Opinie

GBS en Stichting HSV, ga met elkaar in gesprek

Het zou bijzonder verblijdend zijn als de gereformeerde gezindte een Bijbelvertaling tegemoet kan zien die brede steun geniet, vindt R. E. Nieuwenhuis . Hij roept de Gereformeerde Bijbelstichting en de Stichting Herziening Statenvertaling op om samen een herziene tekst van de Statenvertaling op te stellen.

9 June 2008 10:51Gewijzigd op 14 November 2020 05:56
„Het zou bijzonder verblijdend zijn als de vertalers van de HSV de GBS zouden benaderen met het verzoek de herziene tekst door te nemen en aan te passen naar beider tevredenheid.” Foto RD, Anton Dommerholt
„Het zou bijzonder verblijdend zijn als de vertalers van de HSV de GBS zouden benaderen met het verzoek de herziene tekst door te nemen en aan te passen naar beider tevredenheid.” Foto RD, Anton Dommerholt

In de achterliggende maanden is uit diverse publicaties gebleken dat de achterban van het RD verschillend denkt over de vraag of de Statenvertaling (SV) aangepast moet worden. Uit verscheidene reacties is duidelijk, dat velen die -evenals ondergetekende- tot de achterban van de Gereformeerde Bijbelstichting (GBS) behoren, moeite hebben om de Herziene Statenvertaling (HSV) te gebruiken.Wanneer we aandachtig tekst voor tekst uit de Bijbel lezen, bemerken ook ouderen dat het moeilijk is om bepaald taalgebruik en bepaalde zinsconstructies te begrijpen. Vatten wij werkelijk wat er letterlijk bedoeld wordt? Is de grote haper niet dat voor velen het Bijbellezen bijna uitsluitend plaatsvindt na de maaltijden? Gewoonlijk komt het er niet van om na er het lezen nog bij stil te staan. Zijn we er niet aan gewend dat een gedeelte van het gelezene als vertrouwde klanken langs onze oren vliegt maar niet verder komt?

Terecht wordt er dan aangevoerd dat we de Bijbel alleen kunnen verstaan als we daar geestelijk licht over ontvangen. Maar het is eveneens waar dat het water van de geestelijke kennisname gewoonlijk stroomt door de bedding van de verstandelijke kennisname. Dan is het belangrijk dat die niet gehinderd wordt door moeilijk taalgebruik.

Datheen
De gereformeerde gezindte maakt nog geen 2 procent uit van onze bevolking en op meerdere gebieden weten we elkaar gelukkig te vinden. Het zou heel verblijdend zijn wanneer wij allen ook dezelfde Bijbelvertaling konden gebruiken. Vooral naar de buitenwereld zou dit een positief signaal afgeven in een tijd dat er regelmatig een kerkelijke afscheiding gemeld moet worden.

We steunen het vertalen van de Bijbel in talen waarin deze nog niet beschikbaar is. Dat gebeurt in de taal die daar nu gangbaar is. Doen we ons eigen nageslacht dan niet tekort wanneer daarvoor alleen een moeilijk toegankelijke uitgave beschikbaar is, terwijl alles wat van de Bijbel afhoudt zo aantrekkelijk mogelijk gepresenteerd wordt?

Wanneer wij in 1773 geleefd hadden, waren wij er waarschijnlijk unaniem tegen om Datheen door de nieuwe berijming te vervangen, terwijl het merendeel van ons anno 2008 bijzonder gehecht is aan juist deze zelfde berijming van 1773.

De GBS doet goed werk, maar moeten we niet constateren, dat zij soms onnodig star is? Als de SV-uitgave van Jongbloed bijvoorbeeld het woord ”verkondigd” gebruikt, staat in de GBS-uitgave ”kond gedaan”. Deze uitdrukking is beslist niet meer gangbaar en kan in gezinnen met jonge kinderen gemakkelijk de lachlust opwekken.

In de prachtige GBS-uitgave van de SV met kanttekeningen komen in die kanttekeningen woorden voor als ”altemet” en ”kwansuis”. Het eerste staat niet eens meer in een normaal Van Dale woordenboek; het tweede nog wel, maar beide zijn geheel onbekend voor de meesten van ons. Schieten we ons doel dan niet voorbij wanneer zulke woorden gebruiken?

List van de boze
Toen de vertaling van 1951 verscheen is er vanuit de gereformeerde gezindte heel wat kritiek geleverd en in een aantal gevallen ook terecht. Aan de andere kant mag ook gezegd worden dat regelmatig te horen is: „In de SV staat dit, maar in de grondtaal staat eigenlijk dat.” Als je dit nakijkt, blijkt dat vrijwel altijd ’1951’ en de King James beide de eigenlijke versie weergeven. Daar komt nog bij dat de NBG-vertaling van 1951 in veel gevallen slechts weinig afwijkt van de SV, maar wel aanzienlijk duidelijker is.

Een laatste opmerking betreft de waardering die soms uitgesproken wordt door neerlandici of mensen, die hoog op de culturele ladder staan. Die kunnen de SV waarderen wegens het culturele gehalte, maar moeten vaak niets van de Waarheid hebben. We kunnen ons dan wel gevleid voelen door hun uitspraken, maar ik ben wel eens bang dat het een list is van de boze om ons te weerhouden de Bijbel beter toegankelijk te maken voor de komende generaties.

Het zou bijzonder verblijdend zijn als de vertalers van de HSV de GBS zouden benaderen met het verzoek om samen de herziene tekst door te nemen en aan te passen naar beider tevredenheid. We hebben dan wellicht binnen enkele jaren een Bijbelvertaling die brede steun geniet. Voorwaarde is natuurlijk wel dat men van beide zijden niet roomser dan de paus wil zijn.

Het voorstel klinkt misschien wat revolutionair, maar de Reformatie heeft ervoor gezorgd dat het volk de Bijbel in de eigen taal kon lezen. Het gevaar dat nu dreigt is dat de taal van het volk het moeilijk maakt om de Bijbel te lezen.

De auteur is handelaar in bloembollen en lid van de Gereformeerde Bijbelstichting.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer