Aantjes
Vorige maand bereikte de oud-politicus Willem Aantjes de respectabele leeftijd van 85 jaar. Nog steeds is hij geïnteresseerd in de politiek, maar tot zijn verdriet is hij al jaren uitgerangeerd. In november zal het dertig jaar geleden zijn dat hij op een dramatische persconferentie zijn aftreden als CDA-fractievoorzitter bekendmaakte.
Door de onthullingen over zijn oorlogsverleden door Lou de Jong (de man van de 27 banden oorlogsgeschiedschrijving) was de geloofwaardigheid van Aantjes in één klap verdwenen. Later bleek het minder erg te zijn dan De Jong aanvankelijk gesteld had. De Germaanse SS, waartoe Aantjes was toegetreden, was duidelijk wat anders dan de beruchte Waffen-SS, maar zijn politieke carrière was gebroken.In een recent interview met NRC Handelsblad gaf hij toe dat hij zelf met zijn oorlogsverleden voor de dag had moeten komen. Dan was de schade beperkt gebleven. Dat is terecht opgemerkt. Alleen is het een wijsheid achteraf. Of Aantjes had niet in de politiek moeten gaan, of hij had in een veel eerder stadium in een interview of op een andere manier met zijn verleden naar buiten moeten komen.
Daarbij komt dat er op dit gebied in de naoorlogse geschiedenis merkwaardige golfbewegingen zijn waar te nemen. In de jaren vijftig werd niet zo moeilijk gedaan over mensen die in de oorlogsjaren niet helemaal zuiver op de graat waren geweest. In de jaren zeventig, toen De Jong met zijn onthullingen kwam, lag dat anders.
Zo kon De Quay (KVP) in 1959 premier worden en was Staf (CHU) van 1951 tot 1959 minister van Defensie geweest. Toch hadden beiden een oorlogsverleden. Met name in rooms-katholieke kring was men op grond van het barmhartigheidsmotief geneigd veel misstappen uit de oorlogsjaren door de vingers te zien.
Aantjes groeide op in de Alblasserwaard in een orthodox-hervormd milieu. Weliswaar waren ze thuis AR en niet SGP, maar dat was in die tijd toch ook niet niks. In Bleskensgraaf was het iets bijzonders dat Willem Aantjes als jonge man aan het avondmaal ging.
In 1959 kwam hij voor de ARP in de Tweede Kamer als vertegenwoordiger van de antirevolutionaire bonders. Hij gold toen als conservatief. Inmiddels ìs Aantjes een heel stuk opgeschoven. Dat bleek opnieuw uit het al eerder genoemde NRC-interview. Op z’n zeventigste is hij gescheiden en inmiddels hertrouwd met een vrijzinnig theologe die ongeveer de helft jonger is. Zelf noemt hij zich orthodox, maar dan zonder dogma’s.
Hij is bepaald niet de enige die een dergelijke gang gemaakt heeft. Zo kom je er meer tegen. Mensen die orthodox of zelfs heel orthodox zijn opgevoed, maar inmiddels op een heel andere manier in het leven staan. Bij de een was het een radicale breuk in korte tijd, bij de ander een langdurig slijtageproces.
Sommigen uit de laatste categorie hebben dan ook nog de neiging om te zeggen dat ze in wezen toch eigenlijk niet veranderd zijn. Ze hebben alleen wat tradities en uiterlijkheden overboord gegooid. Aantjes maakt in het NRC-interview een soortgelijke opmerking.
Bij de laatste verkiezingen heeft hij op Rouvoet gestemd, zo las ik in het kortgeleden verschenen dagboek van Andries Knevel. Aantjes constateert bij de ChristenUnie dezelfde ontwikkeling die hij zelf eerder heeft doorgemaakt. En bij het Nederlands Dagblad, een krant die hij tegenwoordig regelmatig leest, ziet hij iets dergelijks.
Uiteraard geldt voor een partij of een krant dat elke kiezer en elke lezer welkom is. Maar tegelijkertijd moet gezegd worden dat een dergelijke sympathiebetuiging niet zonder betekenis is. Onmiskenbaar versterkt dit het beeld dat ND en ChristenUnie nogal in beweging zijn. En dan een zodanige beweging dat Aantjes (modern christen zonder dogma’s) daar positief over kan zijn.
Trouwens, ook Knevel wijst in zijn boek herhaaldelijk op de forse identiteitswisseling die de ChristenUnie in korte tijd heeft ondergaan. Maar men is daar zo geïmponeerd door het feit dat men nu regeringspartij is en met de grote jongens aan één tafel mag zitten, dat men daar gewoonweg zijn ogen voor sluit.
De auteur is oud-hoofdredacteur van het RD. Reageren aan scribent? gedachtegoed@refdag.nl.