Ellis en Thelma Bongers zijn misschien wel de beroemdste tweeling van Nederland. Samen figureren ze in de serie ”De olijke tweeling”, oorspronkelijk geschreven voor Arja Peters. Inmiddels bestaat de serie vijftig jaar. Na het overlijden van Arja Peters in 1996 is er een nieuwe auteur gekomen: Marion van de Coolwijk. De omslagen zijn gemoderniseerd, maar de sfeer is hetzelfde gebleven. In 1958 kwam het eerste deel van ”De olijke tweeling” uit. Daarvan verschenen maar liefst 32 herdrukken. Na een halve eeuw is de serie nog steeds erg populair. „De boeken over de olijke tweeling hebben altijd een tijdloos karakter gehad”, legt schrijfster Marion van Coolwijk het succes uit. „De meiden hebben geen mobiele telefoon en geen internet. Ze genieten van de dingen waar alle kinderen van genieten. Ze zijn ondeugend en ondernemend, maar ook eerlijk en altijd bereid anderen te helpen.”

Kinderen van nu hebben voor een groot gedeelte dezelfde belevingswereld als kinderen van vijftig jaar geleden, denkt Van de Coolwijk. „Kinderen willen leuke spanning, ze nemen het op tegen onrecht. Ze halen kattenkwaad uit, klimmen over een hekje, smeden plannen en helpen dieren. Ellis en Thelma maken veel spannende dingen mee, en er gaat altijd wel iets mis dat weer moet worden rechtgezet. Ook wat taalgebruik betreft zijn de boeken over de twee meiden geschikt voor iedereen; er wordt niet in gevloekt bijvoorbeeld. Dat gebeurt in geen van mijn boeken trouwens. Ik ben van mening dat een kind de ruimte moet krijgen gewoon kind te zijn. Daarbij vind ik normen en waarden heel belangrijk. De confrontatie met grotemensenproblemen laat ik liever aan andere auteurs over. Wat dat betreft sluit mijn manier van schrijven goed aan bij de serie.”

Dierentuin

Het is niet makkelijk een zo bekende serie -er zijn inmiddels ruim 3,5 miljoen boeken van ”De olijke tweeling” verkocht- voort te zetten. „Ik heb er goed over nagedacht”, zegt Van de Coolwijk. „De uitgever en ik besloten dat ik één deel zou schrijven om eerst af te wachten hoe de reacties waren. Mijn eerste Olijke Tweeling was ”Het vervalste schilderij”. Het boek werd gelijk genomineerd voor de Nickelodeon Kids Award, als beste kinderboek - een goed teken. Nu heb ik inmiddels zeven boeken over de twee meiden geschreven. Het grappige is dat kinderen vaak het verschil niet eens merken. Sommigen denken dat ”Arja Peters” een pseudoniem van me is! Het was ook de bedoeling dat de stijl zo veel mogelijk hetzelfde zou blijven.”

Van de Coolwijk heeft ruim 75 kinderboeken op haar naam staan. Daaronder zijn veel AVI-leesboekjes. „Het was voor mij niet moeilijk om aan te sluiten bij de stijl van Arja Peters”, zegt ze. „Als ik een boek over de olijke tweeling ga schrijven, kruip ik in de huid van Ellis en Thelma. Wel moeilijk aan het voortzetten van zo’n serie is het vinden van steeds maar nieuwe onderwerpen.”

Gelukkig wordt de schrijfster daarbij ook door lezers geholpen. „Een grote fan, Eline Kamphuis, stelde voor om een deeltje te schrijven over de tweeling in de dierentuin. Met die suggestie ben ik aan de slag gegaan en het is een leuk boek geworden. Verder is het belangrijk om het tijdloze karakter in de gaten te houden. Het boek dat zich in de dierentuin afspeelt, kan bijvoorbeeld niet specifiek in een bepaalde dierentuin worden geplaatst. Natuurlijk had ik wel Artis in mijn hoofd, ik blijf nu eenmaal Amsterdammer.”

Herkenbaar

Vrouwke Klapwijk is auteur en eigenaar van ”De kinderboekenwijzer”, een bureau dat scholen adviseert op het gebied van kinderboeken. Ze noemt de sfeer in ”De olijke tweeling”-serie „heel herkenbaar.” „De tweeling is een stel ondeugende meiden. Ze zien overal brood in, maar zijn ook altijd bereid anderen te helpen. Met hun vader, moeder en de twee kleine (tweeling)broertjes vormen ze een gewoon doorsneegezin. De verhaallijn is eenvoudig, soms wat voorspelbaar en het loopt altijd goed af. Sommige lezertjes zullen het na een paar boeken wel gezien hebben. Maar er zijn ook kinderen die de hele serie sparen.”

Over het algemeen vindt Klapwijk de boekjes ook geschikt voor christelijke lezertjes. „Alleen zijn de boeken van Arja Peters hertaald, en toen zijn enkele uitroepen jammer genoeg vervangen door bastaardvloeken. In de boeken die door Marion van de Coolwijk zijn geschreven komen ze helaas ook een enkele keer voor.”

Volgens Klapwijk zijn de boekjes heel populair op scholen, vooral vanwege de uitstraling van de omslag. „Uit onderzoek is gebleken dat van alle lezertjes ongeveer 50 procent graag series leest. En ongeveer 40 procent leest het liefst boeken die geselecteerd worden voor de Kinderjury of de Eigenwijsprijs. Slechts 10 procent leest uit zichzelf kinderliteratuur.”

Verliefd

De dertienjarige Miriam Francke uit Waarde begon met het lezen van ”De olijke tweeling” toen ze in groep 6 zat. „Ik las altijd heel graag en een meisje uit onze klas hield een boekbespreking over ”De olijke tweeling en de bosbrand”. Het leek me een heel leuk boek. Toen heb ik bij de bibliotheek een paar boeken van de serie gehaald. Ondertussen heb ik denk ik al de boeken van de serie al wel een keer gelezen. De olijke tweeling beleeft altijd leuke en grappige dingen. Soms moet je gewoon hardop lachen.” Het leukste vindt Miriam ”De olijke tweeling is verliefd”, waarin de meisjes verliefd worden op een andere tweeling. „Ellis en Thelma denken dat ze op dezelfde jongen verliefd zijn, maar door een leuke gebeurtenis komen ze erachter dat het ook om een tweeling gaat.”

Miriam merkt trouwens niet echt een verschil tussen de boeken van Peters en Van de Coolwijk. „Ik vind dat ze allebei geweldig schrijven. Bij beide schrijvers gebeuren de gekste en leukste dingen. En het loopt eigenlijk altijd weer goed af. Je merkt absoluut niet dat de eerste boeken van Arja Peters al best lang geleden zijn geschreven. Ik hoop dat er nog heel veel delen bijkomen! En ik ben vast niet de enige.”