Met premier Balkenende en minister Bos (Financiën) besprak de Kamer de overname door het consortium van Fortis, Royal Bank of Scotland en Banco Santander. Na afloop liet GroenLinks–Tweede Kamerlid Vendrik weten voldoende redenen te hebben om aan te nemen dat het anders had gekund.De Kamer heeft het kabinet gevraagd de informatie uit het vertrouwelijke overleg die wel naar buiten kan op te schrijven. Daarna volgt er een debat.

De vragen van de meeste Kamerfracties spitsen zich toe op de rol van premier Balkenende in aanloop naar de overname van ABN Amro. De bank stelde eerder dat Balkenende begin vorig jaar weigerde om met haar toenmalige bestuursvoorzitter Rijkman Groenink een gesprek aan te gaan om vastgelopen fusieonderhandelingen met ING vlot te trekken.

De premier heeft zich steeds verdedigd door te stellen dat hij geen bevoegdheden heeft bij fusies of overnames in het bedrijfsleven. Als het gaat om banken, dan ligt deze bevoegdheid volgens hem bij De Nederlandsche Bank en bij de minister van Financiën.

Een meerderheid van de Kamer vindt dat Balkenende een veel actievere rol had moeten spelen. „Een overname zoals die van ABN Amro raakt onze welvaart", aldus Vendrik. Volgens hem werd er terecht gewaarschuwd dat de bank zou kunnen afdrijven in een aandeelhoudersgevecht.