‘Bill Gates’ in Den Haag
Pas ná zijn aantreden op Financiën kreeg hij lucht van de deplorabele toestand bij de Belastingdienst. Maar staatssecretaris De Jager had zijn nieuwe baan anders ook aanvaard. „Ik houd wel van een uitdaging.”
„Hier is de Bill Gates van Nederland”, sprak premier Balkenende toen hij De Jager (39) in 2003 introduceerde als lid van het kersverse Innovatieplatform.Met zijn jarenlange ict-ervaring, opgedaan als directeur-eigenaar van het Rotterdamse internetbedrijf ISM eCompany, zou de whizzkid -die vier universitaire studies voltooide- als geen ander kunnen bijdragen aan het opvijzelen van innovatie en ondernemerschap in Nederland.
Vorig jaar tilde Balkenende de geboren Zeeuw in zijn vierde kabinet, als staatssecretaris van Financiën.
U bent meer dan vijftien jaar actief geweest als ondernemer. Hoe is de overstap naar Den Haag bevallen?
„Dat was heel bijzonder. Hoewel ik de politiek al wel kende, door mijn werk als vrijwilliger bij het CDA, was met name het functioneren van een departement mij totaal onbekend. Dit blijkt echter een veel dynamischer omgeving dan ik als ondernemer had verwacht. Ambtenaren staan continu klaar om me te helpen belangrijke beslissingen te nemen. Een van mijn drijfveren om in de politiek te gaan was een drang tot vereenvoudiging. Ik krijg veel ruimte om hiermee aan de slag te gaan.”
Liep u als ondernemer aan tegen de hoge regel- en belastingdruk in Nederland?
„We weten allemaal dat er in een land belasting moet worden betaald en dat bepaalde regels nodig zijn. Als ondernemer heb ik me echter bijzonder gestoord aan overbodige regelgeving. Regels die niet nuttig zijn, moeten daarom sterk worden bestreden.”
Zijn er te weinig ondernemers in Den Haag?
„Té weinig zou ik niet durven zeggen, maar ik zou het in ieder geval toejuichen wanneer het er veel zijn. Wellicht speelt, naast financiële barrières, hierbij een rol dat er een groot verschil bestaat tussen de politieke wereld en het ondernemerschap. Dat schrikt ondernemers af, zeker wanneer ze zien hoe alles in Den Haag onder een vergrootglas wordt gelegd. Ze deinzen terug voor dat hyperige.”
Over het Haagse vergrootglas kan De Jager inmiddels volop meepraten. Nog voor hij goed en wel als staatssecretaris was beëdigd, ontstond vorig jaar ophef rondom zijn persoon. Zo zou een dochteronderneming van het bedrijf dat hij voorheen leidde niet op tijd pensioengelden hebben afgedragen. Ook zou De Jager het als directeur van ISM niet zo nauw hebben genomen met arbeidswetgeving door onder meer de verplichte instelling van een ondernemingsraad te blokkeren.
Een commissie onder leiding van oud-IBM-topman Amandus Lundqvist -ingesteld op initiatief van De Jager zelf- onderzocht de aantijgingen en concludeerde dat er weliswaar sprake was geweest van „onvolkomenheden en kinderziektes” en dat de contracten bij ISM „niet de schoonheidsprijs” verdienden, maar dat de staatssecretaris zich niet had schuldig gemaakt aan „verwijtbaar gedrag.”
Hoe kijkt u hierop terug?
„Ach, iedere ondernemer die in de politiek stapt, krijgt hiermee te maken. Zeker een bewindspersoon. Het is kennelijk heel interessant om hem eventjes een soort Haagse ontgroening te geven. Het hoort er dus allemaal een beetje bij en dat was me vooraf ook al wel verteld.”
Als staatssecretaris van Financiën is De Jager onder meer verantwoordelijk voor het reilen en zeilen bij de Belastingdienst. De fiscus, voorheen hét paradepaardje van de ambtelijke diensten, groeide in de afgelopen maanden uit tot de risee van de rijksoverheid door blunder op blunder te stapelen. Zo moesten vele tienduizenden ondernemers opnieuw hun loongegevens overleggen en bleken vorige maand 700.000 aangiftes inkomstenbelasting van burgers zoek.
Wordt u nooit eens moe van alle problemen bij de Belastingdienst?
„Dat niet, maar natuurlijk schrik je telkens opnieuw. Wat nu weer, denk je dan. Ik had niet verwacht dat er zo veel aan de hand was bij de Belastingdienst. De week voor ik aantrad, had voormalig minister van Financiën Zalm in de Tweede Kamer aangekondigd dat er problemen waren op ict-terrein. Hij gaf hierbij aan dat het wel tien jaar kon duren voor alles zou zijn opgelost. Maar in de drukte rond de formatie heeft dat nauwelijks de pers gehaald. Ik wist dan ook van niets toen ik aantrad. Overigens had ik de functie sowieso wel aanvaard. Ik houd wel van een uitdaging.”
