Oproep Turkse premier past precies
De oproep van de Turkse premier Erdogan past precies. De islam eist een afgezonderde positie, stelt H. van Petersen.
De Turkse premier Erdogan zei vorige week in Keulen dat het voor Turken een schande is om Duitser te worden onder de Duitsers. „Assimileren is een misdaad tegen de menselijkheid!” Nagenoeg de hele Tweede Kamer vindt het onbegrijpelijk dat het kabinet daar niet stelliger afstand van neemt. De minister van Integratie, Vogelaar, merkte nog op dat Erdogan óók gezegd had dat het belangrijk is de taal in je woonland te leren. Enfin, de Kamerleden waren zo geschokt, dat onze arme minister na veel aandringen moest beloven het onderwerp met haar Europese collega’s te bespreken.Hopelijk treft deze zachtaardige minister collega’s aan die net zo onwetend zijn als onze volksvertegenwoordigers. Mocht dat niet zo zijn dan komt ze van een koude kermis thuis. Erdogan heeft namelijk niets opmerkelijks gezegd. De Koran bevat ruim honderd teksten die integratie met ongelovigen verbieden. Zie bijvoorbeeld soera 3:29, s9:29 en 30. Een minister van Integratie heeft dan ook geen enkel perspectief. Zo’n functie is nooit nodig geweest. Maar nu de islam geïnspireerd wordt door een reveil en weer streeft naar de wereldheerschappij, blijkt integratie voor het eerst een probleem en creëerden we een uitzichtloze kabinetspost, waaraan geen eer te behalen is.
Jom Kipoer
Er is nóg een reden om niet verbaasd te zijn over de speech van Erdogan. Op Jom Kipoer (1973), als de meeste Joodse militairen thuis feestvieren, wordt Israël verraderlijk aangevallen door Syrië en Egypte en negen andere landen. Gevolg: langs de Bar Lev Linie kwamen 500 Israëlische soldaten te staan tegenover 80.000 Egyptische. De snelle opmars van de islam was steeds het ”harde” bewijs dat de islam de volle, geopenbaarde waarheid van Allah was. De Joodse overwinningen veroorzaakten dan ook een onbeschrijflijke opschudding.
Enfin, toen Allah verloor van de God der Joden nam de OPEC wraak: de olieprijs werd met 400 procent verhoogd, de VS, Denemarken en Nederland werd een embargo opgelegd en met deze chantagemiddelen kreeg men Europa onmiddellijk op de knieën. In anderhalf jaar werden zeven paniekerige conferenties gehouden. Op de achtste (Caïro-juni 1975) werden de meeste ingrijpende besluiten genomen. Enkele voorbeelden: Europa moet de deur openzetten voor moslims. Hun fundamentele rechten moeten gelijkwaardig zijn aan die van autochtonen. We moeten ook zorgen voor gelijke behandeling met betrekking tot werk, huisvesting, gezondheidszorg, gratis onderwijs enzovoort. De moslims moeten hun cultuur en godsdienst kunnen voortzetten, promoten en verbreiden!
Hierdoor worden veel irritante gebeurtenissen verklaarbaar en voorspelbaar. Dat velen deze bui niet zagen hangen is óók gekomen doordat er in de onthullende artikelen van het tijdschrift ”Eurabia” alléén de woorden Arabië en Arabieren werden gebruikt! Woorden als islam, moslim, Koran, Mohammed, Allah werden met geraffineerde zorg vermeden. Kortom. De Europeanen werden niet door hun regeringen en hun media gealarmeerd zodat we ons nog vaak zullen ergeren aan de arrogantie van de zelfverzekerde moslims.
Omdat het Europese christendom haast zoutloos geworden is en men banger is voor de islamitische dreigingen met geweld dan voor Gods misnoegen over zoutloosheid, inspireert men het fundamentalisme in de islam! Die is immers verplicht het door de islam beheerde gebied door verovering uit te breiden, tot de hele wereld onderworpen is. Daarbij is de moslim ervan overtuigd dat de islam steeds boven ligt, nooit onder! Dat wordt versterkt door christenen die meestal met de mond vol tanden staan.
Socrates zei: „Onwetendheid is het grootste kwaad in de wereld.” Misschien had hij in de boekrol van Hosea gelezen: „Mijn volk gaat te gronde door een gebrek aan kennis.” (Met kennis wordt Bijbelkennis bedoeld, zie 4:6). Een opmerking in de marge om even bij stil te staan: het Nieuwe Testament geeft 57 directe en 191 indirecte opdrachten om lief te hebben; de Koran niet één!
Resolutie
Als onze regering de recente geschiedenis niet kent of vergeten is, is zij gedoemd de fouten te herhalen. Als de Marokkaanse minister Mohammed Ameur trompettert dat de Marokkanen in het buitenland tot de zeventiende provincie van Marokko behoren, dat zij Arabisch moeten leren en moeten kennismaken met de Marokkaanse cultuur, mag vicepremier Bos „zeer ongerust” zijn, maar moet hij zich wel realiseren dat dit een gevolg is van de resolutie van Straatsburg uit 1975.
voetnoot (u17(De auteur is theoloog.