Cnossen oogst instemming en kritiek
DEN HAAG - Vanuit de ChristenUnie klinken instemmende geluiden over het rapport van de commissie-Cnossen over representativiteit van CU-politici. Buitenstaanders zijn kritischer.
Rouvoet, partijleider ChristenUnie: „De commissie maakt een duidelijke keuze voor een benadering die zowel principieel als zorgvuldig is. Principieel, omdat de politieke geloofwaardigheid van onze vertegenwoordigers wordt gekoppeld aan de Bijbelse uitgangspunten en het politieke programma van de ChristenUnie. En zorgvuldig, omdat de commissie niet kiest voor het opstellen van een lijstje waarmee groepen mensen op voorhand worden uitgesloten, maar wel erkent dat er spanning kan zitten tussen iemands persoonlijke keuzes, gedragingen of levenswijze en de politieke boodschap. (…) Ik deel de opvatting van de commissie dat er geen reden is om ten aanzien van één aspect van iemands leven, namelijk het hebben van een homoseksuele relatie, een andere benadering te kiezen. Het voor alle vertegenwoordigers hanteren van dezelfde toets van de politieke geloofwaardigheid lijkt mij principieel de enig juiste keuze.”Slob, ChristenUniefractievoorzitter: „De fractie kan zich vinden in de strekking van het rapport en de bestuursreactie daarop. Het rapport vertolkt een heldere, principiële lijn, die past bij de wijze waarop de ChristenUnie met haar (kandidaat)bestuurders behoort om te gaan. Voorop staat dat iedere (kandidaat)vertegenwoordiger aanspreekbaar is op de Bijbel, zowel als het gaat over de politieke boodschap als om de persoonlijke levenswijze. Zorgvuldig is dat tijdens individuele selectiegesprekken de afweging wordt gemaakt of de leefwijze van de desbetreffende persoon past bij de politieke boodschap die de ChristenUnie wil uitdragen.”
Y. Lont, deelraadslid ChristenUnie in Amsterdam-Zuidoost: „Het rapport van de commissie-Cnossen ga ik serieus bestuderen. Daarna breng ik een persverklaring uit. Of ik geef een persconferentie.”
Van der Vlies, SGP-fractievoorzittter: „In het rapport worden de kool en de geit gespaard. Ik had gehoopt op een helderder uitspraak over mensen met een homoseksuele relatie. De ChristenUnie is altijd heel duidelijk geweest over dergelijke relaties en over het homohuwelijk. Wil je die standpunten geloofwaardig kunnen blijven verdedigen, dan past daar geen homoseksuele relatie bij. Ik vind dat de partij niet alleen moet kijken naar maatschappelijke ontwikkelingen, maar vooral naar de Bijbelse lijnen.”
Johan Quist, woordvoerder RefoAnders: „We onderschrijven het advies van de commissie van harte. Het rapport is integer, gedegen en helder. We zien in de adviezen het geluid terug van de diverse christelijke homo-organisaties. Wij zijn blij dat benadrukt wordt dat de identiteit en de uitgangspunten van de ChristenUnie gebaseerd zijn op de Bijbel, terwijl er ook begrip is voor diversiteit in visies op een christelijke levensstijl.
Een concrete afwijzing van homoseksuelen zou de partij alleen maar schade berokkenen. Het is verstandig dat de commissie zich niet heeft laten verleiden tot een expliciete vermelding van homoseksualiteit in een gedragscode. De CU zegt vast te houden aan de lijn die altijd is uitgezet over huwelijk en seksualiteit, dus zal bij het aantrekken van bestuursleden of politici daar altijd rekening mee worden gehouden.”
Frank van Dalen, voorzitter COC: „Dit rapport is extreem vaag. De hete aardappel wordt doorgeschoven en de commissie maakt geen heldere keuzes. Aan de oppervlakte lijkt het alsof praktiserende homoseksuelen niet worden afgewezen, maar in de praktijk komt het daarop neer. De vraag of zo iemand actief kan zijn voor de CU wordt doorgeschoven naar een selectiecommissie voor een moreel oordeel. Dus komt een homoseksueel die is getrouwd met iemand van hetzelfde geslacht in een geloofwaardigheidsconflict vanwege zijn leefwijze en de opvattingen van de CU dat er alleen ruimte is voor het huwelijk tussen man en vrouw en dat partijfunctionarissen geloofwaardig moeten kunnen optreden. Ik ben het fundamenteel oneens met het minderheidsstandpunt van Leerling, maar feit is dat zijn visie feitelijk verborgen zit in het rapport van de commissie. Ik ga nu met christelijke homo-organisaties als Contrario overleggen hoe wij het interne partijdebat de goede richting op kunnen krijgen, zodat ook christenhomo’s voluit actief kunnen zijn binnen de ChristenUnie.”