Zijn die blunders niet funest voor de belastingmoraal?
„Gelukkig zien we daar geen signalen van. Sterker nog: er zijn dit jaar meer aangiftes op tijd binnengekomen dan vorig jaar. Wel proberen we als Belastingdienst de slag te maken van wantrouwen naar vertrouwen. Het merendeel van de belastingplichtigen is bonafide en kan ook zo worden behandeld. Wat dat betreft zijn we als dienst echt aan het kantelen. We merken ook dat bedrijven zich strikter aan de regels houden wanneer we hen vanuit vertrouwen benaderen. Al blijft in sommige gevallen streng toezicht noodzakelijk.”
Wat is de oorzaak van de misère bij de fiscus?
„Het is een combinatie van factoren die ieder op zichzelf waarschijnlijk niet tot grote moeilijkheden hadden geleid. Maar doordat ze in een betrekkelijk korte tijd allemaal manifest werden, ontstonden er problemen. De Belastingdienst heeft er door de jaren heen steeds meer nieuwe taken bijgekregen waardoor er ook veel ict-aanpassingen nodig waren. Rondom het oude computersysteem zijn daarom steeds nieuwe applicaties gebouwd. Dat bleek nu niet meer goed te werken. Ook zijn er in de afgelopen jaren diverse bezuinigingsronden geweest, waardoor ervaren mensen de dienst hebben verlaten.”
Heeft de politiek de laatste jaren te gemakkelijk extra taken op het bordje van de Belastingdienst geschoven?
„Achteraf gezien moet je dat wel constateren. Maar de Belastingdienst draaide destijds zó goed. In de beeldvorming kon de fiscus eigenlijk alles aan. Wat extra taken konden er dus wel bij. Pas nu blijkt dat er toen onvoldoende oog is geweest voor de complexe uitvoeringsaspecten van alle nieuwe taken, zoals bijvoorbeeld de huurtoeslag.”
Had er intern niet iemand aan de bel moeten trekken?
„Toen de beslissingen moesten worden genomen, ontbrak de kennis die we nu hebben. Op basis van de gegevens die er wel waren, konden de recente problemen daarom niet worden ingeschat. Overigens werken we nu met aangescherpte uitvoeringstoetsen. Bij negatieve resultaten zeggen we sneller: Dit doen we niet, zoals recent bij de plannen voor een AOW-heffing.”
Toch heeft ook u al flink wat nieuwe heffingen op het conto staan, zoals de vliegbelasting en de verpakkingsbelasting.
„Dat zijn inderdaad twee nieuwe heffingen, die overigens al in het coalitieakkoord waren aangekondigd. Vanuit de vereenvoudigingsgedachte heb ik ze wel zo simpel mogelijk gehouden. Zo zijn bij de vliegbelasting alleen de luchthavens belastingplichtig en dus niet de vliegmaatschappijen of de passagiers. De heffing telt hierdoor slechts vijf belastingplichtigen. Dat levert dus niet veel extra gedoe op.”
Bent u wat dat betreft op uw schreden teruggekeerd? In een van uw eerste debatten meldde u de Kamer „een waaier van fiscale maatregelen” over hen te zullen uitstorten.
„Nee… Heb ik dat gezegd?
Zeker.
„Ik denk dat ik daarmee niet doelde op de introductie van allerlei nieuwe belastingen, maar slechts op aanpassing van bestaande heffingen. Zo heb ik de motorrijtuigenbelasting voor zeer zuinige auto’s gehalveerd. Vieze auto’s heb ik juist duurder gemaakt. We vragen ons bij iedere nieuwe heffing af: kan dit simpel? Vereenvoudiging is heel belangrijk, wel vind ik dat je hier en daar met maatregelen in de fiscaliteit gedrag moet kunnen sturen zodat maatschappelijke kosten tot uiting komen in prijzen.”
U wilt zo het fiscale stelsel vergroenen, maar zijn belastingen op ”slechte consumptie” uiteindelijk niet gewoon lastenverzwarend? Bovendien: als heffingen werkelijk het gedrag veranderen, vormt dat een aanslag op de schatkist.
„Bij tabak en drank zien we dat al gebeuren. Van iedere euro aan accijnsverhoging vloeit minder dan 1 euro daadwerkelijk in de staatskas omdat er als reactie minder wordt gerookt. Ik verwacht op milieuterrein overigens geen spectaculaire gedragsaanpassingen, maar als mensen massaal milieuvriendelijk gedrag etaleren dan zou dat mooi zijn. De financiële gevolgen bekijken we dan wel weer. Lastenverzwarend zijn de heffingen overigens niet. De strenge begrotingsregels die we in Nederland hebben, schrijven voor dat iedere euro aan lastenverhoging moet worden teruggegeven aan lastenverlichtingen elders.”
