Dit moet niet alleen gericht zijn op het bestrijden van honger en ondervoeding; er moet ook gekeken worden naar de onderlinge samenhang met onder meer energie, klimaatverandering en economische groei, aldus de Wereldbankpresident.Zoellick deed woensdag een oproep tot een gezamenlijk antwoord op de oplopende voedselprijzen. De wereldwijde voedselcrisis heeft de aandacht van politieke leiders over de hele wereld nodig, stelde hij.

De voedselprijzen zijn sinds 2005 met 80 procent gestegen door zware weersomstandigheden in producerende landen en een explosieve toename van de vraag in ontwikkelingslanden. De Wereldbank schat dat in 33 landen sociale onrust kan ontstaan door de hogere voedsel- en energieprijzen.

„De oplossing is de impasse van de Doha Development Agenda in 2008 te doorbreken”, aldus Zoellick. „Er ligt een goede overeenkomst op tafel. Het is nu of nooit.” Het zogenoemde Doha-overleg, waarin 151 lidstaten van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) om met name de wereldhandel in landbouwproducten te liberaliseren, liep vorig jaar vast.

Zoellick vindt dat het antwoord moet beginnen met hulp aan de armsten in de wereld. Hij riep rijke naties, waaronder de Verenigde Staten, Japan en de Europese Unie, op onmiddellijk een gat van 319 miljoen dollar te vullen en daarmee bij te dragen aan de voedselhulp voor de armste landen.