Ellenlange dag

De langste dag duurt twee maanden. Tijd genoeg om de hoge bergen en diepe fjorden van de Noord-Noorse provincie Troms, 300 kilometer boven de poolcirkel, te verkennen. Slapen kan thuis wel weer.

Anca Boon
9 May 2008 07:36Gewijzigd op 14 November 2020 05:49
De zon gaat in Tromsú niet onder tussen 21 mei en 21 juli. Het is elke dag weer afwachten of de middernachtzon zichtbaar is of dat hij zich achter wolken verschuilt. Foto RD
De zon gaat in Tromsú niet onder tussen 21 mei en 21 juli. Het is elke dag weer afwachten of de middernachtzon zichtbaar is of dat hij zich achter wolken verschuilt. Foto RD

De oceaan domineert het leven langs de Noorse kust. Het visrijke water bood al in de steentijd een overvloed aan voedsel aan de eerste kolonisten, getuige rotstekeningen op het eiland Kvaløya. Eeuwen later bevolkten de Sami (Lappen) het gebied, zeevarende Vikingen arriveerden uit het zuiden en Finnen ontvluchtten de hongersnood in Tornedalen. Noord-Noorwegen werd een smeltkroes van culturen, verbonden door dat machtige element: de zee.De rotsschilderingen op Kvaløya, qua grootte het vijfde eiland van Noorwegen, getuigen tot op de dag van vandaag van de aanwezigheid van prehistorische jagers en vissers. De volken boven de poolcirkel trokken pas veel later landinwaarts. Het was aan de kust makkelijker om aan voedsel te komen en de ijsvrije waterwegen waren veel beter begaanbaar dan de sneeuwbedekte bergen.

Vandaag de dag kunnen de bewoners van Kvaløya zich, in tegenstelling tot de gemiddelde Nederlander, nog prima redden zonder bakker, supermarkt en slager. Zo ook Eldrid en Leif, een echtpaar dat op een uitgelezen plek aan de zuidkant van het eiland woont. Het uitzicht op de fjord en de omringende bergen is magnifiek.

Gekweekte vis
Om wat bij te verdienen, begon het stel een eetcafé aan huis. Ze doopten het Marihøna, oftewel lieveheersbeestje. De zalm die op tafel staat, is gepekeld door de heer des huizes. Met zijn stevige bouw en witte baard heeft die overigens wel wat weg van de Kerstman. „De kunst van het pekelen dragen we al generatieslang over van vader op zoon. De smaak moet precies goed zijn. Ik had een paar keer nodig voor ik dat onder de knie had”, zegt Leif. „De moten moeten niet te groot zijn en het pekelbad mag niet te lang duren.” En de vis moet vooral vrij rond hebben gezwommen en zich dik en rond hebben gegeten, vindt hij. „Ik kan je verzekeren dat je geen gekweekte vis meer lust als je eenmaal wilde vis ophebt.”

Leif vist vooral voor eigen gebruik en voor zijn gasten, maar even verderop in het dorpje Sommarøy -aan de rand van de Noordelijke IJszee- houden de mannen zich bezig met het grote werk: zeevissen. Het is haast niet voor te stellen dat de vangst vanuit dit kleine, afgelegen plaatsje naar alle hoeken van de wereld wordt geëxporteerd.

Hittegolf
Wat de stadse inwoners van Tromsø meer aanspreekt dan het vissersdorp, zijn de zandstranden rondom Sommarøy. Op een warme zomerdag loopt de hele stad uit om hier te zonnebaden. De kinderen laten zich dan nog verleiden tot een duik in het ijzig koude water. Gids Ivar Haugen (42) zegt: „Na een tijdje staan ze met blauwe lipjes te bibberen van de kou. Dan maken we een kampvuur om bij op te warmen en roosteren we vis voor de picknick.”

De noorderlingen zijn duidelijk trots op hun Copacabana. „De temperatuur is alleen wat minder”, constateert Ivar droog. „In de zomer is het hier meestal maar twee weken rond de 20 graden. Duurt het drie weken dan hebben we een hittegolf”, grapt hij.

Vanavond is het echter geen strandweer. Er staat een gure wind, grote wolken drijven over en af en toe valt er een spatje regen. De kans om de middernachtzon te zien is daarmee verkeken. Toch is het een bijzondere ervaring: geen zon die ondergaat en de wereld in duisternis hult. Rond middernacht kleurt de hemel iets rossig. Het afgezwakte licht doet denken aan Nederland op een zwaarbewolkte dag.