In de jaarlijkse Willem Dreeslezing bepleitte fiscalist Leo Stevens eerder deze maand een majeure herziening van het fiscale stelsel. Onderschrijft u dat pleidooi?
„Op sommige terreinen wel. Zo heb ik de huidige successiebelasting recent vergeleken met een 150 jaar oud huis met een lek dak dat steeds opnieuw is opgelapt. We hebben echter een nieuw huis nodig dat op een ander fundament is gebouwd. Daar zijn we nu druk mee bezig, want de huidige erfbelasting is te ingewikkeld, heeft te hoge tarieven en is onevenwichtig verdeeld.”
Stevens noemt de aftrekbaarheid van hypotheekrente ook onnodig ingewikkeld, niet effectief en onrechtvaardig. Waarom doet u daar niets aan?
„Het verhaal dat vooral hogere inkomens zouden profiteren van de hypotheekrenteaftrek is onjuist. Bij rijkere mensen is de hypotheek ten opzichte van het inkomen vaak minder groot. Erg ingewikkeld is de renteaftrek ook niet, al zitten er wel enkele ingewikkelde frutsels in, zoals de bijleenregeling. Bovendien hebben we als coalitiepartijen afgesproken niet te tornen aan de aftrekbaarheid van hypotheekrente.”
Stevens legde ook de vinger bij het fiscale gezinsbeleid dat kostwinnersgezinnen veel zwaarder belast dan tweeverdieners.
„In de huidige samenleving valt er steeds meer voor te zeggen dat beide partners een vrije keuze moeten hebben om te participeren op de arbeidsmarkt. Vaak zijn beide partners tegenwoordig bereid om betaalde arbeid te verrichten. Ook in gezinnen met kinderen. Wat dat betreft heeft de maatschappij een grote ontwikkeling doorgemaakt.”
Het huidige kabinet bouwt de algemene heffingskorting voor de niet-werkende partner af. De verschillen in belastingdruk kunnen hierdoor oplopen tot wel 40 procent.
„Dat lijkt me erg hoog, maar ik ben benieuwd naar Stevens’ berekeningen. Ik begrijp zijn redering trouwens erg goed, maar de donkere schaduwzijde van de heffingskorting is dat dit een rem zet op de arbeidsmarktparticipatie van de minst verdienende partner. Dat wil je ook niet.”
Door het afschaffen van de overdraagbaarheid van de heffingskorting wordt een gezin financieel gestraft wanneer de partner niet gaat werken. Waarom is er niet gekozen voor een positieve stimulans, zoals een verhoging van de arbeidskorting?
„Ook een positieve stimulans moet je financieren. Gezinnen die er geen gebruik van maken, gaan er dan toch nog op achteruit. Laten we elkaar niet bedotten: het komt altijd uit de lengte of uit de breedte. Het ophogen van de arbeidskorting impliceert een lastenverzwaring elders.”
Is het niet opmerkelijk dat juist een kabinet met een christelijke signatuur moeders in de richting van de arbeidsmarkt stuurt?
„Als CDA staan we absoluut voor een goed fiscaal gezinsbeleid. Kijk maar naar de koopkrachtontwikkeling van gezinnen met kinderen. Zij gaan er echt goed op vooruit. Wel is het belangrijk dat partners zelf vrije keuzes kunnen maken. We geven moeders dus geen schop onder het achterwerk om ze aan de slag te krijgen. Maar het tegenovergestelde is ook niet goed. Die rem van de heffingskorting moet eraf. Maar ik zeg hier heel eerlijk bij: We hebben de tweede partner vanwege de vergrijzing ook gewoon heel hard nodig.”
CV
Mr. drs. J. C. (Jan Kees) De Jager
(Kapelle, 10 februari 1969)
1987 1990: Bachelor of Business Ad
ministration, Nyenrode Universiteit
voor Bedrijfskunde.
1987 1998: bestuurder en penning
meester CDJA (jongerenorganisatie
van het CDA).
1990 1996: sociologische economie,
bedrijfseconomie en Nederlands
recht, Erasmus Universiteit Rotter
dam.
1992 2007: oprichter en directeur
van ISM eCompany, voorheen Spectra
Vision BV.
1998 2002: lid programmacommis
sie CDA verkiezingsprogramma.
2000 2007: lid hoofdbestuur en pen
ningmeester CDA.
2003 2006: lid Innovatieplatform.
2004 2007: lid raad van advies Cen
trale organisatie Werk en Inkomen.
2007 heden: staatssecretaris van Fi
nanciën.