Feiten en weetjes over christelijk geloof
Titel: ”Junior encyclopedie over het christelijk geloof”
Auteur: David Self
Uitgeverij: Callenbach, Kampen, 2008
ISBN 978 90 266 1459 0
Pagina’s: 126
Prijs: € 17,50.
Een derde deel van de wereldbevolking noemt zich christen. Dat staat te lezen op de achterflap van de ”Junior encyclopedie over het christelijk geloof”. De helft van deze christenen is rooms-katholiek. Over allerlei aspecten die met het christendom te maken hebben, wil dit boek wat vertellen. Het kan niet anders of de lezer krijgt een veelkleurig christendom te zien. Iets van die veelkleurigheid is terug te zien in de bedehuizen. Wie het boek doorbladert, komt van alles tegen: rijk versierde kathedralen tegenover kleine, eenvoudige kerken. Een sober ingerichte lutherse kerk en enkele pagina’s verderop een kerkinterieur verlicht door discolampen waar een dienst voor jonge mensen wordt gehouden. Felgekleurde koepels van oosters-orthodoxe bedehuizen naast grauwe woestijnkloosters van koptische christenen.
Thematische opzet
Deze ”Junior encyclopedie over het christelijk geloof” richt zich op jongeren vanaf 10 jaar. Encyclopedisch is de hoeveelheid feiten en kennis die aan de orde komt. Maar dit boek is geen echte encyclopedie die begrippen stuk voor stuk uitlegt. De opzet is meer thematisch. In 57 korte hoofdstukken behandelt de Engelse auteur David Self van alles wat met het christendom te maken heeft. Elk hoofdstuk beslaat twee pagina’s en is geïllustreerd met foto’s, tekeningen, kaartmateriaal of historische prenten. Links en rechts op de pagina staan korte kaders met tekst over onderwerpen die gerelateerd zijn aan het hoofdstuk. Zo bevat het hoofdstuk ”Missies in de wereld” een tekstkader over de zendeling Francis Xavier en een kader over David Livingstone. Verder heeft elk hoofdstuk een kopje waarin verwezen wordt naar aanverwante hoofdstukken. Achter in het boek is een index van namen en begrippen te vinden.
Voorbeeld volgen
De auteur neemt de lezer in de eerste hoofdstukken mee naar het ontstaan van het christendom. Hij vertelt over het onderwijs van Jezus en Zijn discipelen. Hieruit zijn meer dan 20.000 verschillende groeperingen of denominaties ontstaan. Onderling was er vaak ruzie. Maar ondanks deze verschillen „geloven alle christenen in de ene God. Zij proberen het onderwijs en het voorbeeld te volgen van Jezus Christus, die als een licht in de wereld kwam dat hun de weg laat zien hoe hun leven te leven”, aldus de auteur.
In de volgende vier hoofdstukken komt de christelijke leer aan de orde. De auteur ziet de kernboodschap van de leer van Jezus vooral liggen in de gelijkenissen en de Bergrede. In de leer van Paulus krijgt dan het plaatsvervangend lijden van de Heere Jezus een plaats.
In de hoofdstukken over de kerk gaat de auteur vooral geografisch te werk. In elk werelddeel is de situatie van het christendom weer anders. Sommige kerken bestaan al eeuwen, andere zijn vrij recent. Soms is de christelijke kerk een gedoogde minderheid, of is er zelfs sprake van vervolging.
In sommige landen is er een grote charismatische beweging, in andere is de Rooms Katholieke Kerk nadrukkelijk aanwezig.
Daarna komen in het volgende tiental hoofdstukken allerlei aspecten van de eredienst aan de orde.
In een hoofdstuk over het gebed besteedt de schrijver bijvoorbeeld aandacht aan het bidden met de rozenkrans, het Onze Vader, het Jezusgebed, het tafelgebed en het openbaar gebed.
Abortus
In de laatste hoofdstukken gaat de auteur in op hedendaagse vraagstukken voor de kerk van nu. Hij noemt het probleem van het lijden, de strijd voor gerechtigheid, oorlog en vrede, de verdeelde kerk waar het de positie van de vrouw betreft of het nadenken over abortus en euthanasie. De auteur probeert recht te doen aan de diversiteit van het christendom en verschillende meningen naast elkaar te laten staan. Soms leest dit wel vermoeiend. Vooral stemt het verdrietig als zo veel onderwerpen de revue passeren waar zo tegenstrijdig over gedacht wordt. Over abortus bijvoorbeeld schrijft de auteur dat „veel christenen geloven dat abortus altijd verkeerd is. (…) Maar andere christenen, die voor een vrije keuze zijn, geloven dat het soms helaas beter is een zwangerschap in het begin te beëindigen.”
Fundamentalisme
Eigentijds, functioneel en kleurrijk zijn de illustraties. Ze zijn er in allerlei soorten: foto’s van kerkelijke plechtigheden zoals doop door onderdompeling, tekeningen van Bijbelse verhalen, gravures, kaarten en plattegronden.
Door het mondiale karakter van dit boek is het tevergeefs zoeken naar foto’s van reformatorische kerken. Sowieso is daarover niets terug te vinden in dit vanuit het Engels vertaalde boek. Of het moet zijn dat reformatorische christenen zich bij het hoofdstuk ”fundamentalisme” thuis voelen. Volgens de auteur zijn dat „christenen die geloven dat alles wat in de Bijbel staat de letterlijke waarheid is.” De groei van dit „fundamentalisme” -vooral in Amerika met zijn televisiedominees- benoemt hij als een van de vraagstukken voor de kerk.
Wetenschappelijke waarheid
Er valt veel interessants te lezen in de ”Junior encyclopedie over het christelijk geloof”. Dat in de oosters-orthodoxe kerken mensen staan en lopen tijdens de dienst. Dat in veel kerken het pinksterfeest herdacht wordt met de kleur rood. Dat het zalven van zieken een van de zeven sacramenten is in de Rooms-Katholieke Kerk. Dat Charles Wesley meer dan 6000 gezangen schreef. Dat de nonnen van de orde van de arme Clara’s geen schoenen en kousen droegen.
Jammer is het echter dat naast veel feiten ook regelmatig de mening van de auteur doorschemert in de tekst. Het is niet moeilijk te bedenken dat de schrijver zich in het liberale christendom thuis voelt. Sommige zinnen roepen vragen op. Zo beweert hij dat „veel christenen tot de acceptatie gekomen zijn van de wetenschappelijke waarheid van veel van wat Darwin zegt.”
Uit de verwoording van de auteur blijkt diens vergaande relativisme. Dat roept geen herkenning op. Het had ook min of meer vermeden kunnen worden door de vorm van een échte encyclopedie te gebruiken en daarin objectief begrippen uit te leggen. Nu worden veel begrippen tegelijk behandeld, zoals heilig avondmaal en heilige communie, of belijdenis doen en vormsel. En in het hoofdstuk ”De clerus van de kerk” worden alle vormen van bediening, man of vrouw, priester of leek, bisschop of paus, in een enkele bladzij neergezet. Informatief is deze junior-encyclopedie zeker, maar of ze jongeren ook meer duidelijkheid geeft over het christelijk geloof blijft evenwel de vraag.