Een nuttige les van keizer Tiberius
Mede Titel: ”Lessen in beschaving. Athene, Rome en Washington”
Auteur: Fik Meijer
Uitgeverij: Athenaeum - Polak & Van Gennep, Amsterdam, 2008
ISBN 978 90 253 6392 5
Pagina’s: 69
Prijs: € 2,50.
Een rasverteller uit een rooms-katholiek gezin waarin alles draaide om onderwijs. De boeken van prof. dr. Fik Meijer over de klassieke oudheid gaan als warme broodjes over de toonbank. Deze week verschijnt zijn essay ”Lessen in beschaving”, ter gelegenheid van de eerste Week van de Klassieken. Wat kan de Amerikaanse president Bush precies van de Romeinen leren? ”Keizers sterven niet in bed”. ”Gladiatoren”. ”De oudheid is nog niet voorbij”. Met deze klinkende titels mag Fredericus Joannes Antonius Maria Meijer zich rekenen tot de meest verkochte schrijvers van geschiedenisboeken in Nederland. Van ”Keizers sterven niet in bed” verscheen onlangs de Chinese vertaling. En van royalty’s zie je nooit iets, glimlacht de emeritushoogleraar oude geschiedenis, die daar niet echt over in kan zitten.
De vijf kleinkinderen hangen wel eens aan de lippen van opa. Meijer: „Ze willen natuurlijk spannende verhalen, een beetje Asterix-en-Obelixachtig. Wat konden de Romeinen allemaal? Wat deden ze? Wat de kinderen héél interessant vinden is het Collosseum, waar de gladiatorengevechten werden gehouden. Mijn vijf kleinkinderen zijn allemaal jongens, die vinden alles wat met vechten te maken heeft schitterend. En bij de Grieken vertel ik over de slag tussen de Atheners en de Perzen en de grote boten waarmee ze over zee voeren. Ik heb een trireme van Playmobil van de kinderen gekregen, een Grieks oorlogsschip. Als ze hier zijn, spelen ze daarmee. Pas waren we met de kinderen in Slot Loevestein, roept er eentje: Opa, is dat nou een Romeinse soldaat? Ja, zeg ik dan, dat is een Romeinse soldaat. Het historisch besef komt later wel!”
Meijer staat op het punt naar Libië te vertrekken. Als reisleider van historische tochten is hij vaak buitenslands. „Libië heeft prachtige Griekse en Romeinse oudheden. Het is leuk om te zien hoe zo’n Arabisch land daarmee omgaat. Er lopen veel schoolklassen rond. Dan weet je dat er aandacht aan wordt besteed.”
Helden
Tussen de reizen door zit de emeritus hoogleraar oude geschiedenis dagenlang achter zijn laptop. „Gemiddeld schrijf ik zo’n acht uur per dag. Aan het eind van de dag heb ik dan 2200 woorden staan. Ik ben nu bezig met een boek over helden in de oudheid. Militaire helden, sociale helden, filosofische helden, religieuze helden. De apostel Paulus is voor mij bijvoorbeeld zo’n held, een heel inspirerende man die veel betekend heeft voor de verspreiding van het christelijk geloof. Ik schrijf graag, en ben blij dat ik daar na m’n pensionering tijd voor heb gekregen. Je merkt dat je na veertig jaar onderwijs boven de stof staat en makkelijker dingen durft te stellen. Ik hoef nu niet meer zo nodig bij elke bewering een voetnoot te plaatsen, zoals ik deed toen ik dertig jaar was en mijn proefschrift schreef.”
Hoe verklaart Meijer de grote belangstelling die er de laatste jaren is voor de klassieke oudheid? „Je moet onderscheid maken tussen de Griekse en de Romeinse oudheid”, nuanceert de classicus. „De belangstelling voor de Grieken is duidelijk minder groot. De geschiedenis van de Griekse stadstaten is nogal ingewikkeld. Wel trekken de heldenverhalen over Troje en over Alexander de Grote de aandacht, maar over het algemeen spreken de Romeinen meer tot de verbeelding, vooral het immense rijk dat ze hebben gesticht. De belangstelling voor de klassieken was veertig jaar geleden ook groot. Toen is ze een paar decennia weg geweest, en eind jaren negentig begon het weer met de film ”Gladiator”.
In Engeland hebben de historici Robin Lane Fox en Tom Holland een bijdrage geleverd, en in Nederland heb ik mijn steentje bijgedragen, met bijvoorbeeld mijn boeken over de zeereis van Paulus en het boek ”Keizers sterven niet in bed”. Mijn vader had iets met Paulus, en heeft dat op mij overgedragen. Misschien dat ik ooit nog eens iets met Paulus’ andere zendingsreizen ga doen. Of een reis ”in het voetspoor van Paulus” organiseer.