Het gebrek aan ’nacht’ zorgt ervoor dat de motivatie om te slapen danig afneemt. Al zegt het horloge duidelijk iets anders, de interne klok zegt dat het nog lang geen bedtijd is. De gordijnen in het hotel, die niet goed verduisteren, helpen ook al niet om dat gevoel wél te krijgen.

Blue season
De keerzijde van een ’dag’ die twee maanden duurt, is dat ’s winters de zon een even lange periode niet boven de horizon uitkomt. Gids Ivar houdt wel van die donkere periode. „Zelfs tegen midwinter wordt het niet helemaal donker. Het blijft een paar uur per dag schemeren. Alles krijgt dan blauwtinten: het water, het land, de sneeuw. De Noren spreken daarom ook wel van ”the blue season”. Het is schitterend, maar je moet er oog voor hebben.”

Om de provincie Troms te verkennen, is het de moeite waard om een rondvaart over de fjorden te maken of de bergen in te trekken. De toppen reiken gemiddeld tot zo’n 1200 meter en een aantal daarvan is vrij gemakkelijk te beklimmen. „Helaas hebben we nog geen goed aangeduide wandelroutes, zoals in Zwitserland”, aldus Ivar. Een gids, die ondertussen vertelt over het Noord-Noorse landschap, de natuur en de mensen, is dan ook aan te raden.

Tijdens het klimmen lijkt de natuur terug te gaan in de tijd. Staan de berken aan de voet van de berg volop in het voorjaarsgroen, een paar honderd meter hoger zijn alleen nog kale takken te zien. Hier en daar ligt nog een smeltende plak sneeuw. „Lente en herfst duren hier maar kort”, zegt Ivar. „In twee weken staat alles in blad en even snel valt alles eraf. Eigenlijk kennen we hier maar twee seizoenen: zomer en winter.”


Tromsø: poort naar de Noordpool
Als een refrein zingt het rond in Tromsø: noordelijkste kathedraal, noordelijkste universiteit, noordelijkste bierbrouwerij. Talloze poolreizigers trokken hiervandaan de zee op, richting het barre noorden. Maar ook jagers op walvissen, zeehonden en ijsberen scheepten hier in en drukten hun stempel op de stad.
Tromsø ligt op bijna 70 graden noorderbreedte – zo’n 300 kilometer boven de poolcirkel. Net als Alaska en Siberië. Toch zijn de winters aan de Noorse kust een stuk aangenamer door de Golfstroom die continu warm water aanvoert naar het noordelijk deel van de Atlantische Oceaan.
In januari schommelt de temperatuur in Tromsø rond de min 4 graden Celsius; het record staat op min 18. Op de Siberische steppen daarentegen daalt het kwik zonder problemen naar min 30 of lager. Daar staat tegenover dat er in Tromsø wel een dik pak sneeuw valt – 3 tot 4 meter is niet ongewoon.
Zomers hangt de temperatuur voor een belangrijk deel af van de zon. Op een regenachtige dag kan het zomaar 5 graden zijn, terwijl het kwik op een stralende dag tot een graad of 28 kan stijgen.

Voor Nederlanders is de afstand naar ”Parijs van het Noorden” ook te verkiezen boven die naar Alaska of Siberië. In goed vijf uur vliegen vanaf Schiphol is de plaats van bestemming bereikt. Wie het rustiger aan wil doen, gaat in Bergen aan boord van de Hurtigruten en vaart in vier dagen langs de kust naar Tromsø. Een schitterend uitzicht is bij de prijs inbegrepen.

Wie over de kade en door de straten van de stad loopt, merkt dat een groot deel van de toeristen met het cruiseschip arriveert. Ze bekijken in een paar uur wat ze volgens de reisgids gezien móéten hebben, en varen verder in noordelijke of zuidelijke richting.

Tromsø is goed in een ochtend of middag te doen. Maar wie zich tot de stad beperkt, mist het beste deel: de schitterende omgeving. Wie alleen vanaf de kade naar de bergen heeft gekeken, heeft ze niet écht gezien.
www.visittroms.no, www.naturinord.no.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer