Op woensdag 23 april stemden de Provinciale Staten unaniem voor de wijziging van het streekplan Zuid-Holland Oost. Een belangrijk onderdeel van het voorstel was de nieuwe natuurbegrenzing in de Krimpenerwaard.„Een ingrijpende beslissing”, noemt Evertse het besluit. „Dat niet in het minst voor een aantal grondeigenaren, waaronder een flink aantal boerenbedrijven. Hun bedrijven of delen daarvan zullen uit de agrarische productie moeten worden genomen. Dit door verkoop aan de provincie, door ruiling of door zelf aan gesubsidieerd particulier natuurbeheer te gaan doen. Dan gaat het natuurlijk om zeer emotioneel geladen beslissingen.”

Evertse ervaart die emoties ook zelf. „Als een boerin samen met haar dochtertje, een klein meisje van een jaar of drie vier, komt vragen waarom dit toch allemaal nodig is, voel ik best met haar mee. Als bestuurder moet je dan soms beslissingen nemen die voor een duurzame toekomst van de landbouw, de natuur en het waterbeheer nodig zijn, maar particulieren zwaar treffen.”

Volgens Evertse beseften Provinciale Staten dit ook terdege. PS gaven de gedeputeerde de opdracht om getroffen bedrijven volledig schadeloos te stellen en de afhandeling daarvan op een prudente manier te laten gebeuren. „Een evenwichtige beslissing, waarin zowel het algemeen als het particulier belang een plaats hebben gekregen”, aldus Evertse.