Opmerkelijk is dat mijn boek over Paulus veel minder de aandacht heeft getrokken dan mijn andere boeken. Het is niet eens meer verkrijgbaar, terwijl het boek ”Keizers sterven niet in bed”, voor mij een soort uit de hand gelopen grap, maar blijft lopen. Het is in acht talen vertaald.”
Moraal
Zowel voorstanders van een (conservatieve) deugdenethiek als voorstanders van een losbandige levensstijl beroepen zich op de klassieke oudheid. Is deze periode dan een soort morele grabbelton: voor elk wat wils? Meijer: „Daar heb je wel een punt, denk ik. Iedereen pikt uit de oudheid wat hij of zij zelf wil. Er was in de oudheid wel een deugdenleer van soberheid en rechtvaardigheid, maar niet iedereen hield zich daar aan. Die leer was bedacht door een elite, die zich de luxe kon permitteren hiermee bezig te zijn. Tegelijk had je een brede onderklasse die helemaal geen tijd had om aan deugden te denken.”
Meijer beaamt dat de komst van het christendom in het Middellandse Zeegebied een verandering van de moraal heeft teweeggebracht. „De christenen hebben hun God van liefde in de wereld van de oudheid gebracht. Hun geloof ging gepaard met een enorme naastenliefde, die tot dan toe onbekend was geweest in het Romeinse Rijk. Ziekenhuizen en verzorgingstehuizen, het waren nieuwe fenomenen. Maar deze nieuwe moraal gaat vooral op aan de basis van de samenleving. Aan de top waren de christelijke keizers niet minder hard dan de Romeinse keizers. Ze sloegen ketters en heidenen met keiharde hand neer. Kijk bijvoorbeeld naar de zoons van keizer Constantijn: eerst moordden ze elkaar uit, toen werd een vervolging tegen heidenen en ketters gestart. Bij kerken zie je trouwens wel vaker dat de top vervreemdt van de basis.”
Parallellen
In zijn boekje ”Lessen in beschaving”, dat verschijnt ter gelegenheid van de eerste Week van de Klassieken, vergelijkt Meijer het oude Athene en het Romeinse Rijk met Amerika. Meijer beseft dat zo’n vergelijking op veel punten mank gaat. Maar de parallellen zijn volgens hem te opvallend om te negeren. „Athene straalde uit: wij zijn de meest culturele staat onder de Griekse stadstaten. Kijk maar naar onze filosofen, kijk maar naar onze democratie. Wij hebben een missie te vervullen. Athene vond dat de andere staten ook maar een democratie moesten invoeren, ook al zaten ze daar niet op te wachten. Die mentaliteit kun je vergelijken met de Amerikaanse mentaliteit van nu. Ook Amerika gelooft in de superioriteit van zijn vrijheid en democratie, en meent die in de wereld te moeten uitdragen.
Iemand als Victor Davis Hansen, een lid van de denktank van president Bush, schrijft hier boeken over. In ”A war like no other” vergelijkt hij in de inleiding Amerika met Athene. In columns betoogt hij dat Amerika zich nooit uit Irak moet terugtrekken. Kijk maar naar Athene, is zijn redenering: toen Athene zich terugtrok, werd het verslagen door Sparta.”
Meer voor de hand liggend nog is de parallel met het Romeinse Rijk, evenals het huidige Amerika een rijk met een immense invloedsfeer. Meijer bespeurt overeenkomsten tussen de machtspolitiek van het keizerlijke Rome en het moderne Amerika. „Het Romeinse Rijk begon heel gematigd, maar toen de veroveringsoorlogen te ver waren gevorderd, kon men niet meer terug. Het rijk ging verplichtingen aan die het niet kon waarmaken. Dat heeft het de das om gedaan. De Romeinen kregen te maken met invallen van Franken en Visigoten en Vandalen die ze niet meer konden weerstaan.”
Bij Amerika ziet Meijer iets vergelijkbaars. „De Amerikanen zitten overal in de wereld. President Bush meet zich met zijn optreden keizerlijke allures aan. De grote vraag is echter of de Amerikanen met hun buitenlandse politiek niet een te grote broek aantrekken. En of ze dit beleid op de lange termijn kunnen volhouden. De oorlog in Irak kost elke dag bijna 1 miljard dollar. Kun je dat volhouden, zeker als je let op de binnenlandse problemen die Amerika nu treffen?
