij het middelpunt. In het house staat de aanvoerder (skip), die aangeeft welk effect de werpende speler aan de stone moet geven om de gewenste plaats te bereiken. De skip vertelt verder aan de twee andere teamgenoten, die met een bezem in hun hand op zijn bevelen wachten, waar ze op het ijs moeten vegen om de stone naar de goede plek te leiden. Een partij verdient een punt voor elke stone die én binnen de cirkels én dichter bij het middelpunt komt dan een exemplaar van de tegenpartij.
De uitleg klink niet zo moeilijk, maar de uitvoering valt toch erg tegen. Vooral het vinden van de juiste lichaamshouding bij de afworp is moeilijk. In principe moet je met één hand op de stone, één knie op het ijs en één been achter je over het spiegelgladde oppervlakte schuiven. Dat is echter vragen om botbreuken en blauwe plekken. Languit op je buik afstoten bevalt veel beter. Alleen staat het wat knullig. Erg sterk hoef je trouwens niet te zijn. Hoewel de stones zo’n 20 kilo per stuk zijn, glijden ze als schijven in een sjoelbak.
Vetgehalte
Na een uurtje werpen en vegen blijkt ons energiepeil behoorlijk te zijn gezakt. Alpineskiën, langlaufen en curling hebben hun tol geëist. Een stevig diner is de oplossing. De regionale specialiteiten zien er aantrekkelijk uit, maar een (Hollandse?) biefstuk met frites en salade en een dame blanche toe smaken ook best. De energiemeter staat algauw weer in de groene zone. Helaas duiken cholesterol- en vetgehalte het rood in. Maar ook daarvoor biedt skigebied Lenzerheide-Valbella oplossingen. Welke zullen we voor vanavond kiezen? Sleeën? Een tochtje op een verlichte piste maken? Wandelen? Schaatsen? Zwemmen? Tennissen? Badmintonnen? Indoor golfen? We laten vet en cholesterol voor wat het is. Vroeg naar bed dus.
Meer informatie: Zwitserland Toerisme, 00800-10020030 (gratis) of www.myswitzerland.com en www.lenzerheide.ch.