Geleid in alle waarheid
Titel:
”Die in de waarheid leidt. Bijdragen over de Heilige Geest en Zijn werk”
Auteur: dr. A. N. Hendriks
Uitgeverij: Groen, Heerenveen, 2002
ISBN 90 5829 290 8
Pagina’s: 256
Prijs: € 30,-. Wie met de Bijbel vertrouwd is, zal bij de titel ”Die in de waarheid leidt” direct denken aan het werk van de Heilige Geest. De stof die dr. A. N. Hendriks, emeritus predikant van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, in zijn boek behandelt, is in zoverre niet nieuw dat de dertien hoofdstukken een bewerking zijn van artikelen die hij in ”De Reformatie” publiceerde.
Maar deze uitgave is niet overbodig, want de auteur biedt veel waarover in onze tijd opnieuw nagedacht moet worden. Om maar iets te noemen: het werk van de Heilige Geest in de schepping, de verzegeling met de Heilige Geest en het getuigenis van de Heilige Geest. Er is ook een hoofdstuk over de zonde tegen de Heilige Geest.
De gevolgde methode is niet over de hele linie dezelfde. Soms geeft dr. Hendriks breed weer wat in de belijdenis en door theologen van naam is gezegd, om daarna af te ronden met een gedeelte dat begint met de Schrift. Als het over de Heilige Geest als Parakleet gaat, laat hij echter eerst de Schrift spreken en vat hij samen wat in het Evangelie over de Heilige Geest als de Trooster geopenbaard is, om dan te vragen of de belofte dat Hij in alle waarheid zal leiden, alleen aan de apostelen gegeven is of aan de gehele kerk.
Hoe men het best te werk kan gaan? Dat hangt bij de geloofsleer vooral van het onderwerp af. Als het Woord van God maar de beslissende instantie is! Zonder twijfel is dat in dit boek het geval. Er wordt echt naar de Schrift geluisterd. Dat is goed gereformeerd.
Dat de Heilige Geest in de waarheid leidt, is een hoofdmoment in Zijn werk. Als onder deze titel ook het werk van de Heilige Geest in schepping en onderhouding valt, kan men wel de vraag stellen of dat geen ander karakter draagt: levengevend en leven-in-standhoudend (blz. 32).
Vernieuwing van de mens
De Geest is de Geest van Christus. Dat is een van de hoofdlijnen van het boek. Wie over de vernieuwing van ons hart en leven spreekt, moet altijd bij Christus beginnen. De Schrift gebruikt er verschillende woorden voor en de gereformeerden gingen de aanvang van dit werk van de Geest als wedergeboorte aanduiden. Die term bepaalt ons bij het radicale en overmachtige van Zijn werk.
Calvijn, Bavinck en andere gereformeerden zeggen dat de Heilige Geest met het Woord werkt of dat Hij het Woord begeleidt. De Geest paart Zich dan aan het gepredikte Woord en er is een bijzondere Geesteswerking met het Woord. De laatste formulering is van prof. L. H. van der Meiden (1949).
Een van de bezwaren van Hendriks is, dat men daarbij gemakkelijk kan vergeten dat de Heilige Geest reeds in het gepredikte Woord werkzaam aanwezig is. Uit het betoog van Van der Meiden blijkt voor welk gevaar hij vreesde. Er was door een theoloog in Kampen geponeerd dat horenden en lezenden van het Woord de Geest in zich laten werken, en dat de Geest altijd Zijn Woord is. Dreigt hier geen automatisme?
Hendriks stelt voor dat wij het werk van de Geest niet bijkomend, maar doordringend zullen noemen. Dat is een punt voor verdere discussie, waar het bestek van een boekbespreking zich nu eenmaal niet voor leent.
Verzegeling
Er wordt verschillend gedacht over de verzegeling met de Heilige Geest (Ef. 1:13). Voor de meeste mannen van de Nadere Reformatie was deze verzegeling iets dat op het geloof volgt. Ook nu komt deze visie voor. Hendriks vindt dat men zich daarmee verwijderd heeft van wat Paulus verkondigt. Allen die geloven, ontvangen dit zegel als Gods eigendomsmerk.
De opvatting van de Pinkstergroepen dat de vervulling met de Geest een tweede zegen is, vindt geen steun in de Schrift. Het is het toerustende werk van de Geest dat de gemeente van Christus nodig heeft.
De gave van de profetie, door Calvijn verstaan als de bijzondere bekwaamheid om de Schrift uit te leggen en toe te passen, was aanvankelijk meer: een openbaringsgave, een spreken onder directe aandrang van de Geest. Dat is een charisma dat niet blijvend aan de gemeente geschonken is.
Verrijkend en verhelderend
Dit boek is een verrijking van de literatuur. Dr. Hendriks sluit zich nauw aan bij de Schrift en de belijdenis. De uiteenzettingen zijn verhelderend en als een zienswijze niet de zijne is, voert hij argumenten aan.
Het boek bevat ook een register van personen en een register van besproken schriftplaatsen. Rest mij te vermelden dat de uitgever veel zorg aan dit werk heeft besteed. Het zal zijn weg wel vinden!