„De omslag heeft mede te maken met de invoering van de nieuwe zorgverzekeringswet in 2006”, stelt bestuurder Pim Ketelaar van de Nederlandse Vereniging voor E-health. „Die heeft de concurrentie aangewakkerd”. En de zorgconsument wordt volgens Ketelaar steeds veeleisender. „We hebben het steeds minder vaak over patiënten. Daardoor worden deze technologieën makkelijker geaccepteerd.”Het is een ontwikkeling die wereldwijd gaande is en niet te stuiten lijkt. Zo hebben de grote elektronicaconcerns Philips, General Electric en Siemens ziekenhuisinformatietechnologie tot speerpunt van hun beleid gemaakt.

„Op het gebied van cardiologie bijvoorbeeld”, zegt Sybo Dijkstra, manager bij de Healthcare-divisie van Philips. „De patiënt wordt met de ambulance opgehaald en kan onderweg al aan de hartmonitor. De gegevens worden via een draadloos netwerk naar het ziekenhuis gestuurd, waardoor het ziekenhuis voorzorgsmaatregelen kan treffen. Wij maken de IT-systemen hiervoor.”

Eenmaal weer thuis kan de patiënt van een afstand worden gemonitord. Zo kan worden bepaald welke medicatie hij nodig heeft en wanneer hij zich weer moet melden in het ziekenhuis. Zorginstellingen kunnen hierdoor efficiënter werken en het geeft mensen meer regie over hun leven.

In Canada kent de zorg op afstand door de letterlijk grote afstanden een lange traditie. Philips is al zeventig jaar actief in de gezondheidszorg van het land en haalt er jaarlijks een omzet van 300 miljoen Canadese dollar (ruim 200 miljoen euro).

„Voor de provincie Saskatchewan maken we nu één centraal systeem voor medisch beeldmateriaal. Daarin zit de patiënteninformatie van alle ziekenhuizen”, zegt Dijkstra. „Zoiets gaan we ook doen met mammografiebeelden in Nederland.”

In een nationale strategie met centrale systemen en een heldere richtlijn, zowel op lokaal als nationaal niveau, ligt het geheim van het succes van zorg op afstand, meent de Canadees Wayne Gudbranson, topman van bedrijfsadviesorganisatie Branham.

In Nederland wordt volgens de Vereniging voor E-health jaarlijks ongeveer 72 miljard euro aan de zorg besteedt, waarvan 3 á 4 procent aan ICT. Een steeds groter deel daarvan wordt geïnvesteerd in zorg op afstand. Volgens Ketelaar biedt inmiddels 9 procent van de artsen in Nederland de mogelijkheid van een consult via internet. „Maar er zijn nog altijd meer mensen die een internetconsult willen, dan artsen die dat aanbieden.”