Er is nog een opvallende parallel tussen het Romeinse Rijk en Amerika. In beide landen speelt religie een belangrijke rol als legitimatie van de oorlog. De Romeinen zeiden: Wij staan onder de bescherming van de goden. Ook de Amerikanen worden niet moe te herhalen: God bless America. Ook al vechten ze tegen staten met een andere god, God staat aan hun kant. Daarmee demoniseer je in wezen bij voorbaat de tegenstander.”
Aftakeling
Natuurlijk gaat de parallel met Amerika niet helemaal op, ziet ook Meijer. „De Romeinen hebben altijd een absolute vrijheid gehad, zij konden veroveren zonder door een volkerenbond berispt te worden. Een groot verschil is ook dat Amerika geen vergroting van grondgebied nastreeft, maar uit is op handhaving en zo mogelijk uitbreiding van politiek invloedssfeer.”
Dat alles neemt niet weg dat ook Amerika, evenals het Romeinse Rijk in zijn nadagen, kampt met enorme politieke, sociale en economische problemen. In zijn boekje geeft Meijer daarvan een opsomming. Wil Amerika een verdere aftakeling voorkomen, dan doet het land er goed aan zijn licht op te steken bij een keizer als Tiberius, denkt Meijer. „Tiberius was een van de weinige keizers die geen behoefte hadden aan eerbewijzen, zelfs niet aan triomftochten. Voor zijn beslissing af te zien van geldverslindende oorlogen was moed nodig. Moed die ook de toekomstige Amerikaanse presidenten nodig zullen hebben in hun buitenlandse politiek, als ze niet in dezelfde situatie willen komen als de Romeinse keizers van de derde eeuw.”
De grenzen van een wereldrijk
„De vraag of het de Verenigde Staten in de toekomst zal vergaan als het Romeinse Rijk zal ook de komende jaren in wetenschappelijke kringen nog regelmatig worden gesteld. Het zal niet gemakkelijk zijn daar een bevredigend antwoord op te geven omdat de verschillen tussen het imperium Romanum en het imperium Americanum minstens zo significant zijn als de overeenkomsten. (…) De Verenigde Staten hebben vanaf hun stichting in 1776 al meer veranderingen te verwerken gekregen dan Rome in twaalf eeuwen. De afschaffing van de slavernij en de overgang van een agrarische naar een hoogtechnologische economie zijn niet zonder slag of stoot verlopen, maar hebben wel geleid tot een open samenleving die niet de ogen zal sluiten voor de eerdergenoemde interne en externe problemen. President Bush mag dan met zijn militaire en economische politiek de grenzen van wat een rijk kan verdragen hebben opgezocht, daarmee is niet gezegd dat het ‘Romeinse patroon’ zich in de Verenigde Staten zal herhalen. Er is voldoende veerkracht in de Amerikaanse maatschappij om te voorkomen dat zich Romeinse toestanden zullen voordoen. Als elke toekomstige president zich ervan bewust is dat hij of zij geen Romein is maar Amerikaan, en als hij of zij met een open blik naar de eigen samenleving en de buitenwereld blijft kijken, is het vrijwel zeker dat Amerika het lot van Rome bespaard zal blijven. Mochten zij de lessen uit het verleden echter negeren en zich te buiten gaan aan zelfoverschatting, dan zou de Amerikaanse filosoof en dichter George Santayana (1863 1952) wel eens gelijk kunnen krijgen met zijn stelling: „Zij die de geschiedenis niet kennen, zijn gedoemd haar te herhalen.””
”Lessen in beschaving”, blz. 64, 66 en 67.
Week van de Klassieken
Liefhebbers van de klassieke oudheid kunnen van 24 april tot 3 mei hun hart ophalen. Voor eerst wordt dan de Week van de Klassieken gehouden, die nét iets langer dan een week duurt.
Een van de activiteiten is de Grote Ken je Klassieken Quiz op zaterdag 26 april om 13.00, 14.30 en 16.00 uur in het Allard Pierson Museum te Amsterdam. In hetzelfde museum loopt vanaf vrijdag 25 april de expositie ”Lectori Salutem. Boek en oudheid”.
De organisator uitgever Athenaeum heeft een aantal van zijn boeken tot actietitel uitgeroepen. Bij aankoop van zo’n titel –bijvoorbeeld ”Rubicon” van Tom Holland– krijgen klanten het geschenkboekje ”Lessen in beschaving” cadeau, geschreven door prof. dr. Fik Meijer.
Meer inofrmatie op weekvandeklassieken.nl.