Opinie

Koopzondag

Het mag duidelijk zijn: het debat in de Tweede Kamer over het wetsvoorstel van minister Van der Hoeven (Economische Zaken) om de Winkeltijdenwet aan te scherpen is in aantocht.

26 March 2008 11:36Gewijzigd op 14 November 2020 05:40

Hoewel de definitieve stukken de Kamer nog moeten bereiken, roeren diverse belangenclubs de trom, openen particulieren actiewebsites en toert de VVD komende zondag zelfs met een heuse campagnebus door het land.Dit alles in een uiterste poging om de publieke en politieke opinie rond het koopzondagendebat te beïnvloeden. Want de minister mag de huidige mogelijkheden tot zondagsopening in geen geval beperken, zo luidt het eensgezinde credo. Vrijheid, blijheid.

De protestlust is op zijn minst opvallend te noemen. Dit omdat het kabinet eigenlijk helemaal niets wil beperken, maar slechts de huidige wet wil handhaven.

Volgens de uit 1996 stammende Winkeltijdenwet mogen gemeenten maximaal twaalf koopzondagen per jaar aanwijzen. Alleen voor toeristische gebieden is een uitzondering gemaakt. Daar mogen de winkeldeuren iedere zondag open.

Niet zelden onder druk van grootwinkelbedrijven hebben veel gemeenten in de afgelopen jaren echter hun totale grondgebied aangewezen als toeristisch gebied, zodat ook het geelblauwe megapand van IKEA, ingeklemd tussen verschillende Amsterdamse snelwegen, zich plotseling op toeristische grond bevindt en daarom de deuren iedere zondag mag openen.

Ook overduidelijk niet-toeristische steden, zoals Almere en Roosendaal, hebben de toerismebepaling in de Winkeltijdenwet weten te vinden. Niet minder dan 35 procent van alle Nederlandse gemeenten noemt zichzelf vandaag de dag om de een of andere reden toeristisch.

Hierdoor is er een wildgroei van koopzondagen ontstaan die naar de letter van de wet nooit is bedoeld. Nu de minister dit wil corrigeren, is Leiden in last. Geheel ten onrechte. Al treft de vorige kabinetten-Balkenende wel blaam omdat ze handhaving van de Winkeltijdenwet jarenlang willens en wetens lieten verslonzen, waardoor het misbruik alleen maar toenam.

Wat de huidige protesten nog vreemder maakt, is dat het voornemen van Van der Hoeven -hoe nobel haar streven ook- weinig voorstelt.

Toegegeven: gemeenten zullen specifieker dan nu moeten omschrijven welke winkels op zondag open mogen zijn en waarom. Maar een toetsing hierop door de overheid vindt niet plaats, zodat gemeenten net als in de huidige situatie vrijelijk en autonoom kunnen blijven bepalen of de toerismebepaling wel of niet op hen van toepassing is.

Belanghebbenden (burgers en winkeliers) zullen zelf aan de bel moeten trekken wanneer ze gemeentelijke beslissingen op dit terrein laakbaar achten. Of ze dat ook zullen doen, is nog maar de vraag.

Tegelijk met het wetsvoorstel van de minister zal er nog een ander wetsvoorstel worden behandeld in de Kamer. Met exact dezelfde strekking: het tegengaan van het misbruik van de Winkeltijdenwet.

Dit initiatiefwetsvoorstel is eind 2006 gelanceerd door het bijzondere gelegenheidsduo van SGP en SP en voorziet in tegenstelling tot het plan van Van der Hoeven wel in een toetsing vooraf door de minister. Hierdoor wordt het gemeenten onmogelijk gemaakt om als slagers hun eigen ’toeristische’ vlees te blijven keuren.

Bij de totstandkoming van de Winkeltijdenwet in 1996 hebben vooral PvdA, CDA en ChristenUnie ervoor gezorgd dat er drempels zijn opgeworpen tegen een ongebreidelde zondagsopenstelling.

Indien het de huidige coalitiefracties hiermee nog steeds ernst is, zullen ze het SGP/SP-voorstel in ieder geval op zijn merites moeten beoordelen en niet blind het kabinetsstandpunt moeten volgen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer