Onkruid wieden op het dak
De Apeldoornse wijk waarin Anton en Clara Menkveld wonen, ging tien jaar geleden compleet op de schop. Reden voor het echtpaar om bij de gemeente ruimte in het bestemmingsplan te vragen voor een nieuwe woning. Die woning verrees in hun oude tuin. De geluidswalwoning trekt de aandacht van passanten. „Er staan regelmatig mensen over de heg te kijken.”
Pal naast de spoorlijn Apeldoorn-Deventer -iedere tien minuten raast een trein voorbij- bevindt zich in een aarden wal een royale woning. Niet dat reizigers dat goed kunnen zien. Hooguit vallen hun de grote blauwe deuren midden in een begroeide helling op. Achter die deuren staat de caravan van de familie Menkveld gestald. En onder de wal bevindt zich hun woon- en werkruimte.Op de met vetplantjes begroeide helling staat een enkele verdwaalde paardenbloem. Maar ook zuring wortelt graag op het dak. De daktuin levert de Apeldoornse familie flink wat werk op. „Er komen emmers onkruid af,” weet Anton uit ervaring. „Een paar keer per jaar gaan we het dak op. Het onkruid wieden is tamelijk lastig, omdat de vetplanten op gaas groeien. Daardoor blijft het dak goed bedekt. Een avondje trekken levert in ieder geval vermoeide kuitspieren op.”
Voorwaarden
Voordat ze het startsein voor de bouw van hun woning gaven, stelde het echtpaar een aantal voorwaarden op waaraan het nieuwe huis in ieder geval moest voldoen. Clara: „Anton is timmerman. Hij wilde graag een inpandige werkplaats. Verder stond een garage voor de caravan op het verlanglijstje.”
De gemeente Apeldoorn ging snel akkoord met de plannen van het paar. Ze raadde het echtpaar een architect aan die ervaring had met een soortgelijke klus. De architect ging voortvarend met hun wensen aan de slag. Clara: „Het casco is door een aannemer gezet. Dat was nog wel even puzzelen, want het ontwerp kende geen haakse hoeken. De afwerking verzorgde Anton zelf. Zodra de bouwvergunning binnen was, ging hij aan de slag. Hij stak er veel tijd in. Onder meer de deuren, trap en kasten maakte hij zelf.”
Alle vertrekken die geen daglicht nodig hebben, zoals douche, toilet en voorraadkast, bevinden zich aan de noordzijde -de spoorkant- van de woning. Anton: „Een dakraam in het dak kan niet vanwege lekkagerisico. Bovendien wordt de herrie van de treinen dan niet voldoende geïsoleerd. Voordat het geluid nu tot de woon- of slaapkamer doordringt, is het enorm afgezwakt.”
De kamers aan de zuidzijde van het huis zijn dankzij de extreem hoge ramen royaal van licht voorzien. Vanuit de woonkamer kijkt de familie Menkveld de fraai aangelegde tuin in. Clara: „Tuinieren is mijn hobby. Het bijhouden van de tuin kost veel tijd. Maar ik vind het heerlijk om te doen. Voordat we de tuin aanlegden, hebben we een tekening laten maken. Daarbij hadden we één eis: alle bomen die in de tuin stonden, moesten blijven staan. Ik wilde mijn walnoten-, peren en appelboom niet kwijt. Bovendien maakt de tuin daardoor gelijk een oudere indruk.”
Natuurlijke materialen
Ook over de aankleding dacht het echtpaar goed na. Anton: „We wilden zo veel mogelijk gebruikmaken van natuurlijke materialen.” Voor de vloer in de woonkamer koos het stel daarom voor natuursteen. En de wanden van de kamer zijn niet gemaakt van gips, maar van baksteen.
Op de eerste verdieping bevinden zich twee logeerkamers. Speciaal voor logerende kleinkinderen. Clara: „Zelf komen we nauwelijks boven. We hebben alles bewust gelijkvloers gehouden. We zijn al een dagje ouder, maar we hopen nog heel lang in dit huis te kunnen blijven wonen.”