Voordat Klink een besluit neemt, bekijkt hij of gelaatsbedekkende kleding een probleem vormt in de zorg. De minister wil voorkomen dat er regels komen voor veronderstelde problemen die in de praktijk niet blijken te bestaan. Hij wijst erop dat volgens de Inspectie voor de Gezondheidszorg en de artsenorganisatie KNMG zich nog geen probleem met dergelijke kleding in de zorg heeft voorgedaan. Tegelijkertijd constateert Klink dat „we discussies als deze ook moeten proberen te vermijden voor de toekomst".De CDA-minister deed zijn toezeggingen na een verzoek van de christendemocraten in de Tweede Kamer. De SP-fractie steunt het plan voor een verbod op gelaatsbedekkende kleding (boerka, niqab) in de zorg.

De minister ziet net als zijn partijgenoten in de Kamer een parallel met het onderwijs, waar het kabinet een boerkaverbod zal opleggen. Maar er zijn volgens hem ook verschillen. Zo kan iemand een arts weigeren, maar kan een leerling niet zeggen dat hij geen les wil hebben van een bepaalde leraar. Klink bekijkt op basis van het onderzoek of ook voor de zorg een wettelijk verbod nodig is of dat de sector zelf met regels moet komen.

Het kabinet kreeg donderdag in de Kamer alvast brede steun voor een boerkaverbod voor overheidspersoneel, het onderwijs en het openbaar vervoer. Naast de coalitiefracties schaarden ook de oppositiepartijen GroenLinks en de SP zich achter de praktische aanpak van het probleem. SP-Kamerlid Van Raak noemde het dragen van een boerka „een eenrichtingsweg naar isolement".

De PVV en VVD hielden elk een pleidooi voor hun eigen initiatieven voor een breder boerkaverbod. „Want wie een gezicht verhult, sluit zich helemaal af", aldus de liberale volksvertegenwoordiger Kamp.

Diverse Kamerfracties vroegen zich wel af of gelaatsbedekking een serieus probleem is in de dagelijkse praktijk. Deskundigen gingen er vorig jaar nog van uit dat niet meer dan honderd vrouwen in Nederland een boerka dragen.

Minister Vogelaar (Integratie) kondigde aan te onderzoeken waarom vrouwen een boerka dragen. Ze verwacht de uitkomsten in de tweede helft van dit jaar. Volgens Vogelaar belemmert gezichtsbedekkende kleding openlijke communicatie, kan het anderen een ongemakkelijk gevoel geven en kan het ook een uiting zijn van onderdrukking van vrouwen. „Dat is onwenselijk", zei ze.